Voor eerdere diensten klik hier:
Zondag Misericordias Domini 4-5-2014 te
Heusden
Orgelspel
Afkondigingen en aansteken van de kaarsen.
Stilte
Wij zijn
hier aanwezig in de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen
Onze Hulp is in de Naam
van de Heer
die hemel en aarde gemaakt heeft.
Heer, wij hebben als schapen gedwaald,
en wij zijn ieder onze eigen weg gegaan..
Wij konden of wilden de weg die de waarheid is,
en het leven, niet volgen.....
Toch smeken wij U: leid ons weer op het rechte pad
vergeef ons en blijf ons nabij, om Jezus Christus, onze Heer. Amen
De Almachtige God schenke ons Zijn genade
Amen
God hield zoveel van deze wereld, dat Hij Zijn enige Zoon gegeven heeft, opdat
ieder die in Hem gelooft aan het verderf ontkomt, en eeuwig leven hebben mag.
De Antifoon + Introïtuspsalm van deze zondag Misericordias Domini, het
ontfermen van onze Heer, Zijn genade, in vers 2,
is NL640b voor en na
psalm 33:1, 2 en 8
Allen: Lied 640b
Laten we de Heer aanroepen om ontferming met de nood
van deze wereld, - die is groot -
maar laten wij dan ook Zijn Naam
prijzen,
omdat er aan Zijn barmhartigheid
geen einde komt!
Zondagsgebed:
Heer, die U
over Uw volk hebt ontfermd, wil ook ons barmhartig
zijn, en wil verhoren als wij bidden
om Uw Geest, die ons Uw lieve wil in het hart
legt.
Dat bidden wij U door Jezus Christus,
onze Heer.
Amen
Lezing Oude Testament : Ezechiël 34: 11 - 16
De Heer verwijt de leiders van het volk dat ze Zijn volk hebben uitgebuit en
opgesoupeerd als was het een kudde schapen.
11. Maar zo spreekt Mijn Heer, de Aanwezige: Let
op Mij! Ik eis Mijn kudde terug en Ik zal
voor ze zorgen.
12. Zoals een herder voor zijn kudde zorgt
op het moment dat hij te midden van het her en der verspreide vee aanwezig
is, zo ga Ik
op zoek naar Mijn vee.
Ja, Ik zal ze redden vanuit elke
plek waarheen ze uiteen gegaan zijn in tijden van laaghangende
bewolking en duistere mist.
13. Ik leid ze vanuit de volkeren weg
en neem ze op vanuit de omringende landen,
en Ik breng ze naar hun eigen grondgebied. Ik zal ze weiden
op de bergen van Israël, op de toppen
en in alle bewoonbare gebieden van het land.
14. Op goed gras zal Ik ze doen weiden,
en op de bergen van Hoog-Israël is er voor hen dan een schaapskooi.
Daar zullen ze in alle rust liggen
in een goede schaapskooi en voedzaam gras
grazen ze op de bergen van Israël.
15. Ik weid Zelf Mijn vee, en Ik
geef ze de gelegenheid rustig te liggen.
Zo heeft mijn Heer, de Aanwezige, het Zelf
gezegd.
16. Het afgedwaalde dier zoek Ik
op, en wat verdreven is breng
Ik terug. Waar
iets gebroken is verbind Ik
het, en het zwakke doe Ik
weer op krachten komen. Maar het weldoorvoede
en sterke zal Ik onmogelijk maken.
Ik wil in alle recht als Herder bezig
zijn!!!
Wij weten dat de Heer onze Herder wil zijn. Lied : 800NL: 1, 3, 5.
zingt daarvan. De melodie loopt door over twee 2 regels.
Epistel : 1 Petrus 1, 17-23. Goed Nieuws.
Over heil en genade
gaat het, waar de profeten al naar verlangden en zochten, maar dat nog niet voor
hen was, maar wel voor de lezers van de brief
van Petrus, en voor hen die zijn woorden hoorden en er oor voor hadden en
hebben… Làstige woorden.
Woorden die zijn geopenbaard in en door Jezus Christus, die mogen we dan ook
horen en gehoorzamen als heiligen, als mensen die God
zijn toegewijd, net zoals Jezus
dat was. Wees heilig, want Ik ben Heilig, staat
er in Leviticus.
Petrus haalt dat aan en gaat dan verder:
17 U roept God aan als uw Vader.
Hij maakt geen onderscheid en
oordeelt iedereen op grond van zijn daden. Heb dus ontzag voor Hem
zolang u hier als vreemdelingen woont.
18 U weet het: uit dit zinloze bestaan, dat u van uw voorouders hebt
gekregen, bent u niet vrijgekocht met
iets dat vergaat, met zilver of goud,
19 maar met het kostbare bloed
van Christus, het Lam zonder smet
of gebrek.
20 Al voor de schepping van de wereld
had God Hem in gedachten,
maar eerst nu, aan het einde van de tijd, is Hij verschenen,
omwille
van
u.
21 En door Hem gelooft u in God,
die Hem uit de dood
heeft opgewekt en Hem heeft verheerlijkt.
Dat betekent dat uw geloof in God tevens
hoop is op God.
22 Door aan de waarheid gehoor te geven
hebt u uw hart gereinigd en is oprechte
onderlinge liefde mogelijk geworden.
Héb elkaar dan ook met hart en ziel lief,
23 als mensen die herboren zijn, niet
uit vergankelijke ouders, maar uit een onvergankelijke
bron, door het woord
van de levende en eeuwige God.
Psalmwoord: Halleluja! Looft de Heer, roept luid Zijn Naam! Maak Zijn
daden bekend onder de volkeren. (ps 105:1) HALLELUJA!
Wij loven
met Lied 639NL onze opgestane Heer.
Het Heilig Evangelie staat geschreven bij: Johannes 21: 1 - 14.
1. Nadien liet Jezus Zich opnieuw aan de leerlingen
zien bij het meer van
Tiberias; zo liet Hij Zich zien:
2. Simon Petrus en Thomas, die tweeling genoemd wordt, en Nathanael
van Kana in Galilea en die van Zebedeüs, en twee anderen
van Zijn leerlingen waren de hele tijd samen...
3.
Zegt Simon Petrus tegen hen: Ik
ga vissen. Zeggen ze tegen hem: Wij
gaan ook met je mee. Ze gingen er op uit
en ze gingen aan boord
van het schip,
en in die nacht vingen ze niets.
4. Maar toen het al ochtend
geworden was kwam Jezus naar het strand; echter
de leerlingen hadden er geen idee
van dat het Jezus was.
5. Dan zegt Jezus
tegen hen: Jongelui, hebben jullie soms
een hapje eten? Ze antwoordden Hem: Nee....
6. Maar Hij
zei tegen ze: Werp het net aan de rechterkant van het schip uit, en
dan zul je (vis) vinden.
Toen wierpen ze het uit, en ze
konden het niet meer inhalen vanwege de grote
hoeveelheid aan vissen.
7. Dan zegt de leerling
waar Jezus dol op was tegen Petrus: Het
is de Heer!
Nu, toen Simon Petrus hoorde: Het
is de Heer, bond hij zijn overhemd om z’n middel, want hij was naakt,
en hij wierp zich in de zee.
8. Maar de andere leerlingen kwamen per boot,
want ze waren niet ver van het land, maar ongeveer 20 el (een
dikke tien meter), terwijl ze het net
met vissen
meezeulden.
9. Maar als ze dan aan land
gaan, zien ze dat er een kolenvuurtje is aangelegd, en vis
die er op ligt, en brood.
10. Dan
zegt Jezus tegen ze: Breng wat van de vissen
die jullie nu gevangen hebben.
11. Toen ging Simon
Petrus er op af, en hij trok het net vol met (wel) 153
grote vissen aan land, en hoewel het er zoveel
waren scheurde het net niet.
12. Dan zegt Jezus tegen ze: Kom, eet.
Maar niemand van de leerlingen durfde
Hen te vragen: Wie bent U?
Omdat ze wisten: Het
is de Heer.
13. Jezus
komt en neemt het brood
en geeft het hun, en de vissen
net zo.
14. Dat was al de derde keer dat Jezus, opgewekt
uit de doden, Zich liet zien
aan de leerlingen.
Zalig die het
Woord van God horen en er gehoor aan geven!
Credo: In antwoord op Gods
Woord willen wij samen ons geloof belijden:
Wij
geloven in God - Schepper van hemel en aarde.
Heer over alle machten
Die om ons van alle macht heeft afgezien
en in Jezus de prijs heeft betaald voor onze overtredingen.
Die in eenvoud tot ons kwam,
en werd verraden en vermoord - gekruisigd...
maar Hij overwon de dood!
Na drie dagen opgestaan ten leven
verscheen Hij aan vriend en vijand;
weer in Zijn hemels rijk terug zond Hij Zijn Geest
die ieder mens bezielen wil tot leven in de Heer.
Tot een geméénschap van heiligen,
door een doop, door vergeving van zonden,
tot leven in der eeuwigheid.
Amen
Preek
Genade zij u en vrede
van God onze Vader en van Jezus
Christus, onze Heer,
door de Heilige Geest.
Lieve mensen,
Voor ons is het af en toe een beetje bizar om over mensen
en volkeren te horen spreken als over
(kostbaar) vee, maar de Bijbel staat er bol van.
Wij gaan zelf als samenleving
nogal slordig om met de dieren
in ons land, behalve als we hobbyboer
zijn, of als het om huisdieren gaat.
In Nederland wordt vee verbouwd
alsof het tuinbonen zijn, zoveel mogelijk
per vierkante meter en daar worden allerlei kunstgrepen
voor uitgehaald die het welzijn van onze nationale portemonnaie méér
op het oog hebben dan het welzijn van dieren. Niet
alleen dat ze het daglicht vaak niet zien,
maar ook worden ze heel Europa doorgesleept om maar een stempeltje
te krijgen, waardoor ze voor een hogere prijs kunnen worden verkocht.
Nee, ik ben niet bezig u lid te maken van de Partij voor de dieren, maar
wij mogen dit punt misschien wel in gedachten houden bij de Europese
verkiezingen, over drie weken, want God
kijkt ook daarbij over onze schouder mee.
Als Hij de regering van Israël en Juda al op de
vingers tikt, omdat ze met Zijn volk omgaan, zoals slechte,
egoïstische herders, die niets om het vee geven,
maar alleen op eigen gewin uit zijn, hoeveel te meer zal Hij
ons dan wel verwijten mogen maken, als wij geen haar beter
zijn?
En… als wij al geen zorg hebben voor Zijn schepsels die zelf
niet kunnen protesteren, zouden wij dan wel zorg hebben voor de kwetsbare
mensen in onze samenleving?
Alles wijst er op dat dit niet het geval is!
Maar vanaf het begin heeft de Heer
toch gestreefd naar een wereld waarin mensen
met dieren en planten respectvol
zouden omgaan…
Wij, die al eeuwen lang het voorrecht
hebben de Bijbel te kennen, moesten
dat toch weten.
We hadden zeker als kerken allang moeten protesteren
tegen de onmenselijke behandeling van de schepping in zijn geheel…
Ja, geprotesteerd is er wel, een beetje.
Maar het wordt tijd dat wij als maatschappij daar allemaal in ons
leven iets aan gaan doen. En in elk geval als christenen.
God heeft er in elk geval alles
aan gedaan wat Hij kon, want in Jezus heeft Hij alles
op het spel gezet om deze wereld weer voor Zich terug te winnen.
Jezus, die Zijn leven
gaf voor U en mij.
En ook voor heel deze wereld.
Ja, Hij gaf meer dan Zijn leven, en Luther
noemde dat: een vrolijke ruil. Op het kruis
wordt het eeuwige leven van Godswege verruild
voor ons beperkte leven. Ons toch wel
hier en daar zondige leven.
Jezus neemt ons leven
en sterft daaraan. God
geeft nu in ruil daarvoor aan ieder die in Hem
gelooft - en daarnaar durft te leven
- het eeuwig leven.
Ook u en mij. Een geweldig geschenk!
Niet dat dit een makkelijke weg
is: dat leven uit het geloof…
Wereldwijd wordt geen groep zoveel vervolgd
als de Christenheid. Nog steeds!
De cijfers zijn schokkend.
Nog maar onlangs is er in de Europese Unie een motie aangenomen, die
maakt dat Christen-vervolging in het buitenland
nu ook een onderwerp is dat het gedrag van de EU naar die
landen toe mee bepaalt. Naast het beleid
ten aanzien van vrouwen en homoseksuelen, dat ook nuttig
is.
Als je om je heen kijkt, dan is deze wereld, ook al zitten wij
in een heel knus en warm hoekje daarvan, nog ver,
heel ver, verwijderd van het ideaalbeeld
dat God daarvan heeft en dat Hij ons voorhoudt
om naar te streven.
En toch…
Al in de tijd van Ezechiël kon men weten
dat het niet hopeloos was. Hoe moeilijk
de tijden ook waren. Dat er ooit verandering
in zou komen, immers: dat had God Zelf gezegd.
Ezechiël was zelf een profeet uit de hier
aangeklaagde priesterklasse. Hij profeteerde tussen 593 en 571 V C. tijdens de
ballingschap in Babylon. In onze lezing spreekt hij niet alleen harde woorden
tegen de leiders van het volk, maar
hij spreekt het volk ook moed
in. God zal immers Zelf de Herder zijn,
de echte Leider van het volk. Hij zal de zwakke
kracht geven, het gebrokene
verbinden, de uiteengejaagde kudde, die geen
vast punt meer heeft, een nieuwe, goede
schaapskooi geven, rust
en genoeg om van te leven.
Dat mogen wij ons ook aantrekken,
want in onze, aan goederen en onrust rijke,
samenleving, waarin de mensen worden opgejaagd
en opgeofferd op het altaar van de
heilige economische groei, komen wij steeds
meer tekort.
Innerlijke vrede, tijd om ons te ontspannen.
Om op adem te komen. 24 uur per dag en 7
dagen per week werken en klaarstaan voor anderen gaat in tegen de scheppingsorde.
Zes dagen werken, en een dag om
op adem te komen, zo is het bedoeld.
Het is aan ons om daarin zelf de keuzes
te maken.
Keuzes met het oog op het leven dat God
voor ons heeft weggelegd. Dat leven
waarover is geschreven in de brief die wij
lazen.
Daar gaat het om onze daden. Want ‘daaruit
blijkt ons ontzag voor God
zolang wij hier als vreemdelingen wonen’ staat er.
Wij vreemdelingen? Horen wij hier niet?
In ons eigen land?
Nee, lezen we. Daar staat: uit dit zinloze bestaan, dat u van uw
voorouders hebt gekregen, bent u niet vrijgekocht
met iets dat vergaat, met zilver of goud, maar door Christus,
het Lam zonder smet of gebrek.
Wij zijn nu bedoeld voor een andere wereld.
En dat vraagt nogal wat van ons.
Met het oog op de toekomst, maar ook met het oog op de wereld waarin wij leven.
Het is Gods wereld, waarin wij leven.
Het verhaal in het Evangelie
dat wij lazen, laat ons daar iets van zien.
Het lijkt op het eerste zicht een wat mistig
verhaal van mensen die, na hun grote verlies, wat doelloos
rondlopen, en in een poging om weer greep op het leven te krijgen, maar
de gewone dingen gaan doen. Ze gaan vissen.
En ze vangen niets.
Misschien hebben ze hun hoofd er niet helemaal bij, misschien was het weer
er niet naar, daar schrijft Johannes niets
over, daar gaat het niet om.
Langzaam varen ze weer naar het strand,
en daar zien ze een figuur die vraagt of ze soms iets
te eten hebben. Het woord dat gebruikt wordt is wel vertaald met
'toespijs'. Bijgerecht, iets voor op brood,
zouden wij zeggen, maar het betekent ook gewoon: proviand, voedsel.
Duidelijk is het hier dat het om vis
gaat.
Nee, ze hebben niets gevangen.
De figuur aan het strand zegt niet: Jammer, maar Hij stuurt ze
terug, om opnieuw het net uit te werpen. Aan stuurboord,
aan de rechterkant van het schip.
En ze vangen een net vol met grote vissen.
153 grote vissen.
Dat is niet zómaar een getal!!!
Het is een getal dat de grote Naam van God
aanduidt.
In het Hebreeuws heb je geen aparte
cijfers, maar daarin hebben letters cijferwaarde.
abc 123, j k l 10 20 30 q r s 100 200 300
En zó kun je woorden en namen
in getallen uitdrukken. Dat is een hele wetenschap, en daarin zijn
allerlei mystieke verbanden gelegd, al eeuwen
geleden, en ook al in Jezus' dagen. Johannes
doet het ook. Dit staat er niet voor niets. 153 = 9 x 17.
3 x 3=9, en 3 is het getal van de hemel.
Dus van God. (Boekje van Boendermaker over liturgie).
17 is het getalswaarde van de Naam
van de Aanwezige.
Deze grote vangst komt dus dubbel en dwars van God.
153 vissen komen van GodZelf!
Hier zien wij iets van Gods erbarmen. De leerlingen
waren geroepen om vissers van mensen
te worden, maar ze zouden, zonder Jezus, bij God
niet weten hoe ze dat moesten doen. Van pure ellende waren
ze maar gewoon gaan vissen. Maar de
vangst is niet gewoon, die laat zien dat God
hen nog steeds in Zijn dienst wil hebben.
Gods Naam staat geschreven in de vissen,
in de natuur, in deze wereld, in Zijn schepping.
En Jezus nodigt hen uit om samen
met Hem te ontbijten. Zo worden ze bemoedigd,
fysiek én geestelijk.
Wij mensen hebben zo'n duwtje in de rug
vaak zo nodig als het leven moeilijk
is. En God geeft dat.
Soms door iemand die zegt: Kom op, laten we samen een kopje koffie
gaan drinken!
Soms doordat God je laat zien dat je
leven niet zinloos is.
Dat er nog van alles voor je te doen is, zelfs als je zelf niet ziet hoe
en wat.
Soms is het een tekst, die je treft,
soms is het een lied of een gedicht. Of een zonnestraal
op een gewone bloem, die daarmee
een bericht van God speciaal voor jou
wordt. Het zijn niet altijd netten vol,
maar het is wel altijd een bericht van God
aan U, aan jou, persoonlijk. Maar
je moet het wel zien!
Johannes herkende Jezus
niet aan Zijn figuur of Zijn stem, hij herkende Hem
met zijn hart.
Wij lezen in de bijbel dat de Heer
na de Opstanding iets heeft,
dat anders is. Al herkennen de
Emmaüsgangers Hem aan de littekens in de polsen wanneer Hij in gebed de
handen opheft naar Zijn Hemelse Vader. Maria Magdalena herkent Hem pas
als Hij haar bij haar naam noemt.
Misschien is het zoals in een droom, dat kent U wel: iemand ziet er volslagen
anders uit, maar je weet toch
dat het die en die is.
Daar twijfel je dan niet aan. Zelfs klopt het uiterlijk
niet.
Zo kan het ook zijn, dat wij Jezus,
God, niet altijd herkennen in mensen
die op ons pad komen.
Maar ons hart kan de woorden,
gebaren, liefde, herkennen als iets
van Godzelf.
En dan krijgen wij oog voor een nieuwe toekomst.
De leerlingen werden alsnog de mensen
die zij moesten worden: vissers van mensen.
Ook voor ieder van ons heeft God een weg
te gaan, een weg naar Hem, een weg naar mensen
en dieren om ons heen.
Als wij ons voeden met het Woord van God,
als wij ontbijten met Jezus,
dan zal de Heilige Geest ons leiden en helpen
om onszelf te zijn.
Om de mens te zijn die wij mogen worden, in Gods
liefde, en om een steentje bij
te dragen aan de opbouw van Gods
koninkrijk op aarde.
Dat Rijk, waar Hijzelf regeert en zorgt
voor wie en wat dat nodig heeft.
Hij stelt er prijs op, dat wij meewerken.
Zo waarlijk helpe ons God Almachtig.
Amen.
Muziek
Alles wat wij hebben, hebben wij van God gekregen, om door
te geven, om met velen te delen en er zo dubbel van te genieten.
Ook nu en hier kunnen we gestalte geven aan dat delen:
in de collecte.
Na het gebed over de gaven zingen wij NL 647
Nu eerst de Collecte voor De Luther
Stichting:
Diaspora-gift voor kerk- en gemeentecentrum in Jekaterinburg.
In Jekaterinburg,
een stad met 14 miljoen inwoners, leeft de bevolking in het spanningsveld tussen
traditie en vooruitgang, atheïsme en orthodoxie, armoede en rijkdom.
In dat
spanningsveld staat de kleine Evangelisch-Lutherse Gemeente, die gerichte hulp
biedt aan sociaal zwakke gezinnen.
Men wil deze activiteiten graag uitbreiden.
Er zijn vergevorderde plannen voor ruimtes die gerealiseerd kunnen worden in een
multifunctioneel kerkgebouw.
De Martin Luther Bund zal dit project ondersteunen.
Vandaar dat onze gift zeer welkom is.
Gebed over de gaven
Lieve God, U geeft U Zelf aan ons.
Wij bieden U ons eigen leven aan.
Neem het, zoals U ons geld aanneemt.
Dat het dienstig mag zijn voor U.
In de geest van Jezus - die ons voorging.
Amen.
Lied 647NL
Voorbeden:
Laten we danken en bidden:
Goede God, Vader, Heer, Schepper van hemel en aarde, van alles wat er is, en
waar wij geen idee van hebben, wij aanbidden U, en wij danken U dat wij van U
mogen weten. Dat wij in Jezus iets van U hebben mogen zien, dat wij in Hem iets
van Uw liefde hebben leren kennen.
Heer, wij bidden U om Uw erbarmen voor deze wereld, die er zo erbarmelijk aan
toe is op veel punten.
Wij bidden U voor de meisjes die in Panama vermist worden, en voor hun ouders.
Voor de honderden schoolmeisjes die in Afrika zijn ontvoerd om als seksslaven te
dienen, maar wij bidden ook voor de gezinnen van de Moslimbroeders die en
masse veroordeeld zijn in Egypte, en in het bijzonder bidden wij voor de
Christenen die wereldwijd worden vervolgd.
Zo bidden wij U: Heer ontferm U.
Vader van genade, barmhartige en liefdevolle, wij danken U voor de plek waar wij
mogen leven, voor de vrede en veiligheid, waarin wij nog onbelemmerd mogen
zingen van Uw trouw en overwinning op het kwaad.
Maar om ons heen zien wij mist en donkere wolken die ons bang maken. Wij bidden
U voor de landen die in oorlogen verwikkeld zijn, en die dat dreigen te worden.
Voor Syrië en heel het Midden-Oosten bidden wij, maar ook voor de landen in
Afrika, waar de stammen elkaar naar het leven staan, dwars door
godsdienstverschillen heen.
Wij bidden U ook voor de Oekraïne, dat wordt gemanipuleerd door de Russen, en
wij houden ons hart vast, omdat een nieuwe oorlog dreigt, en in feite al gaande
is.
Ook voor Israël bidden wij, en voor zijn buren en bedgenoten. Voor alle
regeringsleiders, die er niet om geven dat mensen de dupe worden van hun streven
naar groter, machtiger en meer.
Wij bidden voor al die miljoenen slachtoffers, die op de vlucht zijn voor
armoede en geweld, voor uitbuiting en wreedheid. En voor de slachtoffers van
natuurrampen, zoals in Afghanistan.
Liefdevol bent U en goed, Heer, en wij danken U dat wij dat mogen ervaren.
Help ons door Uw Geest en Haar gaven de weg te vinden in dit leven die naar U en
de naaste leidt, en die recht doet aan al het leven om ons heen, aan heel Uw
schepping…
Wij danken U voor deze warme gemeente, voor Wil, die vandaag haar 94ste
verjaardag mag vieren, voor Uw erbarmen in haar leven, ook in het moeilijke jaar
dat achter haar ligt. Wil haar ook verder genezen.
Wij bidden U ook voor zieken in deze gemeente, en in het bijzonder voor Maartje
Bronsveld, die het zo moeilijk heeft…
En op deze vierde mei bidden wij U voor hen die vielen, die het offer van hun
leven gaven voor ons land, of wie het bruut ontnomen werd.
Heer, ontferm U.
In de stilte van dit moment bidden wij U voor hen die ons na aan het hart
liggen…
…
En mét
Jezus zeggen wij samen:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd
Uw Rijk kome
Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
En vergeef ons onze schulden,
Zoals wij aan anderen hun schuld vergeven
En leid ons niet in verzoeking
Maar verlos ons van het kwade
Ons slotlied
is Psalm 1: 1 en 2 U mag Hij of Zij zingen.
Zegen:
Gods zegen draagt ons door dood en doop heen
naar het leven in eeuwigheid.
Gods Geest geeft ons de woorden van eeuwig leven
in de mond, en de moed in ons hart.
Gods geliefde Zoon gaat aan onze zij, wanneer we
hier vandaan gaan.
Zo zijn we dan
gezegende mensen,
in de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.