Voor eerdere diensten klik hier:
Zondag 23-10-2011 in de Lutherse kerk te Zeist
Organist: D.Andel.
Laten we de Heer aanroepen om ontferming met de nood
van deze wereld, - die is groot - er zijn oorlogen, overstromingen en
vervolgingen die mensen bedreigen -
maar laten wij dan ook Zijn Naam
prijzen,
omdat er aan Zijn barmhartigheid
geen einde komt!
Zondagsgebed:
Heer, die
de hemelen hebt gevormd,
de aarde geschapen,
die het leven hebt gegeven aan plant
en mens en dier, U loven
wij, en wij danken U om Uw goedheid.
Wees hier aanwezig met Uw Geest
en Haar gaven door Jezus Christus
onze Heer.
Amen.
Lezing Oude Testament:
Lezing Oude Testament:
Deuteronomium 6: 1 - 9
Mozes vat nog eens samen, voor het volk
het beloofde land in gaat, en voor hij het heft uit handen geeft, om te sterven,
hoe het allemaal gekomen is.... Over de tien levensregels...
En hij gaat verder:
1. Wel, dit zijn het bevel, de taken
en de inzettingen waarvan de Aanwezige,
jullie God, opgedragen heeft dat jullie die moesten leren
doen in het land waar jullie heen trekken om het in bezit
te nemen.
2. Zodat je een heilig respect hebt voor de Aanwezige,
je God, je al Zijn taken
en bevelen die ikzelf (Mozes) jullie nu opdraag, in ere
houden, jij en je kind en je kleinkind, heel
je leven en zodat ook je leven verlengd
wordt...
3. En, Israël, je zult gehoor geven,
en je zult je best doen om je er aan te houden, dat zal je goed
doen, en je zult erg talrijk worden, net zoals de Aanwezige,
de God van je voorvaderen, je gezegd heeft: een land
dat overvloeit van melk en honing.
4. Hoor, Israël, de Aanwezige, onze God, de Aanwezige,
is (nummer) één, is uniek!
5. Dus zul je de Aanwezige, je God,
liefhebben, van ganser harte,
en met heel je wezen en met heel
je inzet.
6. Al deze dingen, die ik
jullie nu opdraag, zullen
jullie ter harte gaan...
7. En je zult ze je kinderen met ijver
en toewijding onderwijzen,
en zult er over spreken als je thuis zit, en als je onderweg
bent, als je gaat slapen en als je opstaat...
8. En je zult ze als een aandachtspunt op je hand binden, en ze
zullen als een amulet tussen je ogen hangen,
9. en je zult ze kerven in de deurpost van je huis, en van
je stadspoort....
Laten wij zingen: TussenTijds 91 Gij hebt met groot geduld Uw heerlijkheid
onthuld...
Epistel: Hebreeën 12: 1 - 3
In het hoofdstuk hiervoor heeft Paulus uitputtend voorbeelden gegeven van
mensen die ook in moeilijke omstandigheden door het geloof God aangenaam waren
en het goede deden.
Hij gaat verder:
12: 1. Door zo'n wolk van getuigen omgeven
moeten wij elke zondelast die
ons hindert, van ons àfschudden,
om vastberaden de wedstrijd te lopen waarvoor we hebben ingeschreven.
2. Kijk naar Jezus, de leidsman en voltooier
van ons geloof. Omwille van de vreugde
die voor Hem in het verschiet lag, heeft Hij
een kruis op zich genomen en de schande
niet geteld: nu zit Hij aan de rechterkant van Gods
troon.
3. Denk aan Hem die zoveel tegenstand van
zondaars te verduren had; dat zal u
helpen om niet uit te vallen en de moed niet óp te geven.
Tot hiertoe de lezing.
Als je bedenkt wat God in Jezus voor ons heeft over gehad, dan zeg je mét de
dichter van psalm 135:3:
Halleluja! Loof de Heer, want Hij is goed, bezing Zijn Naam, zo lieflijk
van klank!
HALLELUJA!
Wij aanbidden Hem en vragen Hem om hulp als wij biddend zingen:
Gezang 327: 1 en 2 = Lied 209
Het Heilig Evangelie staat geschreven bij: Mattheüs
22: 34 – 46 NB
Eerder in het hoofdstuk is er geprobeerd om de Heer Jezus via allerlei
trucjes in de val te laten lopen, zodat men een reden had om Hem
aan te klagen.
Maar Hij is ze te slim af!
34. Als de Farizeeërs horen dat Hij de Sadduceeërs tot zwijgen heeft gebracht stromen ze bij Hem samen;
35. één uit hen, een wetgeleerde,
stelt een vraag
om Hem op de proef te stellen:
36. 'Leermeester, wat is in de Wet
het grote gebod?'
37. Hij verklaart hem:
"'liefhebben zul je de Heer, je God
met heel je hart en heel je ziel
en heel je verstand’;
38. dat is het grote en eerste
gebod;
39. het tweede,
daaraan gelijk:
‘liefhebben zul je je naaste als jezelf’;
40. aan deze
twee geboden
hangt heel de Wet én de profeten!
41. Nu de Farizeeërs samengestroomd
zijn stelt Jezus een vraag aan hén
42. en zegt: "Wat denkt ú
over de Christus? –
wiens zoon is hij?"
Ze zeggen tot Hem: 'van David!'
43. Hij zegt tot hen: "Hoe kan het dan dat David -
door de Geest gedreven - hem ‘heer’
noemt,
als hij zegt
44. ‘de Heer zegt tot mijn heer:
zetel aan Mijn rechterhand,
totdat Ik je vijanden heb gelegd onder je voeten’?
45. Als David hem dus ‘heer’ noemt,
hóe is hij dan zijn zoon?
46. Niemand is bij machte geweest
Hem een woord te antwoorden,
en men durfde vanaf die dag
Hem niet meer zo’n vraag te stellen.
Zalig die het
Woord van God horen en er gehoor aan geven!
Credo: In antwoord op Gods
Woord willen wij samen ons geloof belijden:
Wij
geloven in God, de Vader,
Die de hele wereld heeft geschapen,
Die alles in Christus verenigen zal.
Die wenst dat alle mensen samen leven
als broeders en zusters in een
gezin.
Wij geloven in God de Zoon,
die mens werd,
stierf....
en in triomf is opgestaan.
en daarbij heel de wereld heeft verzoend met God.
Hij heeft elke muur
afgebroken die ergens scheiding brengt,
elke barrière van ras,
cultuur of klasse,
om alle mensen om te vormen tot een
lichaam...
Hij is verheven
als heer,
boven alles en allen.
De enige heer
op elk terrein van ons leven.
Hij roept op:
Ieder mens apart en de maatschappij,
de kerk en de staat,
om zich te verzoenen,
een
te zijn, en vrij..
Wij geloven in God de Geest,
de garantie
van Gods komend Koninkrijk,
Die ons kracht geeft
om
alle mensen lief te hebben en te dienen,
om
te ijveren voor recht en vrede,
om
te waarschuwen dat God oordeelt
over mens en land,
om
heel de wereld op te roepen
Gods
Heerschappij te aanvaarden...
Hier en nu
Dit geloven wij
Amen
Preek
Genade zij u en vrede
van God onze Vader en
van Jezus Christus,
onze Heer,
door de Heilige Geest.
Lieve vrienden van Jezus,
en vriendinnen natuurlijk....
Volgens de eminente godgeleerde Harry
Kuitert komt al het spreken over Boven
van beneden...
Daar heeft hij natuurlijk groot gelijk in... als je bedoelt dat het mensenlippen
zijn, en mensentongen,
die spreken over God
- in onze wereld. Uitsluitend
in onze wereld.
Want we weten niets, maar dan ook níets
van het spreken over God in de wereld der muggen,
in het lied van de vogels,
in het geuren der planten...
Ook dààr wordt informatie
uitgewisseld, op hun eigen specifieke manier, informatie die waarschijnlijk
beperkt is tot hun eigen soort. Maar God hoort het!
Heel de schepping
spreekt over God en
over de dingen die bij God horen,
op de eigen, unieke manier, die bij dat schepsel past, zoals elk
schepsel ook een eigen,
unieke band heeft, of kan
hebben, met de Schepper.
Zo zoemen insecten, jubelen
vogels, zingen
en spreken mensen
met hun eigen mogelijkheden...
En die zijn beperkt.
Dat is helemaal waar.
Maar dat betekent níet dat hetgeen de hooggeleerde Kuitert bedoelt ook
waar is.
Inderdaad, veel
van de dingen die we over God
en de Goddelijke dingen
zeggen en zingen
hebben we van horen
zeggen. Dat komt van mensen.
Onze ouders, onze leraren hebben het ons voorgezongen, voorgezegd, voorgebeden,
voorgeleefd.
En daar is niets mis mee.
Dat kan een betrouwbaar getuigenis
zijn van een werkelijkheid die we zelf nog niet hebben ervaren. (Maar
waar zij weet van hebben.)
Zo leert een kind,
zo leren ook volwassenen, want je doet de hele dag in feite niet anders
dan in goed vertrouwen
aannemen wat je wordt verteld,
en wat je leest en ziet.
Zelfs als je kritisch
nadenkt.
Als je álles moest natrekken, had je geen tijd over om te leven,
of om van het leven te genieten.
Je leert, als je geluk hebt, ook
al snel welke bronnen van
informatie betrouwbaar
zijn, en welke niet. Zo schiften je hersenen
heel de dag allerlei gegevens,
zonder dat je het zelf merkt.
Soms blijft het in een mensenleven bij dit geloven
wat er is verteld, en wat er geschreven
staat.
Omdat je de mensen die het je vertellen betrouwbaar
acht, of omdat het past bij alle andere
dingen die je leest, ervaart, meemaakt.
Veel velen is dit genoeg.
Anderen ervaren zelf dat er méér is.
Zij ervaren Gods aanwezigheid
in teksten, in de natuur,
in hun hart. In de
bliksem die inslaat in een boom
zelfs, zoals broeder Maarten overkwam. Soms ook in een
ragfijne stilte, zoals Elia
heeft ervaren op de berg...
Soms klinkt een stem in de nacht,
een stem in je hart,
een stem in je oor...
En die zegt dan dingen die niet van hier beneden zijn. Dingen die je zo
niet wist,
niet weten kón...
Ook daar zijn veel getuigenissen
van.
Trouwens, als Petrus
tegen de Heer zegt: ‘Ú bent de Messias, de Christus’, dan zegt Jezus:
dat heb je ook niet van jezelf! Vlees
en bloed hebben je
dat niet geopenbaard, maar Mijn
Vader, die in de Hemel
is!
We mogen het dus wel met de heer Kuitert eens
zijn dat wij met mensenmonden
mensengedachten
over God uitspreken en uitzingen, maar de inhoud van die gedachten, het wezen
van ons spreken en zingen kan zeer
wel van Boven komen.
Van God in de Hemel,
of van God, de Geest...
Daar kunnen wij rustig
van uit gaan.
Nèt zo goed als wij mogen geloven dat God
in de woestijn met Mozes
sprak.
En wat Hij sprak was niet mis.
Dat waren levenswoorden.
Mits je je daaraan hield. Dàn zou je leven!
Op dit moment ben ik met mijn dagelijkse lezing bezig met Numeri, en daar is men
nog met vallen en opstaan en veel telefoontjes naar de Aanwezige, bezig
te ontdekken hoe
je de tien leefregels in de dagelijkse practijk moet toepassen...
Dat is soms heel heftig!
Er is bijvoorbeeld een man, en die
hebben ze betrapt op het sprokkelen
van hout op de sabbat.
Wat moeten ze daar nu mee aan? Ze zitten
er mee.
De mensen zetten die man zolang vast, en gaan dan naar Mozes,
die het ook nog niet weet, en
ermee naar de Heer
gaat.
Deze is heel duidelijk:
wie zich niet houdt aan de bevelen en de voorschriften, die kan niet
meedoen. Die hoort
er niet bij.
De man moet door heel het volk buiten
het kamp gestenigd worden.
Daarmee is hij dus fysiek buiten
de gemeenschap geplaatst, de
mensen moeten hem ook zelf uitstoten,
zelf tegen hem kiezen, en
de man wordt gedood
door hen allen samen.
Je weet met stenigen nooit
wie de steen heeft gegooid die iemand heeft gedood.
Daarom kan hij ook niet door een gezagsdrager gedood worden, of iets
dergelijks.
En als hij niet gedood zou
worden, dan zou hij misschien dagen lang moeten rondzwerven in de woestijn, voordat
hij zou bezwijken
aan dorst en zonnesteek,
of aan de kou van de nacht.
Het is dus niet zo wreed
als het voor ons, in eerste
instantie, lijkt.
Waarom vertel ik dit?
Omdat het ons duidelijk
mag worden dat God het
met de naleving van de leefregels bloedserieus
meent. Die zijn er niet voor Zijn
plezier, maar voor de bestwil
van de mensen.
Wie zich niet houdt aan de leefregels
brengt een samenleving in gevaar.
En ook al ziet de enkeling het belang van de regel niet, het is voor het
volk, voor het geheel,
van levensbelang dat
iedereen zich aan de regels houdt.
Een klein voorbeeld: een zwerm spreeuwen,
een school vissen
bestaat uit honderden, soms zelfs duizenden
individuen, die allemaal moeten gehoorzamen aan een bepaald
aantal regels: volg
je voorganger,
houd een zekere afstand tot degene
die naast je vliegt of zwemt, en
houd de zelfde snelheid aan als de rest.
In feite gaat het er op de snelweg niet veel anders aan toe, bedenk ik me.
Stel dat een spreeuw opeens omkeert: dat wordt me een geweldig ongeluk in de
lucht. Tientallen vogels zullen ten val komen. Op de snelweg kun je niets engers
verwachten dan een spookrijder.
Houd je dus aan de leefregels, anders kan het leven van jezelf
en van hen die je lief
zijn gevaar lopen!
Geboden die leiden tot gewenst
gedrag kunnen nuttig en goed zijn, zeker als ze van Boven
komen.
Want dan zijn ze goed voor je...
God heeft niet Zijn,
maar ons aller belang
op het oog, zoals ik net zei.
Daarom moet het volk de voorschriften
en de bevelen en de wetten
ook van haver tot gort
kènnen, zodat ze in je hersenen
gegrift zitten, en het heilig
respect voor de Aanwezige
blijkt in
het doen van wat goed
is voor de anderen, — en daarmee ook voor jezelf,— omdat je God
er een plezier mee doet. Je zult gehoor
geven, je best doen om je er aan
te houden, en dàt zal je goed
doen...
Het beloofde
land
is dan het gevolg...
Nu volgt de kern van de bijbel: Luister,
Israël!
Sjema Jisraeel, Adonai Elohenoe, Adonai ECHAD.
Hét credo van iedere vrome Jood.
Daarmee op de lippen wil hij sterven.
Hoor Israël, de Aanwezige
(is) onze God, de Aanwezige
is nummer Een, Hij
is uniek.
En dús zul je de Aanwezige,
je God, liefhebben,
van ganser harte,
en met heel je wezen
en met heel je inzet.
Dat spreekt vanzelf, als je er
goed over nadenkt.
Dat is geen gebod, geen voorschrift,
maar het is een natuurlijk gevolg
van deze openbaring, van dit getuigenis.
En dan kun je er niet omheen...
Dan moet en dan mag
je jezelf daar elk moment van je
leven aan herinneren. Tot in je kleding
toe.
Omdat je aandacht voor God
niet moet verslappen.
Velen van ons dragen toch ook een kruisje om de hals of in de borstzak...
Jezus laat de schriftgeleerden
van zijn tijd, de Kuiterts en andere grote namen, zien dat hun spreken
over God níet altijd van Boven komt.
Ze kunnen het wel eens mis hebben.
Zeker wanneer ze Hem
niet erkennen als de Christus,
als de langverwachte Messias.
En Hij brengt een
variatie aan op het grote gebod, doordat Hij
het combineert met een gebod dat elders in de bijbel voorkomt...
Hij zegt: het tweede
gebod, daaraan gelijk is:
‘liefhebben zul je je naaste als jezelf’;
Aan deze twee geboden hangt heel de Wet
én de profeten!
Met andere woorden: daarop zijn ze gebaseerd.
Liefde is dus de basis
van het bestaan, de grondwet van het leven. Dat leert Jezus ons.
Liefde voor God, die je Schepper is, liefde voor de mens, die Zijn schepsel is, dus ook voor jezelf!
Godzelf houdt
van jou, van U persoonlijk,
dus wees niet zo eigenwijs
om te zeggen: ik ben niet de moeite waard om
van te houden!
En bovendien:
als je niet geleerd hebt om van jezelf
te houden, hoe zou je dan van je naaste
kunnen houden, als medeschepsel, gelijkwaardig
en even beminnenswaardig?
Als we dat niet zo kunnen voelen,
dan moeten we maar leren te geloven
dat het zo is.
Omdat God
het zegt.
En omdat er een wolk
van getuigen
is, die het ons voor hebben geleefd.
Van Abraham
tot Jezus, en van Petrus
en Paulus tot onze eigen vaders en moeders. Zo zijn wijzelf ook geroepen
om in ons dagelijks leven te getuigen
van ons geloof,
door te leven in liefde. J
Ja hoor eens, dat is allemaal goed en wel,
maar dat valt in de practijk niet mee.
Er is zoveel dat op je afkomt.
Het leven overspoelt je. Iedere dag is overvol!
Het lukt ons niet. Het is te zwaar...
En wat
schrijft Paulus aan U en mij?
'Door zo'n wolk
van getuigen omgeven moeten wij elke
zondelast die ons hindert,
van ons àfschudden,
om vastberaden de wedstrijd te lopen waarvoor we hebben ingeschreven.'
Dat betekent bewust
leven en afzien. Oefenen.
Onze oudste dochter kreeg, toen ze nog geen dertig was, borstkanker.
Nogal heftig.
Toen alle behandelingen waren doorstaan
en ze weer een beetje op krachten
kwam, is ze gaan hardlopen. Eerst
iedere dag twintig, dertig
meter, daarna een stukje meer,
want in het ziekenhuis was haar verteld dat wie intensief
beweegt minder kans heeft op het krijgen
of het terugkrijgen van kanker.
Natuurlijk waren er dagen genoeg waarop ze geen enkele zin
had om naar buiten te gaan om in
weer en wind te gaan rennen.
Of te gaan sjokken... Maar ze deed het.
En vorige week heeft ze de halve Marathon
van Amsterdam gelopen, en dat was niet
voor het eerst. We zijn geweldig trots
op haar.
Zij is dan ook een voorbeeld uit deze tijd voor ons. Die morgen
zat ze ook nog bij haar vader in de Waalse kerk in Groningen waar hij preekte,
want ik kon niet mee. Zij had hem zaterdag gebracht. En ze moest
dus na de dienst nog in allerijl
naar Amsterdam, waar ze nét op tijd aan de start kwam.
En waar ze ook nog op tijd binnen
kwam.
Kijk, dat is het soort volharding
waar Paulus het
over heeft, als hij de gemeenten,
die om hun geloof vervolgd worden, (dus
waar hebben wij het eigenlijk over????) aanmoedigt
om stand te houden in het geloof.
Hij doet er nog een schepje op en zegt: Kijk naar Jezus,
de leidsman en voltooier
van ons geloof.
Omwille van de vreugde die voor Hem
in het verschiet lag, (en daarmee
bedoelt Paulus: het redden van deze wereld) heeft Hij
een kruis op
zich genomen en de schande niet geteld:
nu zit Hij aan de rechterkant
van Gods troon.
Denk aan Hem die
zoveel tegenstand van zondaars
te verduren had; dat zal u
helpen om niet uit te vallen en de moed
niet óp te geven.
Er is een heel hoge prijs betaald voor ons geluk,
voor ons welzijn, voor ons heil...
Zullen wij
de moed dan ook maar niet opgeven,
en zullen we maar met nieuw elan en met vreugde ons hart iedere dag openstellen voor God en voor de medemens,
terwijl wij ons koesteren in het warme weten dat God van ons houdt?
Van iedereen hier, en van
al die anderen.
Gods Geest spreekt de woorden
van Boven in ons hart. Elke dag weer.
Luister: God is de Enige die wezenlijk van belang
is in ons leven.
God is uniek...
Amen!
Muziek
Gods
goedheid is groot en strekt zich uit tot alle mensen,
wij mogen daarin delen door
te doen zoals Hij:
dag aan dag met vriendelijkheid en aandacht,
genade en geduld…
Nu kunnen we er, als een goed begin, gestalte aan geven in de collecte!
Na het gebed over de gaven zingen wij: Tussntijds 120/
Maar nu eerst de collecte!
Gebed over de gaven
Lieve God,
U geeft U Zelf aan ons.
Wij bieden U ons eigen leven aan.
Neem het, zoals U ons geld aanneemt.
Dat het dienstig mag zijn voor U.
In de geest van Jezus - die ons voorging.
Amen
Wij zingen: Tussentijds 120 = Lied 221
Voorbeden.
Laten we danken en bidden:
Lieve God, wij danken
U, omdat Uw Woord in de bijbel van Boven
tot ons komt.
Vaak in mensenwoorden, als
menselijke reacties op Uw aanwezigheid,
of soms Uw ogenschijnlijke
afwezigheid in ons leven, maar ook in mensenwoorden die Uw wil
aan ons duidelijk maken.
En in het levende Woord
dat wij hebben ontmoet in Uw Zoon,
die tot ons sprak zoals U
tot Mozes sprak, en in Zijn Geest,
die voor ons allen bereikbaar is,
ja, om Haar danken wij U
meer dan ooit.
Zij is het immers die
ons de woorden, die uit verschillende bronnen tot ons komen, uitlegt
op de manier waarop U
met ons in contact wilt komen!
O Heer God, dat wij U niet onverschillig
laten, daarvoor danken
en loven wij U.
Dat geeft betekenis aan ons leven.
Dat U ons kent en hebt aanvaard
met heel ons doen en laten... dank
U wel.
Help ons dan alstublieft om door Uw kracht,
en door de gaven van de Heilige Geest,
die voor iedereen weer anders
zijn, en die precies passen bij
wie we zijn, en wat wij voor U mogen doen,
om U de plaats
te geven in ons leven, in onze aandacht,
die U rechtens toekomt.
Uw rijk moet komen waarin wij
Uw wil doen, zoals in de hemel
gebeurt.
Help ons daarbij om Jezus'
wil!
Heer, in de wereld waarin wij
leven is veel dat strijdig
is met Uw wil. Er is onrust, er
zijn oorlogen, er
zijn volkeren die opstaan tegen
geweld en dictatuur, help daar ook
de mensen om hun naaste
te leren zien als iemand die je kunt liefhebben
als je zelf, als je zuster
of je kind, als een moeder
of een vader. Dat
ze in eerbied met elkaar omgaan.
Heer, geef daar wijze mensen, die in het machtsvacuüm kunnen optreden
met bedachtzaamheid…
Heer, ook in ons eigen leven is er verdriet en
zorg, ziekte en dood...
Wij danken dat Wilma
Steijnhart weer bij ons, wil haar sterken in het volgende traject, Wij bidden U voor onze zieken, voor Betty en allen die
hier vandaag niet zijn omdat ze te ziek, te oud of te moe zijn om te komen...
Wij bidden ook voor
allen aan wie de zorg
voor anderen is toevertrouwd.
Wij bidden voor machthebbers,
regeringsleiders, kerkleiders,
artsen en verplegenden,
voor allen die verantwoordelijkheid
dragen voor zichzelf en anderen in het verkeer, en ook voor onszelf in de
dagelijkse dingen die we doen...
En we loven en bidden U
zoals Jezus het ons leerde:
Onze Vader, die in de hemelen zijt,
Uw Naam worde geheiligd.
Uw Rijk kome
Uw Wil geschiede, gelijk in de hemel, alzo ook op de aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren;
en leid ons niet in verzoeking
maar verlos ons van het kwade!
Ons slotlied is gezang
437: 1 en 2 = Lied 834
Na de zegen, zingen we, in plaats van het ‘Amen’ het derde vers.
Zegen:
De Heer van dood en leven
schenkt ons Zijn Geest, Haar liefde.
Dat onze ogen
het heil
mogen zien,
onze handen
zich bekommeren over de medemens,
en onze voeten
zich richten naar de eeuwigheid.
In de Naam van de Vader en de
Zoon en de Heilige Geest.
Amen.
En dan is er
koffie...