Liturgie mis bij de Grot 16 mei 2014 7u30

Voorganger: bisschoppelijk vicaris Kris Depoortere
Assistent-diaken: Jean-Paul Thöni.

De Militaire Kapel musiceert bij het begin.

1. Inleiding (pr. Paul Vervoort van de VNB)

2. Kruisteken en Begroeting

3. Schuldboete; we zingen na elke bede: Heer, ontferm U. Christus, ontferm U. Heer, ontferm U.

4. Openingsgebed

5. Eerste lezing: 1 Samuel 16: 1b, 6-7.10-13a.

David tot koning gezalfd

16 1 Daarom sprak de HEER tot Samuël: `Hoe lang zult u nog treuren over Saul, terwijl Ik hem heb verworpen en hij geen koning meer zal zijn over Israël? Vul een hoorn met olie: Ik zend u naar Isaï de Betlehemiet, want een van zijn zonen heb Ik voor het koningschap bestemd.' 2 Maar Samuël zei: `Hoe kan ik dat doen? Als Saul het hoort, vermoordt hij mij.' De HEER antwoordde: `Neem een kalf mee en zeg dat u komt om aan de HEER te offeren. 3 U moet Isaï bij het offer uitnodigen en Ik zal dan wel duidelijk maken wat u moet doen: degene die Ik aanwijs moet u zalven.' 4 Samuël deed wat de HEER bevolen had. Toen hij in Betlehem kwam, liepen de oudsten van de stad hem geschrokken tegemoet en vroegen: `Uw komst betekent toch niets kwaads?' 5 Hij antwoordde: `Niets dan goeds. Ik ben gekomen om aan de HEER te offeren: zorg dat u heilig bent en ga dan met mij offeren.' Hij droeg er zorg voor dat Isaï en zijn zonen zich° heiligden en nodigde hen uit voor het offer.

6 Toen zij aankwamen, viel zijn blik op Eliab en hij dacht: `Die daar voor de HEER staat is ongetwijfeld zijn gezalfde!' 7 Maar de HEER zei tegen Samuël: `Ga niet af op zijn voorkomen of zijn rijzige gestalte; hem wil Ik niet. Want God ziet niet zoals een mens ziet; een mens kijkt naar het uiterlijk, maar de HEER kijkt naar het hart.'

8 Toen riep Isaï Abinadab en stelde hem aan Samuël voor, maar Samuël zei: `Ook hem heeft de HEER niet uitverkoren.' 9 Toen stelde Isaï Samma voor, maar Samuël zei: `Ook hem heeft de HEER niet uitverkoren.' 10 Zo stelde Isaï zeven van zijn zonen aan Samuël voor, maar Samuël zei tegen Isaï: `Geen van hen heeft de HEER uitverkoren.'

11 Daarop vroeg hij aan Isaï: `Zijn dat al uw jongens?' Hij antwoordde: `Alleen de jongste ontbreekt; die hoedt de schapen.' Toen zei Samuël tegen Isaï: `Laat die dan halen, want we gaan niet aan tafel voordat hij hier is.' 12 Isaï liet hem dus halen. De jongen was rossig, had mooie ogen en een prettig voorkomen. Nu zei de HEER: `Hem moet u zalven: hij is het.' 13 Samuël nam dus de hoorn met olie en zalfde hem te midden van zijn broers. Vanaf die dag was de geest° van de HEER over David. Daarna vertrok Samuël en ging hij naar Rama.

 

16,5. zich heiligden: Dit betekent dat men ervoor zorgt niet onrein te zijn en zich onthoudt van seksueel verkeer. Dan is men gereed om aan de eredienst deel te nemen.

6. Tussenzang: Juich nu en jubel. Refr: Juich nu en jubel, hef voor God een nieuw lied aan. Zing het overal op aarde, alleluia!
     1. Ga nu voor elkeen belijden: gij komt uit Gods hand. Hij zal u met liefde leiden, HIj doet Zijn woord gestand. Refr.
     2. Laat het aan eenieder horen, wat God heeft gedaan. Wij zijn in Gods Geest herboren, Hij spreekt ons allen aan. Refr.

7. Evangelie: Lucas 2: 22 - 38  (Dat staat op het papier, maar wat gelezen werd is: Lucas 1:22 - 38 zie hieronder.)     

26 In° de zesde maand werd de engel Gabriël door God gezonden naar een stad in Galilea, met de naam Nazaret, 27 naar een maagd die verloofd° was met een man genaamd Jozef, die uit het huis van David stamde; haar naam was Maria. 28 De engel trad bij haar binnen en zei: `Verheug° u, begenadigde, de Heer is met u.' 29 Zij raakte geheel in verwarring door wat hij zei en vroeg zich af wat deze begroeting te betekenen had. 30 Maar de engel zei: `Schrik niet, Maria, u hebt genade gevonden bij God. 31 U zult zwanger worden en een zoon baren, die u de naam Jezus moet geven. 32 Hij zal een groot man zijn, en Zoon van de Allerhoogste worden genoemd. God, de Heer, zal Hem de troon van zijn vader David geven. 33 Hij zal eeuwig koning zijn over het huis van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde komen.' 34 `Maar hoe moet dat dan?' zei Maria tegen de engel. `Ik heb geen omgang met een man.' 35 De engel antwoordde haar: `Heilige Geest zal op u komen en kracht van de Allerhoogste zal u overdekken°. Daarom zal het kind heilig genoemd worden, Zoon van God. 36 Bovendien, ook Elisabet, uw verwante, is op haar oude dag zwanger van een zoon; zij werd onvruchtbaar genoemd, maar zij is al in haar zesde maand. 37 Want voor God is niets onmogelijk.' 38 Toen zei Maria: `Ik ben de dienares van de Heer; laat met mij gebeuren wat u gezegd hebt.' Toen ging de engel van haar weg. 

26-38. Dit verhaal vertoont sterke overeenkomsten met aankondigingen van een wonderbare geboorte in het O.T. (vgl. Gn 18,9-15; Re 13,2-7), maar het bevat ook kenmerken van het roepingsverhaal (vgl. Re 6,11-24).

26. in de zesde maand: Gerekend vanaf het begin van de zwangerschap van Elisabet (vgl. v. 36).

27. verloofd was: Zie aant. bij Mt 1,18.

28. verheug u: Vgl. de uitnodiging tot vreugde aan Sion of haar kinderen in Jl 2,21.23; Sef 3,14; Zach 9,9; vgl. Kl 4,21. Ook elders in Lc 1-2 speelt het thema `vreugde' een grote rol: 1,44.46 en 2,10.

                35. overdekken: Deze uitdrukking doet denken aan de aanwezigheid van God in een wolkkolom tijdens Israëls woestijntocht (b.v. Ex 13,22; 19,16; 24,16; vgl. ook Lc 9,34).


8. Homilie.

9. Voorbeden. Na elke bede zingen we: Wij bidden U verhoor ons Heer.

10. Offerande.

11. Gebed over de gaven

12. Eucharistisch gebed. Voor de consecratie zingen we: Heer Jezus, wij verkondigen Uw dood, wen wij belijden tot Gij wederkeert, dat Gij verrezen zijt.

13. Onze Vader

14. Gebed om vrede. Vredeslied: Vrede voor alle mensen,de vrede van de Heer, vrede voor u, voor mij, voor ons, de vrede van de Heer.

15. Communie. Tijdens de Communie musiceert de Militaire Kapel.

16. Slotgebed

17. Wegzending en zegen.
De Militaire Kapel musiceert bij de uittrede.