Voor eerdere diensten klik hier:

Zondag Gaudete 13 december 2015

Organist: Ben de Rooij

Orgelspel
 
Afkondigingen en aansteken van de kaarsen.

Stilte

Wij zijn hier aanwezig in de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.  
Amen

Onze Hulp is in de Naam van de Heer
die hemel en aarde gemaakt heeft.

Laten wij bidden:

Goede God, wij vertrouwen op Uw Woord, daarom zijn wij hierheen gekomen. Wij bidden U voor allen die daar toe niet in staat zijn. 
Heer, ontferm U over hen. 
Lieve God, Uw genade is groter dan ons tekortschieten. 
Daarop vertrouwen wij, als wij vragen om vergeving, als wij U vragen om al wat ons aan zorgen en vragen, aan verdriet en onrust aankleeft, van ons weg te nemen, opdat wij U in alle vrijheid als Uw kinderen kunnen aanbidden.

Heer, vergeef ons al wat wij misdeden
en laat ons weer in vrede leven.
Amen

Zo lief had God deze wereld, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft aan het verderf ontkomt, en eeuwig leven hebben mag!

Onze Introïtuspsalm psalm 78: 1 en 2


Laten we de Heer aanroepen om ontferming met de nood van deze wereld, - die is groot -
maar laten wij dan ook Zijn Naam prijzen,
omdat er aan Zijn barmhartigheid geen einde komt! 



Zondagsgebed:
God van vreugde, vul ons met Uw enthousiasme voor Uw Schepping
en vul ons zo met blijdschap met U en elkaar. Door Jezus Christus, onze Heer.
Amen.

Lezing Oude Testament: Jesaja 35: 1- 10


Jesaja 35 Dit is samen met hoofdstuk 34 in feite het einde van de geschriften van de oorspronkelijke profeet Jesaja. In 36-39 zijn er nog verhalen over zijn levensloop, maar die zijn waarschijnlijk later toegevoegd. Hier kijkt Jesaja vooruit naar de eindtijd, de tijd van eenmaal, als Gods koninkrijk aan breekt, als Gods wil op aarde geschiedt zoals in de hemel... Dan wordt eindelijk de wereld zoals die is bedoeld....

Een belofte, die ons moed mag inspreken, maar ons ook aanspoort zelf iets te doen met die moed.
We lezen hoofdstuk 35:


1. Feest zullen ze samen vieren, de wildernis en de woestijn, ja de dorre vlakte is dolbij, en bloeit volop met kleine hyacinthen.
2. Volop zal ze bloeien, dolbij is ze , alleen maar uitgelatenheid en zingen (klinkt er); de glorie van de Libanon wordt haar gegeven als luister, maar de Karmel en de Sharon zullen de glorie van de Aanwezige zien, de luister van onze God.
3. De slappe handen moeten zich spannen, en de wankele knieën moeten sterk staan.
4. Zeg tegen het hazenhart: Wees sterk, wees niet bang! Kijk toch, jullie God komt met wraak, met goddelijke vergelding; Hij komt jullie bevrijden.
5. Dan gaan de ogen open van de blinden, en de oren van de doven.
6. Dan springt als een hert de lamme, dan schreeuwt van vreugde de tong zonder taal, wanneer de wateren de wildernis doorsnijden en stromen de woestijn...
7. Het Fata Morgana wordt een moeras, het dorstige land wordt rijk aan waterbronnen; op de plek van het slangennest (komt) een lusthof met riet en papyrus.
8. Daar zal een snelweg zijn opgehoogd, en Heilige Weg zal die worden genoemd, daarover gaat geen onreine figuur, (die gaat zijn eigen weg), en dwazen dwalen er níet op rond.
9. Daar zal geen leeuw te vinden zijn, ja, roofdieren komen er niet op terecht, ze worden er niet aangetroffen, maar zij die zijn vrijgekocht wandelen (daar). 
10. Zij die door de Aanwezige zijn losgekocht keren terug en gaan naar Sion, onder vreugdekreten en met levenslange blijdschap.
Op hun hoofd krijgen ze vreugde en blijdschap, als ze ontvluchten aan rampen en zuchten...


Tot hiertoe de lezing. Diezelfde snelweg vinden we terug in het begin van het Evangelie van Johannes. 
Wij komen straks in de preek bij hem terug.

Laten wij nu zingen: lied: 1005: 1, 5


Epistel: 1 Corinthe 4: 1 – 5
Een leefregel voor nieuwe en oude Christenen…

1 Zó moeten de mensen ons beschouwen:
als dienaren van Christus, en als (mensen) aan wie de zorg over de geheimen van God is toevertrouwd.
2 Verder wordt er van iemand die deze taak vervult verwacht dat deze betrouwbaar is.
3 Maar het interesseert mij absoluut niet als ik door u word beoordeeld, of door een menselijk instituut, ja, zelfs beoordeel ik mijzelf niet eens.
4 Ik ben me weliswaar van geen kwaad bewust, maar dat pleit mij nog niet vrij.
Het is echter aan de Heer mij te beoordelen.
5 Daarom moeten jullie niet voortijdig oordelen, voordat de Heer komt, want Hij zal aan het licht brengen wat het duister verbergt en Hij zal onthullen wat voor geheimen de harten bergen.
En dan zal iedereen van God de lof krijgen waar die recht op heeft.

Profetenwoord: Halleluja! Baan voor de Heer een weg door de woestijn, effen in de wildernis een pad voor onze God. Jesaja 40:3 
HALLELUJA
!



Wij zingen lied 450, hèt lied met de tekst van de antifoon van zondag Gaudete!


Het Heilig Evangelie staat geschreven bij: Lucas 3: 7 – 18

Johannes de Doper is bij de Jordaan. Hij roept de mensen op om anders te gaan leven, en om als teken daarvan gedoopt te worden, om als nieuwe, reine mensen met nieuwe kansen het leven tegemoet te treden. Hij is een grote hit, een waanzinnig succes. Hij is daar niet blij mee.

7. Toen zei hij tegen de menigten die toestroomden om door Hem gedoopt te worden: ‘Stelletje adders dat jullie zijn! Wie heeft jullie op het idee gebracht de toorn die ophanden is te ontvluchten?
8. Brengen jullie dan nu vruchten voort die de bekering waardig zijn! en zeg niet tegen elkaar: ‘Wij hebben Abraham als vader’… want Ik zeg jullie dat God in staat is Abraham uit deze stenen kinderen te verwekken!
9. Maar de bijl ligt al bij de wortel van de bomen
welnu, elke boom die geen goede vrucht draagt,
wordt omgehakt en in het vuur gegooid.’
10. En de menigten vroegen hem uit, en zeiden:
‘Wat zouden we dan kunnen doen?’
11. Hij gaf antwoord en zei tegen ze: “wie twee hemden heeft moet meedelen aan wie er geen heeft.
En wie voedsel heeft moet net zo doen.
12. Nu kwamen er ook belastingambtenaren om gedoopt te worden, en ze zeiden tegen hem:
‘Meester, wat zouden wij dan kunnen doen?’
13. Hij nu, hij zei tegen ze:      
‘Pers niets meer af dan wat jullie bevolen is.’
14. En ook mensen in krijgsdienst vroegen hem uit,
en zeiden: ‘En wat zouden wij dan kunnen doen?’
Wel, hij zei tegen ze: ‘Mishandel niemand om ze uit te schudden en chanteer niemand met je leugens, maar wees tevreden met je soldij.’

15. Maar, omdat het volk daarbij vol gespannen verwachting was, en ze in hun harten allemaal piekerden over Johannes, of hij misschien toch niet de Christus was…
16. nam Johannes het woord en zei hij tegen hen allemaal: ‘Ik doop jullie dan wel met water, maar Hij die machtiger is dan ik komt er aan, Hij van wie ik het niet eens waard ben het riempje van Zijn sandaal los te maken… Hij zal jullie dopen in Heilige Geest en Vuur!
17. Hij die de wan in de hand heeft om Zijn dorsvloer grondig te reinigen, en om Zijn graan in de bergplaats bij elkaar te brengen, maar het kaf zal Hij verbranden met onvergankelijk vuur.

18. En ook op veel andere manieren spoorde hij het volk aan en bracht hij het de goede tijding.

Zalig die het Woord van God horen en er gehoor aan geven!


Credo:  In antwoord op Gods Woord willen wij samen ons geloof belijden:
Dat er een God is, die van mensen houdt zoals ze zijn,
dat wil ik geloven.
Een God die ons gewild heeft en bedacht,
dat wil ik geloven.
Dat Hij hemel en aarde in de hand heeft,
dood en leven,
dat wil ik geloven.
Dat Hij van mij, kleine mens, houdt,
dat wil ik geloven.
Dat God in Jezus mens werd,
dat wil ik geloven.
Een mens die ons leven deelde,
en voor ons stierf op een kruis,
dat wil ik geloven.
Dat Hij opstond uit de dood, als eerste van velen,
dat wil ik geloven.
Dat Hij ruimte voor ons maakt bij God,
dat wil ik geloven.
Dat Gods Geest puur liefde en leven is,
dat wil ik geloven.
Dat Ze ons allen nabij is,
dat wil ik geloven.
Dat Ze ons kracht geeft en moed om te leven,
liefde en waardigheid,
dat wil ik geloven.
Dat we zó kerk zijn, gemeenschap van heil,
dat wil ik geloven.
Om doop en vergeving, genade en toekomst
wil ik geloven
in God die van mij houdt.



Preek
Genade zij u en vrede van God onze Vader en van Jezus Christus, onze Heer, door de Heilige Geest.


Lieve Gemeente, lieve vrienden en vriendinnen.

Een dag van vreugde is het vandaag, midden in de vastentijd, in de paarse tijd, is er een roze zondag Gaudete, die oproept om, ook in de tijd van bezinning en bekering, de vreugde niet uit het oog te verliezen.
De vrolijke Gay-beweging, die tegenwoordig niet alleen homo’s en lesbiennes omvat, maar ook transgenders, mensen die in een verkeerd lichaam zitten of zaten, de vroom-en-vrolijke beweging dus, heeft deze zondag uitgeroepen tot hun eigen bijzondere roze zondag.
En daar gaan we graag in mee.

De eerste lezing stemt ook vrolijk!
Feest zullen ze samen vieren, de wildernis en de woestijn, ja de dorre vlakte is dolbij, en bloeit volop met kleine hyacinten.
Dat kunnen ook andere bloemen zijn, want de geleerden zijn het er niet over eens. Maar ik heb foto’s gezien van hele velden kleine wilde hyacinten in de woestijn, die opbloeien als de stortregens zijn losgekomen, dus daar houd ik het maar op…
Het bloeit dat het een dolle pret is, en al die landstreken die normaal worden gezien als onvruchtbaar, dor en doods, komen helemaal tot hun recht, en zo hopen en bidden we ook dat mensen die in andere landen zichzelf niet mogen zijn, ook eenmaal tot hun volle recht komen, wanneer God Zich er mee bemoeit, en wanneer mensen in Zijn Geest ruimte maken voor de ander die anders is.
Want het is natuurlijk helemaal in orde om van elkaar te verschillen! Wat zou het een saaie boel en een miezerige schepping zijn geweest, als God Zich niet te buiten gegaan was aan levensvormen en allerhande kleuren en mogelijkheden.


Ruimte maken voor elkaar en voor anderen ver weg, dat vraagt wel iets van ons.
De slappe handen, die maar werkeloos omlaag hangen, moeten in beweging komen, die moeten spierkracht ontwikkelen, en de bibberende knieën moet je oefenen, tot ze sterk staan.
Ook het hazenhart, dat van jezelf of van een ander, mag je moed inspreken:
Wees sterk, wees niet bang!
En daar is een reden voor!
God gaat Zich er ook mee bemoeien.
Hij zal de vijand mores leren, en Hij komt bevrijden. Dan gaan de ogen van de blinden open, en de oren van de doven.
Dan
springt als een hert de lamme, dan schreeuwt van vreugde de tong zonder taal

Er komt een dag, dat er een snelweg wordt aangelegd in wat eerst een onleefbaar gebied was.
Wij weten hier uit eigen ervaring hoe belangrijk een goede infrastructuur is. En bij grote rampen is die het, die het eerste moet worden aangepakt.
Maar in de Bijbelse tijden werden deze wegen aangelegd om er legers snel over te verplaatsen.
We kennen hier nog de Romeinse Heirwegen.
Legerwegen, dus letterlijk. Ook hier in de streek zijn er zeker nog resten van terug te vinden.
Ton merkte op, dat de IS er ook gebruik van maakt.

Maar als Jesaja spreekt over een dergelijke snelweg, dan is het een weg die God gebruikt om snel recht en orde te gaan scheppen, een weg die geheiligd is, en waarop het kwaad, in de vorm van wilde dieren, niet kan komen. De dood blijft er weg!
Maar de mensen die God heeft vrijgekocht, (we  moeten denken aan de ballingschap) die komen daarover vrij en vrolijk op weg naar huis.
Op weg naar de tempel, waar ze hun vreugde en dankbaarheid zullen uiten.

Het is ook de weg, waarover in het begin van het Johannesevangelie wordt gesproken: u weet wel: die stem die in de woestijn roept: Maak recht de weg van de Heer! Haal de bochten er uit, en de hoogteverschillen. Zodat de Heer haast kan maken met de bevrijding van Zijn volk.
(Vergeet niet: Jezus leefde in bezet gebied!)

En Johannes is daar mee bezig, met het voorbereiden van die weg als hij de mensen oproept zich te bekeren
Als hij hen en ons oproept om te gaan leven zoals we bedoeld waren.

Als mensen naar Gods beeld.

Dat betekent niet dat we uiterlijk op God lijken.
Het betekent wel dat we leven zoals we door God bedoeld zijn. Leven naar het beeld dat Hij van ons had. Niet meer en niet minder.

Je ziet dat ook aan de antwoorden van Johannes aan de pas bekeerde en gedoopte mensen, die vragen om practische tips voor het gelovige leven. Een soldaat mag best soldaat zijn, maar hij moet tevreden wezen met zijn soldij, en niet de onschuldige bevolking geld en goederen afpersen. Iets dat tegenwoordig nog steeds gebeurt, in wat ‘minder geordende’ legers.

En ook voor de belastingambtenaren geldt hetzelfde. Zij pachtten toen voor een bepaalde som een gebied waar zij belasting mochten innen, en alles wat ze meer dan die som in dat gebied aan belasting binnenhaalden konden ze in hun zak steken.
Dat kon heel lucratief zijn, en de bezetters keken er niet naar om: zij hadden het geld al binnen.

In feite zegt Johannes: Gedraag je fatsoenlijk, werk voor je geld, en neem niet wat je niet toekomt. Dat geldt natuurlijk ook voor ons!

Het feit dat wij het gemiddeld relatief heel erg goed hebben, betekent zeker niet dat wij ons in weelde kunnen baden, ten koste van mensen in lage-lonen-landen, die veel te goedkoop voor ons produceren, of die grondstoffen voor onze telefoontjes met gevaar voor hun leven opdelven.
Wat wij kopen, consumeren en weggooien, dat zijn allemaal dingen waar ons rekenschap van gevraagd zal worden. Juist in deze Adventstijd mogen we daar bij stil staan.
De Heer zal bij Zijn komst aan het licht brengen wat het duister verbergt, en Hij zal de geheime wensen en gedachten van onze harten onthullen.

Dus is het zeker zaak, dat wij ons nu zelf bewust zijn van wat de echte beweegredenen zijn van onze keuzes en daden.
Zeker als je deze tijd bewust gebruikt als vastentijd, als een tijd waarin niet alles vanzelf spreekt, en je echt kiest wat je wel of niet doet, eet, drinkt, dan denk je na over je leven.
Over het doel, wat er goed gaat, wat er minder is. En dat is echt een zaak tussen jezelf en God.

Daarin mag je zelf best zeggen: ik vind dat ik er af en toe een potje van maak, Heer. Luther kènde dat: De mens is tegelijk begenadigd (door God) én zondaar (in eigen ogen): simul iustus act peccator.
’s Avonds vraag ik altijd om vergeving voor wat er niet goed ging, voor wat ik niet eens gedaan heb, en daarna vraag ik om zegen over wat er wel goed ging. En natuurlijk ook om zegen voor allen die dierbaar zijn, en de zieken, maar dat is weer het volgende hoofdstuk.
Paulus bedoelt in zijn brief aan de gemeente in Corinthe vast niet dat hij nooit nadenkt bij wat hij doet, maar hij leeft in een vast vertrouwen op Gods genade. En hij is zich van geen kwaad bewust, dat scheelt natuurlijk ook.
J
Een schoon geweten is een groot goed.
J
Het oordelen hoe goed of hoe slecht iets is laat hij in laatste instantie aan God over.
Hij is de Enige die het volledige overzicht heeft.
Het is voor ons in elk geval van belang dat wij ons niet door anderen laten aanpraten dat we op de een of andere manier moeten leven, wanneer wij in ons hart weten dat wij naar beste kunnen en kennen met de geheime schatten die God ons heeft toevertrouwd omgaan. Die schatten, dat zijn: de liefde en de genade, die wij hier hebben leren kennen, door samen Bijbel te lezen, door te zingen en te bidden, en door te leven met God.

Wat voor Paulus ook een van die geheimen is, waar hij het over heeft, dat is het feit dat het heil niet alleen is voor Gods eigen volk, maar voor iedereen die in Jezus Christus wil geloven als haar of zijn Heer en Heiland. Dus ook voor ons.
God houdt van ons net zo veel als van Zijn volk, en om Jezus’ wil zelfs net zoveel als van Jezus Zelf.
Hij houdt van u en jou en jou
Dat is om heel blij en vrolijk van te worden.

En God maken we blij door deze geheimen zorgvuldig door te geven, zoals die ons door de Bijbel en de Heilige Geest worden geschonken.

We moeten er niet over zwijgen, het is geen anonieme brief, die door de papierversnipperaar gaat, maar we moeten ze op de juiste manier doorgeven. En wij geven Gods liefde en genade niet alleen door als wij daarover praten met anderen, dan nog het minst, maar dat doen we juist als wij er naar leven.
Als wij zelf liefdevol en genadig zijn.
Dan leven we naar Gods beeld, en zijn we een levende reclame voor Hem, op een manier die bij Hem en bij ons past.

God heeft behoefte aan betrouwbare Christenen, daar kun je op rekenen in tijden van nood.
Laten we dat zijn, en laat de wereld maar denken wat die wil.
God mag de Enige zijn die een werkelijk oordeel over ons uitspreekt. Op Zijn tijd. Hij weet er alles van. Hij kent ons door en door.
Dan zal iedereen van God de lof krijgen waar zij of hij recht op heeft.

In de tussentijd kijken wij uit naar de Komst van Hem die wij mogen verwachten in Gods naam.
Jezus Christus, die de weg naar God ging en die de weg van God gegaan is, en die ons daarop is voorgegaan, door nood en dood heen. Hij komt!
Hij komt zeker.
Dat vieren we met Kerstfeest.
Als wij Hem zo verwachten wordt Kerst een zalig Christusfeest.
Amen.

 Amen
 
Stilte
 
Orgelmuziek.

God heeft ons vele gaven geschonken,
om ons blij te maken, maar ook om ons de gelegenheid te geven anderen blij te maken, door er van te delen.
Nu kunnen we dat doen in de collecte
n (voor de Voedselbank en de eigen gemeente).

Daarbij zingen we: lied 452



Gebed over de gaven

Lieve God, u geeft Uzelf aan ons.
wij bieden U ons eigen leven aan.
Neem het, zoals U ons geld aanneemt.
dat het dienstig mag zijn voor U.
In de geest van Jezus - die ons voorging. Amen.


Laten we danken en bidden:
God van liefde,
wij danken U dat U ons vreugde wilt bereiden, dat U ons blij wilt maken…
Wij danken U voor de schoonheid van de natuur in al die verschillende facetten in mensen, dieren en planten

Wij bidden U voor allen die worden vervolgd om wie ze wezenlijk zijn. Voor hen die het gevoel hebben niet te mogen bestaan zoals U hen hebt geschapen en geroepen, en als wij vanuit de kerk dat gevoel hebben aangemoedigd, vragen wij U daar vol schaamte om vergeving voor.
Wij bidden U voor hen die worden vervolgd om hun geloof, maar ook voor hen die worden vervolgd om dat ze op de een of andere manier anders zijn. Wil hen allen sterken en nabij zijn, laat hen Uw liefde en trouw ervaren.

Ook voor hen die anderen vervolgen bidden wij.
Dat U hen vergeeft en ook hun leven herschept naar Uw beeld en gelijkenis. Dat U ruimte en liefde schept in hun harten, in hun denken. Ook in het onze, wanneer wij ongewild en ongeweten anderen tekort doen.

Lieve God, God van heden, verleden en toekomst, wij aanbidden U en danken U voor Uw trouw. Kom deze wereld te hulp die in nood is, wij bidden het U. Er zijn zoveel slachtoffers van oorlog en geweld, van misbruik van de natuur en van mensen, wij weten niet meer waar we moeten beginnen, en wat we kunnen doen.
Inspireer de regeringsleiders en de volksvertegenwoordigers, heel deze wereld, tot zorg en aandacht voor het kwetsbare milieu, voor al die mensen en situaties die op drift zijn geraakt, die behoefte hebben aan onze liefdevolle zorg, en aan het evangelie van Jezus Christus, die van iederéén houdt.
Help hen en ook ons, om op onze eigen plek om integer en waardig beeld van U te zijn door Uw Geest en Haar gaven…

Jezus leefde in bezet gebied, Zijn ouders moesten met hem vluchten om hun leven te redden.
Help ons dan om in al die vluchtelingen die zich aandienen Uw gezicht te zien, het gezicht van het Christuskind.

Schenk ons de genadegaven van Uw Geest, zodat wij U in alles zoeken en dienen. Wees bij ieder van ons, zegen de zieken en sterk de zwakken.

En kom, Heer, kom spoedig! Wij verwachten U!

-   Stil gebed   -



Met Jezus bidden wij:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd

Uw Rijk kome
Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.

Geef ons heden ons dagelijks brood

En vergeef ons onze schulden,
Zoals wij aan anderen hun schuld vergeven

En leid ons niet in verzoeking
Maar verlos ons van het kwade



Ons slotlied is lied 1012: 1 en 4 



Zegen:
Gods zegen draagt ons door dood en doop heen naar het leven in eeuwigheid.
Gods Geest geeft ons de woorden van eeuwig leven in de mond, en de moed in ons hart om die te spreken.
Gods geliefde Zoon gaat aan onze zij, wanneer we hier vandaan gaan.

† Zo zijn we dan gezegende mensen,
in de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen

Lied 1012: 5



 Daarna genoten we samen van de gastvrijheid van Riet Veldkamp en de baksels van haar dochter Ingrid.