Vanaf 21.45 uur zingt het Singin-koor bij het binnenkomen:
1 Nu zijt wellekome 3 coupletten 2 Er is een Kindeke geboren op aard 3 coupletten  3 Stille Nacht 3 coupletten.

Consistoriegebed:
Jezus Christus, onze Heer,

waar U verschijnt
gaan blinden zien
en doven horen
en ontvangen armen het Evangelie.

Barmhartige Meester,
Waar U zich openbaart
krijgen zij die treuren troost,
zij die schuldig staan vergeving,
zij die huilen vreugde.
U bent de Trooster in elk verdriet.

Daarom bidden wij:
ontfermt U zich over mensen
die eenzaam zijn, 
die gebogen gaan,
die vervolgd worden,
de genegeerd worden,
die geliefden hebben verloren
aan het leven of aan de dood. 

Wij prijzen Uw Naam, goede God. 
U bent onze Heelmeester. 
Wij loven dat U bent die U bent:
Bevrijder en Heelmaker van mensen. 

Amen



Afkondigingen en aansteken van de kaarsen.


1. U ziet op de eerste rij een knuffel, een grote haas. Die zit daar met een reden. Een collega heeft gevraagd of we dat wilden doen, als teken, als plaatsvervanging van een kind dat er had moeten (kunnen) zitten, maar helaas, het kinderpardon werkte niet, en men zette dat kind zonder pardon het land uit. Die haas vraagt uw aandacht (en uw gebed) voor de kinderen die onder het kinderpardon (zouden moeten) vallen. 

2. De voorzitter van ons kerke(n)raad, Hans Ruppert, doet u vanuit Hanoi (Vietnam) de hartelijke Kerstgroeten. Hij is daar met zijn volwassen gezin en een kleinkind; dit is een reis die al geboekt was lang voor het al dan niet doorbestaan van deze gemeente een aandachtspunt werd. 
In verband met ons allen hier denkt hij aan lied 416: 


Wij zijn hier aanwezig in de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.       
Amen

Onze Hulp is in de Naam van de Heer
die hemel en aarde gemaakt heeft.

Heer, vergeef ons al wat wij misdeden,
en laat ons weer in vrede leven.
Amen.

Zo lief had God deze wereld, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft aan het verderf ontkomt, en eeuwig leven hebben mag!

Introïtus:  -De Antifoon is: voorzang God sprak tot mij


- De psalm is: psalm 2: 1 en 2


-Nogmaals de Antifoon: allen

Ere zij de Heer die Een is en driemaal meer dan wij kunnen denken!       

Laten we de Heer aanroepen om ontferming met de nood van deze wereld,
- die is ondragelijk groot – ons hart bloedt om kinderen op de vlucht, om kinderen die geen pardon krijgen, om wanhopige ouders, op weg naar het beloofde land, waar geen herberg voor hen is, en om zoveel anderen -
maar laten wij dan toch ook Zijn Naam prijzen,
omdat er aan Zijn barmhartigheid geen einde komt! En die is groter dan al ons leed.
Dat mogen wij hier bij Hem neerleggen.

Zondagsgebed
Heer, onze God, U, die deze nacht in de glans van het ware Licht hebt doen stralen, U bidden wij dat ook wij ooit in de Hemel mogen meegenieten van de vreugde van dit Licht, waarvan U het geheim op aarde hebt geopenbaard in Jezus Christus, onze Heer, die om ons geboren werd als een Kindeke klein, een Kindeke teer, net als alle mensen. Dank U wel om Hem!
Amen.

Het koor zingt: 

O kindeke klein, o kindeke teer
Gij zijt ons uitverkoren Heer
Ik geef u heel het harte mijn
Ach, laat mij altijd bij u zijn
O kindeke klein, o kindeke teer!



Lezing Oude Testament: Jesaja 8: 23b- 9:7  Dit zijn twee profetieën.

Licht in de duisternis
23b Zoals het land van Zebulon en Naftali
in het verleden smadelijk bejegend is,
zo wordt weldra eer bewezen aan de kuststreek,
het Overjordaanse én het domein        
van andere volken.
---------------------------
9:1 Het volk dat in duisternis ronddoolt
ziet een schitterend licht.
Zij die in het donker wonen
worden door een helder licht beschenen.
2  U hebt het volk weer groot gemaakt,
diepe vreugde gaf U het,
blijdschap als de vreugde bij de oogst,
zij jubelen als bij het verdelen van de buit.
3  Het juk dat op hen drukte,     
de stok op hun schouder,          
de zweep van de drijver, 
U hebt ze verbrijzeld, zoals Midjan destijds.
4 Iedere laars die dreunend stampte     
en elke mantel waar bloed aan kleeft,
ze worden verbrand, een prooi van het vuur.
5 Een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven;
de heerschappij rust op Zijn schouders.       
Deze namen zal Hij dragen: Wonderbare raadsman,
Goddelijke held, Eeuwige Vader, Vredevorst.
6 Groot is Zijn heerschappij,    
aan de vrede zal geen einde komen.    
Davids troon en zijn rijk zijn erop gebouwd,
ze staan vast, in recht en gerechtigheid,       
van nu tot in eeuwigheid.         
7 Daarvoor zal Hij zich beijveren,
de Heer van de Hemelse machten.

Wij zien uit naar de Koning in Eeuwigheid, die dit alles voor allen en voor altijd waar zal maken, en zingen: lied: 461:1 en 4,


Epistel: Titus 2: 11-14

 
Het is onze taak’, schrijft Paulus, ‘om de Heer een sieraad te zijn door onze manier van omgaan met elkaar’. Hij gaat verder:
11. Voor alle mensen verscheen de reddende genade van God,
12. die ons er toe opvoedde, dat we niets meer te maken willen hebben met de goddeloosheid en de verlangens van het bestaan in deze wereld,
en dat we wijs en recht en godsdienstig zouden leven in deze tijd....
13. Daarbij ontvangen we de gezegende hoop, ja, de manifestatie van de glorie van de grote God en van onze redder Jezus Christus,
14. die Zichzelf voor ons gegeven heeft om ons lós te kopen van elke schending van de wet, en om Zich een bijzonder volk te reinigen, dat de goede werken vurig is toegedaan...

Psalmwoord: Halleluja. Laat de Hemel verheugd zijn, de aarde juichen voor de Heer, want Hij is in aantocht. In aantocht is Hij als de redder van de aarde. (Psalm 96:11a, 13a) 
HALLELUJA!

Wij zingen: lied 473:1

Het Heilig Evangelie staat geschreven bij: Lucas 2: 1 – 14

Hiervóór wordt verteld over de geboorte van Johannes de Doper. Zijn vader loofde God bij zijn geboorte. God, Die dit kind zou gebruiken om de wereld voor te bereiden op de redder die komt van God, Die naar ons zal omzien, om hen te beschijnen, die gezeten zijn in duisternis en schaduw van de dood, en Die onze voeten zal richten op de weg van de vrede.  
Dan staat er: Het kind groeide op en werd gesterkt door de Geest. En hij vertoefde in de woestijnen tot op de dag dat hij zich aan Israël vertoonde… 
Nu gaat Lucas verder met onze lezing (GNB):

1 Wat gebeurt er: in die tijd kondigde keizer Augustus het besluit af dat iedereen in zijn wereldrijk zich moest laten inschrijven.
2 Deze eerste registratie vond plaats toen Quirinius gouverneur was in Syrië.
3 Iedereen ging op weg naar de plaats waar hij vandaan kwam, om zich daar te laten inschrijven.
4 Ook Jozef ging van Nazareth in Galilea naar Judea, naar de geboortestad van koning David, Betlehem geheten, want hij stamde uit het geslacht van David.
5 In Betlehem liet hij zich inschrijven samen met Maria, zijn a.s. vrouw, die in verwachting was.
6 Wat gebeurt er: toen ze daar waren, was het de tijd dat het kind geboren moest worden.
7 Maria bracht een zoon ter wereld, haar eerste. Ze wikkelde Hem in doeken en legde Hem in een voederbak, want er was in de herberg geen plaats voor hen.
8 In de omgeving daar waren herders die buiten de nacht doorbrachten om de wacht te houden bij hun kudde.

9 Opeens stond er een engel van de Heer voor hen, en de glorie van de Heer omstraalde hen. Ze werden verschrikkelijk bang,
10 maar de engel zei: ‘Wees niet bang! Want luister, ik breng u een blijde tijding, die voor het hele volk bestemd is.
11 Vandaag is in de stad van David uw Redder geboren: Christus, de Heer.
12 12 Dit zal voor u het teken zijn: u zult een Kind vinden dat in doeken gewikkeld is en in een voederbak ligt.’ 13 En ineens was er bij de engel een hele menigte andere engelen uit de hemel, die allemaal God loofden:

(Koor en gemeente:) = Lied 487

15 Wat gebeurt er: Toen de engelen naar de hemel waren teruggekeerd, zeiden de herders tegen elkaar: ‘Kom! Laten we naar Betlehem gaan.
De Heer heeft ons bekendgemaakt wat er gebeurd is; laten we gaan kijken.’
Zalig die het woord van God horen
en er gehoor aan geven!

Laten wij zingen! Lied 503: 1 en 2

 

Credo.
In antwoord op Gods Woord zingen wij samen:


(Credo Westering) 

Men gaat zitten!

Preek
Genade zij u en vrede van God onze Vader en van Jezus Christus, onze Heer, door de Heilige Geest.

Duisternis. Daar begint het mee.
Heel de schepping is in duisternis gehuld, dan roept God het Licht, en het leven kan beginnen.
Heel ons bestaan is een geschenk van God.
Licht en leven maakt de Heilige bij de schepping mogelijk, allerlei leven, en, als een toegift haast, ook nog de mensheid.
In het Paradijs, toen de mensen nog héél dicht bij hun Schepper leefden, en dat wisten, dat dagelijks konden ervaren, tóén ging het mis, omdat we een grens overschreden. Een grens die de Aanwezige aan de mensen had gesteld.
Want ze moesten wel onderscheid maken tussen Hem en henzelf. Je kunt heel vertrouwelijk met God omgaan, dat vindt Hij ook fijn, maar een mens is geen God. Laat dat duidelijk zijn!
 
Helaas ging het mis.

Toch, telkens weer probeert de Heilige nieuwe openingen te maken, nieuwe aanrakingspunten. Maar het lijkt wel alsof er telkens duistere krachten zijn, die deze toenaderingspogingen frustreren. Eerst de zondvloed en dan Noach
Maar de mensen hebben er niets van geleerd.
Dan Abraham, een vriend van God, die wèl gehoorzaam was, alleen net niet genoeg geloofde, en niet wilde wachten op de beloofde zoon, en maar alvast een slavin van zijn vrouw bezwangerde, zodat we met een Palestijnenprobleem zitten.
Toch hield de Heilige Zich aan Zijn belofte, en inderdaad: een groot volk werd het nageslacht van Abraham. Een volk dat letterlijk het licht heeft gezien bij de verbondssluiting op de Sinaï, dat kun je toch wel zeggen!
En toch… telkens weer gaat het op kleine of grote schaal mis.
En telkens weer vecht de Aanwezige een taaie strijd om het hart van dit volk, een strijd om de harten van Zijn mensen voor Zich te winnen.

Vele profeten zijn er al op af gestuurd.

Een van de grootsten, in het besef van het Joodse volk, was Jesaja.
Hij ziet dat Juda en Jeruzalem, waar toch de tempel staat, die dus heel dicht bij God zijn, zich hebben afgekeerd van de oprechte dienst aan de Heer.
Ze leven in duisternis. Hun hart is verblind, en ze zien niet meer waar het om gaat in het leven. Jesaja waarschuwt ze dat ze ten onder gaan als ze zo doorgaan, maar dat de streken waar zij zo op neerkijken, omdat ze denken dat daar de zuivere leer niet wordt verkondigd en de juiste leefregels niet worden gevolgd: Galilea, Transjordanië etcetera, die zij heidense volkeren noemen, wél bij God in ere staan.

Zebulon en Naftali, Galilea, waar we later Jezus zien rondgaan en wonderen doen, de streken aan de kust en het Over-Jordaanse, waar Hij heen zal gaan om Gods woorden te brengen, het Evangelie, van Gods genade…
Zij mogen er helemaal bij horen. 

Maar er is ook een belofte voor het land dat in duisternis gehuld is.
De Messias zal daar geboren worden.

Wij lezen deze profetie maar àl te makkelijk als een invulling van de eer en de zegen voor Naftali en Zebulon, en al die anderen.
Maar dan lezen we niet goed. Dan rukken we die uit het verband waarin die staat.

Het volk dat in duisternis leeft, dat zijn níet de volkeren, niet Zebulon en Naftali, maar dat is Juda zelf, dat is Jeruzalem, waar de Heilige toch verbonden is met de tempel, en waar ze Hem niet zien, Hem niet van harte eren.
Ook in díe duisternis zal een groot licht óp gaan. ‘Zij die in het donker wonen worden door een helder licht beschenen’, staat er.
 


En dàn een visioen van hoe het ooit zal zijn.

Oorlogsgeweld zal zijn vernietigd, soldatenlaarzen en uniformmantels, alles wat met bloed en geweld heeft te maken, wordt ontmaskerd, wordt krachteloos gemaakt.
Er zal vreugde zijn als bij de oogst!   
Een groter tegenstelling kun je je niet voorstellen! Oorlog laat een spoor van vernietiging achter, we hoeven de televisie maar aan te zetten, om de beelden vrijwel dagelijks te zien. Daar ís geen sprake van oogsten. 

Maar de vrede die God belooft, is juist het tegenovergestelde!
Daar mogen we ons op verheugen.

Ja, maar… denkt er al een slimmerik die goed heeft opgelet: er staat toch dat het al gebeurt en al gebeurd ís!

Dat klopt, en dat ligt aan de structuur van het Hebreeuws. In onze taal heb je drie tijden. Die omvatten het verleden, heden en toekomst.
Maar in het Hebreeuws ligt dat anders: je hebt de tegenwoordige tijd, er gebeurt iets dat nog niet afgelopen is, ook is er een vorm die aangeeft dat iets nu bezig is te gebeuren, (ik ben aan het preken) en je hebt de rest.
Dat kan onze voltooid verleden tijd zijn, of een toekomst. Ik heb gepreekt. Na het amen. Of ik zal preken. Volgend jaar waarschijnlijk.
Die tijdsaanduiding kan dus op twee manieren worden vertaald. Het is gebeurd, of het zal gebeuren.
Maar als God iets bedenkt en wil, dan is het voor Hem al werkelijkheid, terwijl het in onze situatie nog moet gebeuren. Een belofte!
Het staat vast.
Wij mogen Jesaja lezen als: het is gebeurd. Zeker weten. En Lucas bevestigt dat.
Voor de eerste toehoorders van Jesaja was het een hoopvolle toekomst.
Het zòù gebeuren.

En ja, het geschiedde! Als dàt er in het Hebreeuws of het Grieks staat, dan betekent het dat er iets van Godswege gebeurt.
De Hemel heeft er de hand in.  
Het is opnieuw een actie van GodZelf om het weer goed te krijgen tussen ons en Hem.
Want we gaan Hem ter harte!
Er is niet zomaar een keizer die bedenkt dat er eens een goede registratie van al zijn onderdanen en hun bezittingen moet komen, zodat hij effectiever belasting kan heffen.
Nee, de Aanwezige Zelf zit daar achter.

Want dat tellen, zo’n registratie, dat mocht is Israël alleen gebeuren als er een Jubeljaar was. Als er eens in de vijftig jaar de zaken worden hersteld. In een Jubeljaar moet een slaaf vrijgelaten worden, en een stuk land, dat aan iemand van buiten de stam is verkocht, moet teruggegeven worden aan de stam. Het is een jaar van herstel.
Kortom: God roept een Jubeljaar uit, en laat keizer Augustus denken, dat hij het helemaal zelf heeft bedacht.
Maar hoe dat ook zij: de Heer grijpt nu Zelf in!
Laat Augustus maar keizertje spelen.
God gebruikt hem om Zijn beloften uit te laten komen: het Koninklijk Kind wordt geboren in Bethlehem, de stad van koning David, een voorvader van Josef. Van Maria waarschijnlijk ook.  

Het
geschiedde dat Maria bevallen moest in Bethlehem.
Tegenwoordig menen de medici te weten, dat het kind de aanzet geeft tot de bevalling.
Gods Zoon kiest dus de juiste tijd en de juiste plaats uit.
De Redder, de Messias, díe moest geboren worden in Bethlehem. Over Hem spreken de Engelen, in hun boodschap aan de herders. Pas acht dagen later, als het kind wordt besneden, krijgt het een naam. Jezus. God redt. Jehoshoeang op zijn Hebreeuws.
Hij heet dus net als Jozua, die het volk van God het Beloofde Land mag binnenbrengen.

Na de Engelenzang geschiedde het dat de herders gingen kijken, en vervolgens als getuigen van dit grote wonder, als eersten mochten verkondigen dat God Zijn beloften heeft gehouden, dat de Messias, die alles zou herstellen, was geboren. Wat waren ze blij!
J
Ze konden het niet voor zich houden!
Ze waren de eerste Evangelisten!
Alleen schreven ze het niet op, ze riepen het uit!

Zo blij mogen wij ook zijn, want ook voor ons is dit grote geschenk van God gekomen. Ook voor ons is Hij gekomen, die herstel brengt, die de dingen weer goed maakt, die wij in onze angst, in onze hebberigheid voor anderen en ons zelf hebben verknoeid. Nee, dat betekent niet dat God voor ons het CO2 probleem oplost, maar Hij geeft ons wel de middelen om dat te doen… En mensen worden nog steeds ziek, maar de dood is niet het einde.
De dood is na de Opstanding van Jezus een nieuw begin. Ook voor ons.
En het enige wat wij hoeven te doen, is doen wat Jezus deed: van de mensen houden, en zó laten zien dat wij veel om God geven.
En doorgeven, dat God van mensen houdt.
Wij mogen net als de herders het goede nieuws brengen. En dat in ons leven laten zien. 
Dan zijn we voor de Heer een sieraad wanneer Hij terug komt; dat zijn we vanzelf als we de goede dingen doen, waar Hij op hoopt.

Want we vieren niet alleen feest omdat Hij is geboren en Gods beloften heeft vervuld, maar we vieren ook en vooral feest omdat Hij terugkomt, omdat Hij al onderweg is.
Dus: Houd van God en van elkaar.
Dan hebben we allemaal een zalig Kerstfeest, en een vreedzaam 2019.

Verander de wereld, en begin bij jezelf. Het kan!

Een bekende spreuk is: God houdt van ons, zoals we zijn, maar Hij houdt teveel van ons, om ons zo te laten.
J

De Geest van God, die van alle mensen houdt, ook van iedereen hier, zal ons graag daarbij leiden en helpen.

Amen.


Muziek Orgel: Licht in de nacht, een ster schijnt door de wolken… 

God heeft ons vele gaven geschonken,
om ons blij te maken, maar ook om ons de gelegenheid te geven anderen blij te maken, door er van te delen.
Nu kunnen we dat doen in de collecte.
De tweede collecte is voor de Kachin. Een Christelijk volk uit Myanmar op de vlucht. Zie Collectedoel
Vergeet niet dat Maria en Josef zelf met hun Kind moesten vluchten naar Egypte. Zij kregen misschien kostbare geschenken van de wijzen uit het Oosten, zodat ze voor hun onderdak konden betalen, maar nu is het aan ons, om voor de vluchtelingen hetzelfde te doen als die wijzen.
Achter op de liturgie staat het hele verhaal.
U kunt een sieraad voor God zijn, als u veel meer geeft dan u van plan was.

Collecte

Gebed over de gaven
Heer, die ons alles hebt gegeven dat er toe doet, dank U dat Uw Liefde Mens werd in Jezus.
Daarbij vergeleken zijn onze gaven klein en schamel, maar wil ze toch aanvaarden, en wil ze gebruiken, tot eer van Uw Naam.
Amen.

Lied 506: 1 en 2


Voorbeden
Laten we danken en bidden:
Goede God, dank U, dat U telkens weer mensen hebt gezonden naar deze wereld, om ons te herinneren aan U en aan Uw liefde.
Profeten, maar ook mensen als onze ouders en leerkrachten, die ons over U vertelden, wij danken U voor hen. Help ons door Uw Heilige Geest om ook zo het Evangelie door te geven aan mensen die dichtbij ons staan.
Zo bidden wij U:

Heilige God, wij danken U, dat U in Uw Zoon ons leven hebt willen delen. U hebt onze angsten en pijn, verdriet en zorgen van heel dichtbij meegemaakt. Wij danken U voor Jezus, wij bidden U voor allen die die op de vlucht zijn, voor alle ouders, die wanhopig  hun best doen hun kinderen een leven te gunnen, voor alle kinderen die hun ouders kwijt geraakt zijn onderweg, bescherm hen allen, voor alle Christenen die om hun geloof worden vervolgd, vandaag bidden wij in het bijzonder voor de Karchin.  
Zo bidden wij U:

Liefdevolle Vader, wij danken U voor Uw liefde. Wij bidden U voor alle slachtoffers van oorlog en geweld, natuur en verkeer. In het bijzonder bidden we voor de slachtoffers van de recente tusnami, en voor hen die nog lijden onder de gevolge van de grote tsunami van 2004.          
Wij bidden U voor onze zieken, zoals voor Wil Visser, Wilma, envoor hen die hier niet kunnen zijn, om hun situatie thuis, om hun gezondheid, omdat ze leven met gemis. Voor allen die iemand missen, en daardoor moeite hebben met al die feestelijkheden willen we U bidden, in het bijzonder denken we aan mevrouw Kater en haar gezin… en we bidden in stilte voor hen die we voor U willen noemen…

Zo bidden wij U:

Samen bidden wij U zoals Jezus zelf het ons leerde:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd

Uw Rijk kome
Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.

Geef ons heden ons dagelijks brood

En vergeef ons onze schulden,
Zoals wij aan anderen hun schuld vergeven

En leid ons niet in verzoeking
Maar verlos ons van het kwade


Wij zingen ons Slotlied 463: 1a, 2m, 3v, 6m, 7v, 8a         Staande!



Zegen:
Het Kind in de kribbe moge Koning zijn in onze harten.
Gods welbehagen in mensen moge ook aan ons zijn af te lezen.
Het licht van Kerst moge ons leven doorstralen.
† Daartoe zegenen ons de Vader, de Zoon en de Heilige Geest
Amen.

We zongen het klassieke Ere zijn God!
Daarna was er glühwein en kerstbrood, terwijl buiten de Kerstvuren brandden.

We wensen elkaar en u en jou een gezegend Kerstfeest, en een mooi, gezond en zinvol 2019

Medewerkenden

Organist: Edwin Fredriks

Koor: Sing-in o.l.v. Désirée Wijma

Voorg. Gea Voerman – van Haselen

Collectedoel:  Ruim 100.000 Kachin zijn op de vlucht geslagen vanwege gevechten tussen het leger en christelijke ‘rebellen’. Ze willen als etnische, Christelijke minderheid erkend worden door de overheid van Myanmar.

Hun dorpen zijn in brand gestoken. Duizenden vluchtelingen zitten klem in het oerwoud, onder wie meer dan 50 duizend kinderen, gehandicapten en zwangere vrouwen. Zij hebben ondersteuning nodig, onder andere in de vorm van medicijnen en voedsel.

 

Al jaren is er een gewapende strijd aan de gang in Kachin, een regio in het noordoosten van Myanmar. Het Kachin Onafhankelijkheidsleger vecht hier met het Birmese overheidsleger. De voornamelijk christelijke Kachin zou zelfbeschikkingsrecht zijn toegezegd in 1948, wat nooit gestalte is gegeven. Bij het aan de macht komen van Aung Suu Kyi was er hoop dat dit wel zou gaan gebeuren, maar het tegendeel vond plaats, etnische conflicten laaiden juist op. Het bekendste drama momenteel in Myanmar betreft de Rohingya, die massaal naar Bangladesh vluchtten. Ook de Kachin zijn op de vlucht; naast 130.000 Kachin die al jaren in kampen verblijven zijn er recentelijk 6.800 Kachin verdreven uit hun leefomgeving. Zij bevinden zich veelal in het oerwoud en hebben medicijnen en voedsel nodig. Sommigen zijn vorig jaar door China teruggestuurd naar Myanmar, anderen hebben hun heil gezocht in de stad Myatkyina. Het gaat hier om een van de vele etnische conflicten in Myanmar, waar ook grondstoffen een rol in spelen. In de regio Kachin is namelijk jade en amber te vinden. Laat de christelijke Kachin die op de vlucht zijn niet in de steek, maar ondersteun deze mensen die voor het geweld hebben moeten vluchten met medicijnen en voedsel. Steun dit werk!!!

U kunt dit werk ook steunen door uw bijdrage over te maken op rekening NL89 ABNA 0457 457 457 t.n.v. Kerk in Actie te Utrecht, o.v.v. het projectnummer 'N 000706'