Voor eerdere diensten klik hier:
Zondag septuagesima
28 januari 2018 in de Lutherse kerk te Zeist.
Orgelspel
Afkondigingen en aansteken van de kaarsen.
Stilte
Wij
zijn hier aanwezig in de Naam van de Vader en de Zoon
en de Heilige Geest.
Amen
Onze Hulp is in de Naam
van de Heer
die hemel en aarde gemaakt heeft.
Verootmoediging…
Om Uw lof, die ongezongen bleef, vragen wij U: vergeef ons.
Om het gebed, dat ongebeden bleef, vragen wij U:
vergeef ons.
Om de liefde, die niet gegeven werd, vragen wij U:
vergeef ons.
Om de liefde, die niet ontvangen werd, vragen wij U:
vergeef ons.
Zo
lief
had God deze wereld,
dat Hij Zijn enige Zoon gegeven heeft,
opdat ieder die in Hem gelooft
aan het verderf ontkomt en eeuwig leven hebben mag.
Introïtuslied
: psalm 118: 5 en 1
Laten we de Heer aanroepen om ontferming
met de nood van deze wereld, - die is
zo vreselijk groot -
maar laten wij dan ook Zijn Naam prijzen,
omdat er aan Zijn barmhartigheid geen einde
komt!
Zondagsgebed:
Lieve
God, wees ons genadig, en vergeef ons.
Goede God, wees ons genadig en verhoor ons.
Trouwe God, doe ons leven door Jezus Christus, onze Heer.
Amen.
Lezing Oude Testament:
Deuteronomium 18: 15 – 20 (Het Boek)
Mozes
vertelt het volk hoe ze heilig en onberispelijk moeten leven in het Beloofde
land, als ze daar eenmaal zijn. In dit hoofdstuk gaat het onder andere
over waarzeggerij en profetie. Kort gezegd: waarzeggerij komt van afgoden, en
profetie behoort van de Heer te komen. En Mozes heeft een belofte:
15
De Heer zal een profeet
in uw midden laten opstaan, iemand zoals ik. U moet naar hem luisteren.
16 U hebt God zelf daarom
gesmeekt bij de berg Horeb. Daar aan de voet van de berg
smeekte u dat u nooit meer zou hoeven luisteren naar de stem van God
of het vuur op de berg zou hoeven zien, omdat u anders bang was om te sterven.
17 “Goed,” zei de Heer
tegen mij, “Ik zal doen
wat zij Mij hebben gevraagd.
18 Uit het midden van uw broeders zal een profeet opstaan zoals u. Ik
zal Mijn woorden in zijn mond leggen en hij
zal zeggen wat Ik hem opdraag.
19 Ik zal rekenschap
vragen van degene die niet gelooft wat hij namens Mij zegt.
20
Maar iedere profeet die zegt dat hij
namens Mij spreekt, maar
dat niet doet, of die zegt een boodschap van andere goden te brengen,
moet sterven.”
(21
Als u zich afvraagt: “Hoe
kunnen wij erachter komen of die boodschap nu wel of niet
van de Heer afkomstig
is?”,
22 is dit het antwoord:
als zijn profetie
niet uitkomt, heeft de Heer
hem zijn boodschap niet gegeven, hij heeft hem zelf verzonnen. Van
zo iemand hoeft u zich niets aan te trekken.’)
Gradualepsalm: psalm 8: 1, 2, 3 en 6
Epistel: 1 Corinthe 9: 24 – 27
Een
sportief beeld van Paulus, over onze houding ten aanzien van Christus en de
dienst aan God…
Je had toen geen 1e, 2e en 3e prijs.
Een prijs, een krans van laurierbladeren. (Goud)
24 Op de wedstrijdbaan doen alle hardlopers
hun best om te winnen
en toch is er maar één die de prijs
krijgt. Doe dan ook uw best de prijs
te krijgen.
25 Wie voor een wedstrijd traint, ontzegt zich van alles:
een sportman
voor een erekrans
die verwelkt, maar een gelovige
voor een erekrans
die nooit verwelkt.
26 Daarom loop ik niet zomaar wat in het wilde weg,
en ik sta ook niet in de lucht
te boksen.
27 Nee, ik hard mijn lichaam en dwing het te doen wat ik wil,
anders
zou het weleens kunnen gebeuren dat ik, na anderen voor de
wedstrijd te hebben opgeroepen,
zelf wordt gediskwalificeerd.
Tot hiertoe de epistellezing. Die daagt ons uit om ons volledig in
te zetten, om nu God
te dienen, en straks
met Hem in eeuwigheid samen
te zijn, want dàt is die ereprijs. Dat vraagt
wel veel van ons, maar daar staat ook veel tegenover.
En er is een belofte
van Hem, de Trouwe, die ons beter kent
dan wij onszelf kennen…
Lied 885: Groot is Uw trouw, o Heer
Het
Heilig Evangelie staat geschreven bij: Marcus 1: 21-28 (men
staat op)
Jezus
is nét begonnen met Zijn werk en Hij heeft zojuist een aantal leerlingen
geroepen die met Hem mee zullen trekken en vissers van mensen mogen zijn.
21
Jezus en Zijn
metgezellen kwamen in Kafarnaüm aan. Op de sabbat (zaterdag, de Joodse rustdag) ging Hij
naar de synagoge en sprak de mensen
toe.
22
Zij waren verbaasd over wat Hij
hun leerde, want Hij sprak
als iemand met gezag, die wist
waarover Hij het had. Dit
was iets heel anders dan zij gewend waren van hun bijbelgeleerden.
23 In die synagoge was een man met een boze geest.
Hij begon te schreeuwen:
24 ‘Ik wil niets met U te
maken hebben, Jezus van Nazareth.
U bent gekomen om ons
te vernietigen!
Ik weet wel wie U
bent: de heilige Zoon van God!’
25 ‘Zwijg,’ zei Jezus
tegen de boze geest. ‘Ga onmiddellijk uit die man weg!’
26 De boze geest rukte en trok
aan de man,
gilde vreselijk en verliet hem.
27 De mensen
keken hun ogen uit en vroegen elkaar: ‘Wat is dit toch? Iemand die iets nieuws leert en die gezag heeft! Hij
zegt zelfs tegen de boze geesten dat
zij moeten gaan en ze gaan nog ook!’
28
Dit nieuws ging als
een lopend vuurtje door heel Galilea.
Zalig
die het Woord van God horen en er gehoor aan geven!
Credo
In
antwoord op Gods woord willen wij ons geloof belijden door samen te zingen: lied
985
Preek
Genade zij u en vrede
van God onze Vader en van Jezus
Christus, onze Heer,
door de Heilige Geest.
Lieve gemeente, zusters en broeders, kinderen van God…
Het
is alweer zondag septuagesima, en we beginnen de kring naar
het Paasfeest
toe.
We zijn net bekomen van de zingende engelen, en we hebben
er over gesproken, dat
we Jezus’ terugkomst op
aarde verwachten. Als Hij
het doel en fundament van ons leven is, als Hij het is, waar al ons verlangen naar uitgaat, mag die Komst
spoedig zijn, wat ons betreft.
Maar nu wordt onze blik al ongemerkt gericht van kribbe naar kruis,
van de stralende komst in Heerlijkheid, en van God die Zich lang geleden openbaarde op de Horeb met veel geschal
en vuurwerk, naar de alledaagse werkelijkheid.
Voor
de kersverse leerlingen van Jezus is het allemaal reuze spannend, want
al mogen ze dan geloven,
of willen geloven, dat deze Jezus
van Nazareth echt de Christus is, de vervulling
van een van Gods
mooiste beloften aan Zijn
volk, wat ze nu moeten verwachten
van wat Hij gaat doen,
en van hun eigen rol hierin, daar hebben ze waarschijnlijk
nog geen idee
van.
Een paar dagen geleden waren ze nog hardwerkende vissers, en nu?
Dat weten ze zelf ook nog niet zo precies.
De afgelopen dagen zal
Jezus wel veel met
hen hebben gesproken over Zijn
roeping,
over Zijn verhouding
met en tot God, Zijn
Vader, en ook hún Vader, zoals Hij hen verzekert.
Waarschijnlijk logeren ze bij Petrus, want verderop in het hoofdstuk horen
we dat diens
schoonmoeder hoge koorts heeft, als ze thuis
komen. Jezus geneest haar, (Zijn
eerste genezing op de sabbat!) en dan gaat zij doen wat van haar
wordt verwacht: helpen
met de catering.
Over de vrouw van Petrus horen we verder niets.
Mogelijk
is zij een kracht op de achtergrond, en zal ze later een
van de nijvere bijen zijn die Jezus
en Zijn leerlingen
financieel ondersteunen,
door zelf hard te werken, maar misschien is ze ook allang dood.
Het leven was onzeker en hard, in die
tijd. In elk geval heeft Petrus zijn schoonmoeder in huis genomen, dus kun
je er van uit gaan dat ze geen man meer heeft om voor haar te zorgen.
En net nu, met al die mensen over de vloer, wordt ze ziek. Heel
vervelend!
Jezus herstelt
haar van haar ziekte, en herstelt haar
in haar waarde. Ze kan weer aan het werk. Ze kan iets bijdragen!
J
Goed, dat was even terzijde.
Jezus
ging dus op de sabbat naar de synagoge.
Hij komt van buiten,
en dan is het een goede gewoonte
om zo’n bezoeker te vragen
of hij ook een woordje voor hen heeft. Iedereen die er oud genoeg
voor is, bestudeert op
de een of andere manier de Heilige Schrift.
En denkt er het zijne van. (Of het hare.)
Er zijn hele stromingen, scholen,
manieren van denken en uitleggen. Daarbij worden gezaghebbende
leraren aangehaald, als Rabbi Hillel en
Shammai, die volgens een nauwkeurig schema
nadenken over de bijbeltekst, en die voorzichtig proberen toe
te passen op het dagelijks leven.
Maar
Jezus is een revolutionair.
Hij zegt niet: Rabbi Hillel
heeft dit gezegd, en het zou ook kunnen zijn dat de grote rabbi Shammai gelijk
heeft, als hij zegt dat het weer net anders is… en stèl dat, en zus… en
zo… Dat geeft natuurlijk ruimte voor de aanwezigen om er zelf ook
over na te denken, als ze dat al niet allang hebben gedaan. Als er
iemand van buiten komt, dan hoor je toch al snel een ander accent,
een andere insteek, en dat kan heel verfrissend zijn.
Maar
Jezus doet meer: Hij
spreekt met gezag.
Hij zegt: zo is dat,
en zo moet je het lezen!
Met permissie: Hij lijkt
wel een Protestant van 500 jaar geleden! Of van 50 jaar terug.
Wij
zijn met de Hervorming destijds weer heel dicht
gaan aanleunen tegen de Joodse
wortels van onze eredienst, door ons met z’n allen oprecht te verdiepen
in de tekst van de Bijbel.
Wat er staat,
daar gaat het om, niet om de traditie van eeuwen,
hoe kostbaar die ook
kan zijn. Het kan zeker de moeite waard zijn er kennis van te nemen. Maar de
tekst is de basis.
Een
groot geschenk is het, zelf de Bijbeltekst te kunnen lezen.
Dat hebben we niet alleen aan Luther te danken, want er waren al eerdere
Bijbelvertalingen in de landstaal, maar hij schreef zo, dat het begrijpelijke
taal was. Daarom heb ik vandaag ook alle teksten uit Het Boek
genomen, een Bijbelvertaling van een aantal jaren geleden, die
probeert in eenvoudige taal en heldere beelden over
te brengen wat er in
het Hebreeuws en het Grieks staat,
en wat daar de bedoeling
van is.
(En Luther had natuurlijk het geluk dat de boekdrukkunst nu was uitgevonden.)
Terug naar Jezus:
Jezus spreekt met gezag…
Hij spreekt met het gezag
van Iemand die niet
hoeft te raden wat God
heeft bedoeld, dat
niet uit de rest van de lezing hoeft af te leiden, maar die het
van binnenuit, door de Heilige Geest, wéét.
Daarom
moet Hij ook telkens weer de berg op om te herbronnen, om dicht
bij God te zijn, en om vertrouwelijk
met Hem te spreken.
Om God in het hart
te kijken, en om Zijn tong en Zijn
hart te laten sturen door de Aanwezige,
Zijn God, onze God en Vader.
Daardoor zijn het Gods
woorden, die Hij spreekt.
Maar
wie zich door God niet wil laten gezeggen, wie niet wezenlijk open
staat voor God, die kan Gods
woorden niet verdragen. Die wil ze niet horen!
En dat blijkt.
In
die synagoge was een man met een boze geest.
Die begon te schreeuwen: ‘Ik wil niets
met U te maken
hebben, Jezus van Nazareth. U
bent gekomen om ons te vernietigen! Ik weet wel wie U
bent: de heilige Zoon van God!’
Jezus
gaat er niet op in, maar beveelt de boze
geest om de arme geplaagde zieke te verlaten.
Want als de ware aard van Jezus
bekend wordt, dan moet
dat komen doordat de
mensen de innerlijke overtuiging hebben dat Hij een man Gods is,
en meer dan dat. Dat moeten ze natuurlijk niet
te horen krijgen van de andere kant,
van een boze geest die een mens heeft bezet
en, naar hij hoopt, geblokkeerd voor God.
Die
geest verlaat de bezetene dan ook met veel geruk en getrek, want
hij wil zijn prooi niet zomaar laten gaan.
Maar Jezus is sterker!
Veel later, als Jezus
op het punt staat om naar Jeruzalem te gaan, om daar gedood te worden,
vraagt Hij aan Zijn
leerlingen: Wie
zeggen de mensen
dat Ik ben?
Zij
zeggen: ‘Nou, Elia of een van de profeten…’ dus een van de grote
profeten die teruggekomen is, zoals Elia, of Jesaja. Maar anderen
denken dat Hij gewoon een
profeet,
zoals die er vroeger waren…
Of misschien Hij zou dé
profeet zijn. De profeet
die de Heilige via Mozes
aan het volk heeft beloofd.
Die zou Hij sturen op Zijn
tijd. Maar wel één uit het volk, één uit het midden van de broeders.
En
dan flapt Petrus er uit, U kent het verhaal natuurlijk,
dat Jezus volgens hem
de Messias is.
De Gezalfde, de Christus.
Messias is Hebreeuws, Christus
is Grieks, en ze betekenen allebei: de Gezalfde.
Het is heel verleidelijk om hier uit te wijden over het verschil tussen
de verwachting van dé Profeet en dé Messias, want dat is niet hetzelfde,
maar ik hoop dat we het er nog eens later over kunnen hebben. Daar zou je een
boek over kunnen schrijven. Ongetwijfeld bestaat het al.
Het
is duidelijk dat in de loop van de eeuwen het begrip ‘profeet’ een wisselende lading heeft gehad.
In
het begin zal men hebben gedacht dat Jozua
was bedoeld. De leerling en opvolger van Mozes.
Maar hij had toch een andere relatie met de Aanwezige,
met de God van het volk.
Hij heeft ook een andere opdracht.
Jozua, Jehozua, is de Joodse vorm van de Griekse naam voor Jezus:
Ιησους.
De Aanwezige redt,
betekent dat.
Het is niet voor niets, dat Jezus
déze naam krijgt.
Jozua
trekt met het volk dat ontkomen is aan de slavernij in Egypte, en dat de woestijn heeft overleefd,
het Beloofde land
in.
Onder zijn leiding vestigen ze zich daar. Ruimte genoeg.
Maar ook toen maakte Gods
volk fout op fout.
Net als nu.
Ook toen hadden ze er moeite mee een heilig volk te zijn, een volk dat met hart en
ziel aan God was toegewijd,
en voor de Liefde leefde.
Er
waren heus heel veel prima mensen voor wie dat wel
gold, mensen zoals later Paulus, nà diens valse start, om in sporttermen
te blijven; maar er zaten telkens ook rotte appels in de fruitmand, die de
anderen dreigden aan te steken. Dan is niet de hele gemeenschap zuiver,
aan God toegewijd.
Ook
onder de profeten, die toch het geestelijk kompas voor
het volk moesten zijn, had je kaf onder het koren. We lezen dat er
in de tijd van Elia en Elisa zelfs profetenscholen waren. Je
krijgt het gevoel dat het een soort Charismatische beweging was,
waar de Heilige Geest mensen aanraakte. En
waar soms de emoties zo overkookten, dat de Geest
Gods niet de enige
was die de harten raakte. Tegelijkertijd kon je er misschien het ‘vak’ van profeet
wel leren… (Misschien kun je ook denken aan een soort Seminarie, waar je de
basisdingen kunt leren…)
Juist
in de Charismatische Beweging heb ik geleerd
dat het goed en verstandig kan zijn om biddende zusters en
broeders te vragen om met je mee te denken, als je meent een woord van God
voor anderen te hebben gekregen.
Om er kritisch en in gebed naar te kijken.
Daar leerde ik ook om te vragen om het vermogen te onderscheiden
tussen Gods Geest
en andere geesten.
Als
voorganger sta je op het scherp van de snede.
En
telkens weer moet je je biddend afvragen of dàt wat je op
de preekstoel of achter de Tafel zegt, uit je eigen
koker komt, of dat het van God
komt.
En
je hoopt en verwacht, je hebt het nodig
ook, dat de gemeente in de week voor de zondag voor je bidt,
dat er in de consistoriekamer voor de dienst met en voor
je gebeden wordt, opdat de Geest van
God het enige en laatste
woord mag hebben.
Een
lezing als die van vanmorgen, die lees je met kromme tenen,
en die houdt je wel bij de les!
Want
profetie is overal waar God
door mensen heen spreekt en Zijn
bedoelingen kenbaar maakt.
We hadden het straks over Petrus, die ‘er uit flapte dat Jezus
volgens hem de Messias
was’.
Maar Mattheüs vertelt: Jezus
corrigeert hem.
Hij zegt niet: “Dat
zie je helemaal verkeerd”.
Want dat is niet zo.
Maar Hij zegt:
Dat heb je niet van jezelf. Dat heb je niet zelf bedacht, dat heeft geen
mens je verteld,
maar Mijn Vader die in de Hemel is!
En daarmee is Petrus ook een profeet, tot ieders verbazing.
Vervolgens
mogen de leerlingen hier tot nader order niet over spreken, want Gods tijd is nog niet aangebroken. De leerlingen moeten nog heel wat uren
catechese van Jezus
krijgen!
En later van de Heilige Geest Zelf.
Nu,
je kunt je voorstellen,
dat als er van tijd tot tijd profeten waren die het niet
haalden bij het voorbeeld van Mozes, die fouten maakten, of voor eigen
gewin preekten, dat de
mensen gingen denken dat er pas aan het einde van de tijden
die éne, echte perfecte profeet zou komen…
En natuurlijk past Jezus
perfect in dat plaatje.
Maar
na Zijn dood en opstanding heeft de Heilige
Geest Zelf ons geleerd, dat Jezus
meer is dan een profeet,
hoe perfect ook.
Hij is de nieuwe Jozua,
Hij is de perfecte Mozes,
die niet heeft gezondigd, en die Gods volk de weg heeft gewezen en open gemaakt naar
het Beloofde Land in eeuwigheid. Een nieuw Verbond.
Het eeuwige Leven bij en met God.
Want
Jozua, Jezus, de Aanwezige
redt, is Zijn Naam.
En die Naam is een belofte
die waar is geworden.
Nu al.
Zij
die ons zijn voorgegaan weten
het al.
Wij vertrouwen
er op, wij leven
er naar toe.
En zij, en Paulus, staan aan de kant te klappen en ons aan
te moedigen om door
te zetten.
Zoals bij een hardloopwedstrijd, of bij een Tour de France.
Zij moedigen
ons aan om ons te richten
op dat éne doel, en ons niet
af te laten leiden door gekakel in de achterhoede.
‘Lees
je Bijbel en bid elke dag, als je winnen
wilt!’
We staan er niet alleen voor.
Door
goede machten trouw omgeven…
Laten
we moed vatten, en de Heilige Geest
in ons laten werken. Dat geeft energie en nieuwe bezieling!
Kom,
Geest van God, en blijf in ons aan het
werk!
Tot in der Eeuwigheid.
Amen!
Muziek
Zo
rijk als wij gezegend zijn met liefde,
kennis van God, en
goede gaven, zo rijk mogen wij tot een zegen zijn
voor anderen. Nu in de collecte,
de komende tijd voor de mensen
om ons heen.
De
eerste collecte is voor de kerkelijke middelen en de tweede voor het Diaconale
Project van dit jaar.
Gebed
over de gaven:
Lieve
God, wilt U alstublieft zegenen wat we hier bij elkaar hebben gebracht,
zodat het is tot eer van Uw
Naam,
en
zodat het Uw gemeente wereldwijd ten goede komt.
Laat
het een offer zijn, dat onze dankbaarheid
en liefde uitdrukt, door
Jezus Christus, onze Heer.
Amen
Lied 1010:2
Voorbeden:
Laten
we danken en bidden:
Lieve
God, wij danken U dat U ons telkens weer moed hebt willen geven door Uw beloften
voor nu en later, door profeten, door het woord, dat we soms lezen, soms horen,
soms zelf spreken.
Wij hebben vaak het gevoel dat de wereld zich doof houdt voor Uw woord, voor ons
spreken over u. Of zich met kracht verzet.
Wil ons allen telkens weer de woorden geven die van U komen, woorden die ons
zwakke geloof te boven gaan, en werk zo in ons en met ons, opdat ook ons leven
voor U van waarde kan zijn.
Goede
God, wij danken U voor het feit dat U deze wereld niet in de steek laat, dat U
er alles voor over hebt gehad om die te redden. Betrek ons in Uw plannen, en
geef ons moed en geloof, om te doen wat U van ons verwacht.
Geef ons wijsheid, liefde en geloof, opdat wij de weg mogen kiezen die U wilt
gaan met deze gemeente, met deze mensen die ons dierbaar zijn.
Wees ook met onze consulent, die hier volgende week voorgaat, met alle mensen in
de PKN die vergaande beslissingen moeten nemen, en met de kerkeraad en alle
gemeenteleden, opdat wij zoeken naar Uw wil.
Trouwe
God, telkens weer belijden we het: dat U betrouwbaar bent, dat U ons niet alleen
laat. Help ons daaruit dan ook te leven.
Ieder op haar en zijn eigen plek. Geef ons helderheid, geef ons kracht en moed,
juist als wij ons zo vreselijk moe voelen.
Wij bidden U voor alle slachtoffers van oorlog en geweld, voor alle slachtoffers
in het verkeer en voor alle slachtoffers van natuurrampen en ziekten. Voor al
die kwetsbare mensen in Uw grote wereld, maar ook voor al die mensen in onze
eigen kleine wereld willen we bidden.
We
denken allereerst aan Teun en Leny. Nu Teun in het ziekenhuis ligt bidden we met
hem en voor hem dat de nieuwe behandelmethode, de bestraling, mag helpen. Geef
de artsen, zijn artsen en alle artsen, Uw wijsheid en mededogen, geduld en
liefde. Stuur hun denken, steun hun handelen.
We danken U dat Teun op dit moment minder pijn heeft, en voor hem, en voor de
zieken in onze eigen omgeving bidden we: Heer, ontferm U.
Heel hen, genees hen, als het zo mag zijn.
Ook voor al die gemeenteleden die door leeftijd of gebreken van het lichaam hier
niet kunnen zijn, willen we U bidden. Help ons om hen ook in de loop van de
week, en de weken te gedenken in onze gebeden. We denken in het bijzonder aan
Wilma Steinhart, en aan de families Evelein en Kaatman.
Samen
met de kerk die wereldwijd is, gescheiden en verbonden in Jezus, onze Heer,
bidden wij om eenheid, en aanbidden en smeken wij U zoals Jezus ons leerde:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd
Uw Rijk kome
Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
En vergeef ons onze schulden,
Zoals wij aan anderen hun schuld vergeven
En leid ons niet in verzoeking
Maar verlos ons van het kwade
Ons slotlied is lied 791:
1 en 6.
Zegen:
De God
nu der hope vervulle
U met louter vreugde
en vrede in Uw geloof,
Hij geve U overvloed
aan hoop,
Hij
sterke Uw vertrouwen
in de zachte krachten die overwinnen:
liefde, barmhartigheid en genade...
door de kracht van Gods
heilige Geest.
† Zo zegent u nu de Vader,
de Zoon, de Heilige Geest! Amen.
vers 3 en 4