Voor eerdere diensten klik hier:
1e Zondag van de Voleinding 12-11-2023 in de Lutherse kerk te Heusden
Organist: Joop de Zwart
Voorbereiding
Stilte
voorspel
(Afkondigingen
en aansteken van de kaarsen).
Votum
(oproep)
Lieve mensen, omdat ik bleef
hangen bij de term ‘votum’ en de vertaling: ‘oproep’, zocht ik wat
verder. De eerste betekenis van het Latijnse votum is: zegenwens, daar kon ik
niet zoveel mee, op deze plek van de liturgie… maar een tweede: roep om bijeen
te komen, dat zegt me wèl iets.
In het Hebreeuws zijn we hier als Kahal,
als geroepenen, en het Griekse ekklesia heeft daar ook alles mee te maken.
Daarom beginnen we vandaag de dienst met de woorden:
Wij zijn geroepen om hier aanwezig te zijn
in de Naam van de Vader
en de Zoon en de Heilige
Geest.
Amen
Bemoediging (Adiutorium)
Onze Hulp is in de Naam
van de Heer
die hemel en aarde gemaakt heeft.
Die trouw houdt tot in eeuwigheid
en niet loslaat het werk van Zijn handen.
Schuldbelijdenis (Confiteor)
Goede God, wij vertrouwen
op Uw Woord,
daarom zijn wij hierheen gekomen.
Wij bidden U voor allen die daar toe niet in
staat zijn, in onze gemeente,
maar ook in heel deze wereld,
voor
mensen die niet tot U kunnen komen door oorlog of vervolging, door ziekte of natuurgeweld.
Lieve God, Uw genade
is groter dan ons tekortschieten.
Daarop vertrouwen wij, als wij vragen om
vergeving,
als wij U vragen
om al wat ons aan zorgen en vragen,
aan verdriet
en onrust aankleeft, van ons weg
te nemen,
opdat wij U in alle vrijheid
als Uw kinderen kunnen aanbidden.
Wij vragen U:
Heer vergeef ons al wat wij
misdeden.
Opdat wij weer in vrede leven.
Amen.
Zo lief had God deze wereld, dat Hij
Zijn eniggeboren Zoon gegeven
heeft, opdat ieder die in Hem
gelooft aan het verderf
ontkomt, en eeuwig leven hebben
mag!
Introïtus
V: Antifoon:
Geworden tot vrede is wat mij bitter was, zo bitter;
Gij hebt mijn ziel onthouden aan de groeve der vertering,
want Gij hebt al mijn zonden achter Uw
rug geworpen. Jes. 38:17 Naardense Bijbel.
Gemeente: Psalm 85a
A: Geworden tot vrede is wat mij zo bitter
was; Gij hebt mijn ziel onthouden aan de groeve
der vertering, want Gij hebt al mijn zonden
achter Uw rug geworpen!
Kyrië en Gloria
Laten we de Heer aanroepen om ontferming met de nood van deze wereld,
die is eindeloos groot,
maar laten wij dan toch ook Zijn Naam prijzen,
omdat wij weten dat er aan Zijn barmhartigheid geen einde komt!
Dienst van het Woord
Salutatio (groet)
Zondagsgebed
[1]
De Chaldeeën (ook gespeld Chaldeën; Hebr. kasdim; Babylonisch Kaldu)
waren een Aramese stam. Rond 1000 voor Chr. vestigden zij zich in het
zuidelijk deel van Babylonië, aan de Beneden-Eufraat en Tigris. Hun gebied
werd Chaldea genoemd. In
de 2e helft van de 7e eeuw voor Christus, de tijd van de profeet Habakuk,
kwam het rijk der Chaldeeën op als wereldmacht. Zij maakten de ruggegraat
van het Nieuw-Babylonische of Chaldeeuwse rijk uit (vgl. Dan. 2:2,4). Ze
vormden de belangrijkste stam in Babylonië.
De grote koning Nebukadnezar
behoorde tot hen. Vanaf Jeremia wordt
de naam “Chaldeeën” aan de bewoners van Babylonië en het
Nieuw-Babylonische rijk gegeven. De ballingen van Juda kwamen terecht in het
land van de Chaldeeën.
.......
We
weten dat de Belofte aan de nakomelingen van Jacob destijds is uitgekomen!
Jeruzalem is herbouwd, en de psalmen zijn daar weer gezongen!
Wij zingen onze Gradualepsalm 119a,
die gaat over Gods woord! Het omvat ons leven....!
Epistellezing: 1
Tess 4: 1-8
Paulus is in Athene, en heeft via Timotheüs goede
berichten gekregen over de gemeente in Thessaloniki. Daar dankt hij God van
harte voor, en dan schrijft hij verder:
Wel, verder mogen we jullie vragen, broeders en zusters, ja, we smeken het jullie zelfs in de Heer Jezus,
dat jullie ook
leven op de manier, zoals jullie die van ons geaccepteerd hebt als
de manier waarop je moet leven om God te
behagen, opdat jullie (leven) nog rijker mag zijn.
Want jullie weten wát voor voorschriften we jullie hebben gegeven,
door Jezus Christus.
Immers dit is wat God
wil: Jullie heiligheid,
dat jullie ver verwijderd zijn van
smeerlapperij;
en dat jullie er stuk voor stuk goed op toezien,
dat jullie er als individu in heiligheid
en godsvrucht op vooruit gaan...
Niet in passie en begeerte,
zoals de volkeren die God niet kennen...
(Maar in) het niet onrecht doen, of misbruik willen maken van de
toestand van je broeder, want God wreekt
al die dingen, zoals wij ook al van te
voren tegen jullie hebben gezegd, en bevestigd.
Want God heeft ons niet geroepen
met het oog op onzuivere motieven, maar om heilig
te zijn.
Welnu dan! Daarom minacht degene die op (iemand) neerkijkt niet een mens,
maar God,
die toch Zijn eigen Heilige
Geest aan ons gegeven heeft.
Tot hiertoe de lezing. Dat is stevige taal! God heeft grote verwachtingen van
ons.
Zijn Woord brengt ons op het juiste pad.
We zingen uit Tegen het Duister van Sytze de Vries
Lied 82: Gods
uitgesproken woord…
2. De aarde, aan de nacht onttrokken
en druipend uit de dood getild,
wordt land waar mensen wonen,
door God gewild.
3. Dit goede land geurt naar zijn goedheid,
de vrede woont er, en het recht.
De liefde heeft de kleuren
er vastgelegd.
4. Zijn woord wijst ons de groene oevers
waar onze naam verzegeld is
en wij het leven proeven
bij Brood en Vis.
5. Geroepen om dit land te zoeken
zijn wij. Dit wachtwoord in de nacht
bedwingt het wassend water
met overmacht.
6. Dit woord, vanouds ons doorgegeven,
blijft voor een nieuw geslacht de Bron.
Het geeft aan heel hun leven
een horizon.
7. Van de woestijn zullen zij weten,
én van de wolk die met ons reist.
De liefde is de engel
die wegen wijst.
8. Wij leven met dit land voor ogen,
want uit het water opgestaan
zijn wij. De Geest zet ons nu
tot zingen aan.
9. Om van het zoete licht te zingen
dat onze naam met liefde spelt,
te zingen van genade
die allen telt!
Het Heilig Evangelie
staat geschreven bij: Mattheüs 25:
14-30
Allen gaan staan
Psalmwoord
Zo liefdevol als een Vader is voor zijn
kinderen, zó liefdevol is de Heer
voor wie Hem vrezen
Halleluja.
Het Heilig Evangelie:Mattheüs 25:
14-30
Hiervoor: de
gelijkenis van de meisjes met hun lampen, waarvoor sommige wel en andere geen
olie hadden. Die olie staat voor de kennis van God. Die kun je niet zomaar even
overpompen, daar moet je zelf moeite voor doen. Het gaat dus over wezenlijke
dingen, ook in het verhaal dat Jezus daarna vertelt, om de mensen duidelijk te
maken, hoe het toegaat in het Koninkrijk van God. Daar, waar God nummer één
is...
Er wordt gesproken van ‘talenten’ – en dan moeten we weten dat het gaat om
heel grote sommen geld. En om knechten, die dan waarschijnlijk op zijn minst
hovelingen zijn. Ministers, misschien wel.
Ook dat woord betekent: dienaar.
Maar nog steeds gaat het om het koninkrijk van God, waar we dagelijks om bidden,
als we zeggen: Uw rijk kome, waar Uw Wil geschiedt op aarde zoals in de
hemel.... Jezus vertelt het zo:
14. Want (daar is het) zoals wanneer iemand weg
gaat van huis, die riep de knechten die tot zijn huishouden hoorde, en
hij gaf hen zijn eigendommen in handen.
15. En aan de één gaf hij vijf talenten
(goud), (dik twee miljoen euro) en aan de ander twee,
en aan de volgende één, aan ieder
naar wat die waard was; en hij ging meteen van huis.
16. Hij die de vijf talenten in ontvangst had genomen, ging er op uit, en
deed er zaken mee, en verdiende er nog vijf bij.
17. Op precies dezelfde manier verdiende die met de twee er nog twee
bij.
18. Maar die er één in ontvangst had genomen, ging weg en groef in de aarde
en verborg het geld van zijn heer.
…
19. Maar na lange tijd komt de heer
van die knechten terug, en hij gaat de boeken met ze na.
20. En hij die de 5 talenten in ontvangst genomen had, kwam naar voren en
bood de andere 5 talenten aan, met de
woorden: ‘Heer, 5 talenten hebt U mij ter hand gesteld, kijk! Ik heb nóg 5
talenten verdiend!’
21. De Heer zei tegen hem: “Prima! Goede
en betrouwbare knecht, over weinig was
je betrouwbaar, over veel zal ik je aanstellen. Ga binnen in het
feest van je heer.”
22. Toen kwam ook hij die de 2 talenten in
ontvangst genomen had, en hij zei:
‘Heer, 2 talenten hebt U mij ter hand gesteld,
kijk, ik heb nog twee talenten verdiend!’
23. De Heer zei tegen hem: “Prima! Goede
en betrouwbare knecht, over weinig was je
betrouwbaar, over veel zal ik je aanstellen.
Ga binnen in het feest van je heer.”
24. Toen kwam ook hij die het ene talent in ontvangst had genomen, en hij
zei:
’Heer, ik weet van u dat u een hard mens bent, die oogst
waar u niet gezaaid hebt, en bij
elkaar graait wat u niet uitgestrooid hebt.
25. En omdat ik bang was, ben ik Uw
talent gaan verstoppen in de aarde: kijk, hier hebt u het uwe.’
26. Zijn heer nam het woord en zei tegen hem:
”Slechte en luie
knecht, je wist dus dat ik oogst waar ik niet gezaaid heb, en bij elkaar
graai van plaatsen waar ik niet heb uitgestrooid?
27. Dan had je mijn geld naar de bankiers
moeten brengen, en dan zou ik het mijne nu met rente terug halen.”
28. “Pak dan nu het talent van hem af, en geef
het aan degene die de 10 talenten heeft:
29. Want wie alles heeft zal gegeven worden en die zal rijk
voorzien zijn, maar van wie niets
heeft, wordt ook wat hij had nog afgepakt!
30. En gooi de nutteloze knecht maar in de buitenste
duisternis, daar zal geween zijn en
tandengeknars.”
Zalig die het Woord van God
horen en er gehoor aan geven!
Credo
In antwoord op Gods woord willen wij ons geloof belijden door samen te zeggen:
Ik geloof in de Geest van
leven en liefde,
ver aan mij vooraf, royaal aan mij voorbij,
maar ook in mij aanwezig.
Soms noem ik hem God,
maar het liefst noem ik haar Schepper.
Ik geloof in mensen gedreven door de Geest,
die mij voorleven wat leven betekent
en wat liefde vermag.
Daarom geloof ik in Jezus,
en in anderen die leefden en leven in dat spoor.
Ik geloof in de gemeenschap van de Geest:
mensen die recht doen en vrede stichten,
die zich oefenen in breken en delen.
Ik geloof dat niet het laatste woord
zal zijn aan de dood,
maar aan het leven en de liefde.
Gebruikt door Bob Smalhout in Heusden op 21-2-2010
Allen gaan zitten.
Verkondiging
Genade zij u en vrede van God
onze Vader en van Jezus Christus,
onze Heer,
door de Heilige Geest.
Vandaag ging het er in wezen om, hoe wij mensen
kijken naar de wereld om ons heen,
naar mensen (en dieren) en naar God,
en hoe we daar mee omgaan.
Wat we ons ervan aantrekken, hoe onze visie
bepaalt wat we doen en laten
in het leven.
In het leven als kerkgemeenschap,
maar ook in ons leven als mensen in de maatschappij,
want dat heeft alles met elkaar te maken!
Laten we even teruggaan naar de
eerste lezing: Gods volk zit al tientallen jaren
opgehokt in een land dat het hunne niet is: soms in
vluchtelingenkampen of -steden, ze zijn onvrij,
en ze zijn intussen ook zelf tot de conclusie
gekomen, dat het hun eigen schuld is,
dat ze in de problemen zitten, als volk
althans.
Hun ouders, hun grootouders, hebben niet willen luisteren
naar de God van hun voor-ouders,
en zó hebben ze zich kennelijk de problemen
op de hals gehaald, waarin zij
zich nu bevinden.
Een groot deel van het volk is een
stuk geloviger
geworden in de loop van de jaren in ballingschap, misschien wel juist
door het contrast met de religie van de Chaldeeën,
(de Kasdiem) in wier land zijn
wonen.
Het leven van die mensen wordt bepaald
door de hemellichamen, zon, maan, planeten,
sterrengroepen, en daar is geen ontkomen
aan.
(We zien drie ervan terug in het Kerstverhaal!)
Maar de profeten van Israël, als Jesaja
en anderen, spreken over de Ene, de Aanwezige,
die boven dat alles staat, als Schepper
van alles en allen, en die een Verbond
heeft gesloten met hun voorouders, en die
hen, ondanks alles, tóch niet laat vallen!
Als er tóén was geluisterd, was het nu
een stuk beter geweest, dan waren ze tot zegen
geweest voor de wereld om hen heen, zoals ooit aan Abraham was beloofd.
(Onwillekeurig gaan onze gedachten uit naar hun nageslacht,
dat op dit moment moeilijk gezien kan worden als een zegen
voor de mensen, de volkeren
om hen heen…)
Maar is altijd weer die Belofte, waar we op
mogen hopen en vertrouwen,
ook als we daar in het hier en nu niets
van zien… Het kómt goed. Vast!
De gemeente in Tessaloniki (heel
veel later) wordt de wacht aangezegd, ook al is de briefschrijver heel dankbaar
voor hun geloof…
Er zijn kennelijk nog puntjes voor verbetering.
Soms begin je vol enthousiasme aan een nieuwe
levensstijl, maar dan kan er na verloop
van tijd tóch de klad in komen. Stoptober, of aanstonds de Adventstijd,
waarin we ons klaarmaken voor de Komst van
de Heer, niet alleen in ons hartje, maar ook
op aarde – De Komst wanneer Hij
ons rekenschap vraagt van de manier waarop we zijn omgegaan met Zijn
vele goede gaven…
Advent bereidt ons daarop voor in soberheid.
…
Kennelijk zijn er in Tessaloniki wat mensen
die hun medemensen niet met het respect
bekijken, dat van hen verwacht mag worden.
En als je naar iemand die in dezelfde kerk
zit als jij, niet met respect
kijkt, terwijl dat iemand is, die (ook) de Heilige
Geest heeft ontvangen bij de doop,
dan – schrijft Paulus - heb je geen respect
voor Godzelf! Au! Dat komt aan!
Ons Godsbeeld, de manier waarop we denken
over God, heeft alles te maken met ons mensbeeld.
En dat komt weer tot uiting in de
manier waarop we denken en spreken
over mensen.
Als we daar bij stil staan, mogen we wel tot tien
tellen voordat we iets zeggen, voordat we op
een link klikken, voordat we
ergens op reageren…
(Soms, als u een relatie hebt, weet u dat, kun je beter tot 100 tellen!)
Want ja… We spreken in de kerk graag,
en terecht, over genade, en we weten dat
de Aanwezige van iedereen hier heel veel houdt,
maar dat betekent niet dat Hij, Zij,
heel veel houdt van alles wat wij doen en laten,
van alles wat we zeggen en denken.
…
Jezus spreekt over Zijn
en onze Vader.
Hij vertelt een verhaal
over vertrouwen en wantrouwen…
Er was iemand in wie de heer uit dat verhaal heel veel vertrouwen
had, en die bleek dat ook waard!
Een collega van hem werd iets minder hoog ingeschat. Niet wat betrouwbaarheid betreft, maar wel
aangaande zijn vermogens om de uitdagingen waarvoor hij gesteld wordt, aan te kunnen!
Maar… als iemand jou vertrouwt, kun
je soms méér dan je zelf dacht,
of dan anderen van je dachten.
‘Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik dènk dat ik het wel kan!’ Dat zegt Pippi
Langkous
in een film.
Mensen kunnen in moeilijke situaties vaak boven zichzelf
uitgroeien… Met Gods hulp…
Er is zo’n prachtig lied… u kent het denk ik wel…
You raise me up, so I can stand on mountains.
You raise me up, to walk on stormy seas.
I am strong, when I am on your shoulders.
You raise me up to more than I can beÄ!
(Vert)
(Vert.: U tilt me op, zodat ik op bergen kan staan.
U tilt me op, zodat ik over stormachtige zeeën kan lopen.
Ik ben sterk als ik op Uw schouders rust.
U tilt me op tot meer dan ik kan zijn!)
Dat beeld had de derde man in het verhaal, dat Jezus
vertelde, beslist niet. Niet van zichzelf, want hij leefde in angst. En angst
wurgt het leven uit ons.
Maar het begon natuurlijk al met het beeld dat hij had van zijn baas.
Streng en hard, en volkomen oneerlijk.
Dat is een beeld dat sommige mensen van huis uit al hebben meegekregen van God.
Streng en Hoogheilig! Ver daarBoven…
Daar kunnen die mensen niets aan doen, al kunnen ze met het volwassen worden hun
meegegeven Godsbeeld vaak wel loslaten,
en – mogen we hopen – inruilen voor een beeld dat meer lijkt op dat van de Vader,
zoals Jezus
ons dat heeft willen leren.
Jezus spreekt over een Vader, die met ontferming
kijkt naar Zijn kinderen, een Vader
die hoopt dat zij, dat wij, in de loop van het leven,
toegroeien naar naar het vertrouwen,
(ook in onszelf) waardoor dan we onze mogelijkheden
ten volle kunnen ontplooien in de
dienst van het Koninkrijk van God,
ook nu al op deze aarde.
Dat vertrouwen mogen we ontlenen aan Hem
die onze losser is. De losser, waar Jesaja
al over sprak!
Een losser is iemand
die de rechten die een ander
heeft op jou, of op je land, àfkoopt.
We mogen vertrouwen hebben in de toekomst,
om Jezus, die met Zijn
vlees en bloed een wereld aan mogelijkheden voor ons allen heeft geopend.
Als losser heeft Hij ons vrijgekocht…
net zoals nu landen proberen gijzelaars vrij te kopen uit Gaza!
Die vrijkoop door de Heer betekent wel,
dat er van ons mag worden verwacht, dat we zó leven,
dat we passen bij de normen en waarden, bij de verwachtingen
van de Aanwezige.
Ook als wij niets merken
van die Aanwezigheid.
Dat kan een hele uitdaging zijn, over en weer.
Het is aan óns om op die uitdaging van de Heer
in te gaan.
Maar we hoeven het niet alleen te
doen!
…
God gaf ons met Kerst Zijn
Zoon om ons leven te delen,
met Pasen een uitweg en een Toekomst met
ongekende mogelijkheden in Eeuwigheid, en met Pinksterfeest
de Heilige Geest, Gods
intieme en warme nabijheid, zodat we ons nooit meer alleen, nooit
meer eenzaam, nooit meer bang hoeven
te voelen.
Als we dat geloven, dan mogen we
ook vertrouwen dat het op de een of andere
manier toch goed zal komen met deze wereld…
…
You raise us up to
more than we can be!
Amen.
Interludium (tussenspel)
Dienst van gaven en gebeden
Alles wat wij hebben, hebben wij van God
gekregen,
om door te geven, om te delen
met velen,
en er zo dubbel van te
genieten.
Ook nu en hier kunnen we gestalte geven aan dat delen:
in de collecte.
Na het gebed over de gaven zingen we: SdV97
Breng ons weer thuis uit de ballingschap…
1e collecte voor het kerkewerk.
2e Collecte voor
Lutherse Eredienst en Kerkmuziek.
Luther hield van Muziek!
Muziek heeft in de Lutherse kerk van oudsher een belangrijke plaats in de
eredienst.
De Lutherse kerk wordt wel de zingende kerk genoemd en was tot het ontstaan
van de PKN de enige kerk waarin de cantor
ook officieel in zijn werk wordt ingezegend!!!
Muziek wordt dan ook niet gezien als een extra iets, maar meer als een vorm
van verkondiging. Deze collecte is bedoeld om deze traditie in ere te houden.
Gebed
over de gaven
Gever van al het Goede, van Liefde
en Leven,
God van Genade,
dank U voor dit alles.
Dank U voor Hem
die is gekomen en komen zal.
Zegen onze kleine gaven, onze bijdragen
in geld en geloof,
in energie en aandacht en liefde.
† Zegen het werk van onze handen en bevestig
het in de Naam van Jezus
die redt, in de Aanwezigheid
van Immanuel, God met
ons, alle dagen van ons leven. Amen.
Lied 97 uit Tegen het Duister.
Een lied voor alle ontheemden, alle vluchtelingen, waar ook ter wereld.
Een lied dat zingt hoe we kunnen snàkken naar een veilig huis.
Joop zal het zeker wel willen voorspelen
2. In Galilea bij de zee,
de diepte van de wereldnacht,
begint de weg die Hij betreedt
en wij gaan zingend met Hem mee.
Een wonder dat ons wacht!
refrein
3. Hij heeft het Woord van kracht gemaakt,
het leven dat was lamgelegd
met Gods ontferming aangeraakt,
en aan wie opstaat en ontwaakt
de toekomst toegezegd.
refrein
4. Tot in de holten van de dood
zoekt Hij wie breken van de pijn.
Hun schreien blijft niet ongehoord.
Zijn eerste en zijn laatste woord
zal Gods genade zijn.
refrein
5. Hij oogst met koninklijke hand
de vruchten van een nieuw seizoen
en reikt het liefdesbrood als pand.
Een sabbat gloort! Hier is het land
dat God ons geeft te doen.
refrein
Voorbeden
Laten we danken en bidden:
Goede God, Aanwezige,
Ene!
Wij danken U
dat U ons telkens weer roept
om samen Uw goedheid
en liefde te beleven en te bezingen.
Wij danken U
dat wij hier vrij zijn om dat te doen,
als land, als volk, als gelovigen, als Uw
kinderen!
Vader, dank U,
dat wij U mogen kennen
als trouwe hulp en steun,
als genadige kracht in ons leven én
om ons heen.
Dat geeft ons het vertrouwen om vrijuit te
bidden en te vragen om Uw hulp voor de
wereld om ons heen.
Zo bidden wij: Heer,
hoor ons gebed.
Heer van de Hemelse Machten, Schepper en behoeder, dank
U, dat U zo hoog en groot en tóch zo liefdevol nabij bent.
Met zorg en pijn horen en zien en lezen wij de berichten over Oekraïne en
Soedan, over Palestina en Gaza, over Myanmar en al die andere landen waar geweld
en oorlog aan de orde van de dag zijn!
Het is ons, die er maar een klein deel van mee krijgen vaak al te veel
om aan te kunnen, en we realiseren ons dat
we ons niet kunnen voorstellen, hoeveel pijn U
dan wel niet hebben moet!
Wij kunnen alleen maar vertrouwen op Uw grote
liefde en zo bidden wij: Heer,
hoor ons gebed.
Liefdevolle God,
Heilige en Heerlijke…
Wij danken U dat U deze wereld met alle mogelijkheden aan ons hebt toevertrouwd,
in de verwachting dat we er allemaal samen iets goeds mee kunnen doen. Help
ons om elk op onze eigen plek daar aan bij te dragen. We denken aan de
mensen die vandaag tijdens de Klimaatmars
om aandacht vragen, en om actie, en we bidden voor alle mensen die
grote macht en verantwoordelijkheid hebben hier en elders.
Sta ook hén bij met Uw Heilige Geest.
Geef hen Uw warme Wijsheid in het omgaan met mensen en materialen, met
grondstoffen en met doelen die ze willen bereiken.
Zo bidden wij: Heer,
hoor ons gebed.
God die vrede wil en harmonie voor heel deze
wereld,
wij vragen om vergeving voor al die keren dat wij
géén vrede brachten, dat wij onvriendelijke woorden spraken of dachten, in
onze eigen kring en daarbuiten. Open onze
harten voor anderen, voor elkaar, door Uw vredelievende Geest, die Jezus in schonk.
Wij bidden om vrede in heel deze wereld, in Oekraïne en de landen erom heen, in
wat ooit Uw Heilige Land was… in alle gebieden met oorlog en onrust.
Onze gedachten gaan uit naar de vluchtelingen, naar de willekeurige verwoesting
van huizen en land en natuur. We herdachten deze week de Kristalnacht, en we
huiveren bij de dingen die wij mensen anderen kunnen aandoen. Vergeef ons Heer!
Maar er was ook de dag van de Mantelzorg!
Velen van ons hier kennen dat van dichtbij, en we bidden U voor alle mensen,
jong en oud, die kiezen voor, of die zich opgezadeld voelen met de zorg voor hun
naasten. Geef energie en geduld, vriendelijkheid en gezondheid aan hen die zorg
geven, en evenzeer aan hen die deze zorg nodig hebben.
Dat wij elkaar niet te zwaar vallen!
Zo bidden wij: Heer,
hoor ons gebed.
Trouwe God, we danken U dat we Uw kinderen mogen zijn,
dat U ons hier telkens weer samen roept.
We danken U voor onze broeder Maarten, die op 10 nov. 1483 werd geboren, en die
ons leerde lezen en zingen, vertrouwen en bidden.
We bidden U ook voor de mensen die zich inzetten voor de eredienst en
voor de kerkmuziek, want Maarten zei ons dat zingen dubbel bidden is, en
dat hebben we zo nodig!
Voor deze gemeente hier willen we ook graag bidden.
U weet hoe hard we U nodig hebben om de weg naar de nabije toekomst samen
te betreden.
Wij bidden U om Uw Heilige
Geest in ons midden, opdat Zij ons leidt
op de Weg, die in Waarheid
het Leven is, dan zullen we als
gemeente open staan voor wat er in de wereld gaande is, aan de brandhaarden en
oorlog.
Geef ons zo de moed om elkaar te ontmoeten en
wederzijdse te herkennen als mens en als kinderen Gods.
Dat we de moed niet opgeven, dat het gevoel van machteloosheid niet wint. Open
ons de ogen voor het vele goede dat we kunnen en mogen doen.
Dat wij zo als gemeente samen: met oog voor elkaar en de gemeente als geheel, in
elkaars aandacht, warmte en bescherming, mogen verder reizen en
groeien.
Zo bidden wij: Heer,
hoor ons gebed.
In de gewijde stilte van dit moment in Uw Huis
openen wij ons hart voor Uw Geest,
opdat zij daarin alles leest wat wij nu niet kunnen zeggen…
En met Jezus zeggen wij:
A:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd
Uw Rijk kome
Uw Wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals wij vergeven onze schuldenaren
en leid ons niet in verzoeking
maar verlos ons van het kwade!
Allen gaan staan
Slotlied: 423 Nu wij uiteen gaan vragen wij God…
Na de zegen zingen we lied 425
Zegen:
De gemeenschap
met God,
met alle Heiligen en met elkaar
wil Uw harten en gedachten
vullen,
Uw doen
en laten,
Uw bidden en danken.
Van nu aan tot in alle eeuwigheid.
† Zo zegent U God, de Vader, de Zoon en de Heilige Geest!
Amen
Lied 425: Vervuld van Uw zegen gaan wij onze wegen…
Naspel
(Postludium)
En dan óp naar het Gouverneurshuis!
We dronken er nog lang koffie.
(Ton placht te zeggen: 'Samen koffie drinken na de dienst is het sacrament van
gemeentevorming'.)
(Het
was heerlijk al die bekende gezichten terug te zien, en weer nieuwe mensen te
leren kennen!)