Voor eerdere diensten klik hier:

Zondag 10 na Trinitatis 20 augustus 2017 in de Vredekerk te Soesterberg 
Organist: Eddy Vliem

Orgelspel
 
Voorbereiding


Stilte voor persoonlijk gebed ingeluid door kerkklok. 
Tegelijkertijd wordt in de consistoriekamer het consistoriegebed uitgesproken door de ou­derling van dienst.


Binnenkomst kerkenraad en voorgangster
Gemeente gaat staan.

Drempelgebed uitgesproken door de ouderling van dienst, vóór het liturgisch centrum.
Aanvangslied: lied 103c: 1, 3 en 5

De voorganger neemt plaats achter liturgietafel.
Tijdens dit lied steekt iemand de paaskaars aan.


Votum en groet:
Voorganger:    Onze hulp is in Naam van de Heer
Gemeente:      die hemel en aarde gemaakt heeft.
Voorganger:     De Heer zal met u zijn.
Gemeente:      De Heer zal u bewaren.  

Voorganger:    Genade en vrede, liefde en goedheid van God, voor U allen!
Gemeente:     Amen.

Klein Gloria

Gemeente gaat zitten.

Kyriëgebed:

Goede God, wij vertrouwen op Uw Woord,
daarom zijn wij hierheen gekomen.
Wij bidden U om U zegen voor allen die daar toe niet in staat zijn.
Zo bidden wij U zingend:
 

Lieve God, Uw genade is groter dan ons tekortschieten.
Daarop vertrouwen wij, als wij vragen om vergeving,
als wij U vragen om alles van ons weg te nemen wat ons aan zorgen en vragen,
aan verdriet en onrust aankleeft,
opdat wij U in alle vrijheid
als Uw kinderen kunnen aanbidden.
Zo bidden wij zingend:

Heer, vergeef ons al wat wij misdeden,
en laat ons weer in vrede leven.
Zo bidden wij zingend:

Amen.

Groot Glorialied:  lied 869: 1, 6 en 7


DIENST VAN HET WOORD
Gebed bij de opening van de Heilige Schrift.
Laten wij bidden:
Heilige Geest, wil ons hart en ons verstand openen voor Uw Woord van liefde en trouw
opdat wij het verstaan en doorgeven aan de mensen om ons heen. 
D
oor Jezus Christus, onze Heer. Amen

Lezingen
Onze eerste lezing is uit Jesaja 56: 1 – 7 NBV
In de hoofdstukken hiervoor gaat het over de mooie toekomst die God voor Zijn mensen heeft weg gelegd. Kom, zoek de Heer, terwijl Hij Zich laat vinden… U kent die verzen wel. In dit hoofdstuk gaat de belofte verder: ook de vreemdelingen mogen erbij horen, net als mensen met een mankement.
U weet dat een offerdier perfect moest zijn, zonder gebreken. Maar een mens is meer in Gods ogen, en we lezen hier dat zelfs de eunuch, dus iemand die onvruchtbaar is geworden of gemaakt, volop mee mag doen in Gods heerlijkheid. We lezen:

56:1 Dit zegt de HEER:
Handel rechtvaardig, handhaaf het recht;
de redding die Ik breng is nabij,
en weldra openbaar Ik mijn gerechtigheid.

2 Gelukkig de mens die zo handelt,
het mensenkind dat hieraan vasthoudt;
hij neemt de sabbat in acht en ontwijdt hem niet,
hij weerhoudt zijn hand van het kwaad.
3 Laat de vreemdeling, die zich met de HEER heeft verbonden, niet zeggen:
‘De HEER zondert mij zeker af van Zijn volk.’
En laat de eunuch niet zeggen:     
‘Ach, ik ben maar een dorre boom.’
4  Want dit zegt de HEER:
De eunuch die Mijn sabbat in acht neemt,
die keuzes maakt naar Mijn wil,
die vasthoudt aan Mijn verbond,
5 hem geef Ik iets beters dan zonen en dochters:
een gedenkteken en een naam in Mijn tempel
en binnen de muren van Mijn stad.
Ik geef hem een eeuwige naam,
een naam die onvergankelijk is.

6 En de vreemdeling die zich met de HEER heeft verbonden om Hem te dienen
 en Zijn Naam lief te hebben,
om dienaar van de HEER te zijn
ieder die de sabbat in acht neemt en niet ontwijdt,
ieder die vasthoudt aan Mijn verbond –,
7 die breng Ik naar Mijn heilige berg,
die schenk Ik vreugde in Mijn Huis van Gebed;
zijn offers zijn welkom op Mijn altaar.

Mijn tempel zal heten ‘Huis van Gebed voor alle volken’.

Laten wij zingen: lied 326: 1


Epistellezing: Romeinen 11: 13 -24 NBV
Paulus is duidelijk over zijn dubbele agenda, als hij het Evangelie brengt onder de niet-Joden, heidenen zoals u en ik. Hij behoort zeker niet tot degenen die vinden dat je anderen in hun godsdienstige en culturele waarde moet laten, en dat je ze niet lastig mag vallen met je eigen overtuigingen. Integendeel. Hij schrijft:

13 Ik spreek nu tot degenen onder u die uit heidense volken komen. Zeker, ik ben een apostel voor de heidenen, maar ik schat mijn taak juist dáárom zo hoog,
14 omdat ik hoop afgunst bij mijn volksgenoten op te wekken en een deel van hen te redden.

15 Als God de wereld met Zich heeft verzoend toen Hij hen verwierp, wat zal Hij dan, wanneer Hij hen opnieuw aanvaardt, anders teweegbrengen dan hun opstanding uit de dood?

16 Als een klein deel van het deeg aan God is gewijd, is al het andere deeg het ook; als de wortel aan God is gewijd, zijn de takken het ook.
17 En als nu sommige takken van de edele olijfboom zijn afgebroken en u, loten van een wilde olijfboom, tussen de overgebleven takken bent geënt, en mag delen in de vruchtbaarheid van de wortel,
18 dan moet u zich niet boven de takken verheffen.
Als u dat doet, moet u goed bedenken dat niet u de wortel draagt, maar de wortel u.

19 Maar nu zult u tegenwerpen: ‘Die takken zijn toch afgebroken zodat ik geënt kon worden?’
20 Zeker, ze zijn afgebroken vanwege hun ongeloof en u dankt uw plaats aan uw geloof. Wees daarom echter niet hoogmoedig, maar heb ontzag voor God:
21 als Hij de oorspronkelijke takken al niet heeft ge-spaard, zou Hij u dan wel sparen?
22 Houd daarom voor ogen dat God niet alleen goed is, maar ook streng. Hij is streng voor wie gevallen zijn, maar goed voor uals u tenminste trouw blijft aan Zijn goedheid, want anders wordt ook u afgekapt.
23 En als de Israëlieten niet volharden in hun ongeloof, zullen ook zij worden geënt, want God is bij machte hen opnieuw te enten.
24 Immers, als u, die van nature een tak van de wilde olijfboom bent, tegen de natuur in, op de edele olijfboom bent geënt, hoeveel eerder zullen dan zij die er van nature bij horen, op die boom worden geënt!

Dat opent perspectieven voor alle mensen, ook voor ons hier… én voor hen die wonen in het Beloofde land, en soms onbegrijpelijke dingen doen.

Wij zingen: Lied 326: 3

Het heilig Evangelie vinden we bij Mattheüs 15: 21 - 28

Jezus heeft hiervoor uitgelegd dat de mens niet onrein wordt door wat de mond binnenkomt, maar door wat er uitkomt, want dàt komt uit het hart: de bron van verkeerde gedachten en daden.
Hij zegt dat tegen de Farizeeërs, die Hem het leven weer lastig hebben gemaakt. Hij is er aan toe om er even tussenuit te gaan. We lezen: Mattheüs 15: 21 – 28

21 En daar vertrok Jezus; Hij week uit naar het gebied van Tyrus en Sidon.

22 Plotseling klonk de roep van een Kanaänitische vrouw die uit die streek afkomstig was:              ‘Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David! Mijn dochter wordt vreselijk gekweld door een demon.’
23 Maar Hij keurde haar geen woord waardig.
Zijn leerlingen kwamen naar Hem toe en vroegen Hem dringend: ‘Stuur haar toch weg, anders blijft ze maar achter ons aan schreeuwen.’
24 Hij antwoordde: ‘Ik ben alleen gezonden naar de verloren schapen van het volk van Israël.’

25 Maar zij kwam dichterbij, wierp zich voor Hem neer en zei: ‘Heer, help mij!’

26 Hij antwoordde: ‘Het is niet goed om de kinderen hun brood af te nemen en het aan de honden te voeren.’
27 Ze zei: ‘Zeker, Heer, maar de honden eten toch de kruimels op die van de tafel van hun baas vallen.’

28 Toen antwoordde Jezus haar: ‘U hebt een groot geloof! Wat u verlangt, zal ook gebeuren.’
En vanaf dat moment was haar dochter genezen.

Zalig die het Woord van God hoort en er gehoor aan geeft!



Preek

Genade zij u en vrede van God onze Vader en van Jezus Christus, onze Heer, door de Heilige Geest.

Lieve vrienden, familieleden in Gods gezin…

Vandaag drie lezingen die, elk op haar eigen manier, iets zeggen over de bevolking van het Koninkrijk Gods, nu, en later, als Christus terugkomt.

De eerste lezing, ik noemde het al even, laat zien hoe Gods plan met ons veel verder gaat dan wat wij zelf zien of verwachten.
Dat gold zeker voor de bewoners van het heilige Land in de dagen van Jesaja, die op dat moment niet thuis waren, maar die ver van huis en tempel in ballingschap waren in de buurt van Babel en omstreken. Dat is nu Irak.

Als je op de televisie ziet of uit eigen ervaring weet hoe mensen vaak te voet uit oorlogsgebieden wegvluchten, dan kun je je ook voorstellen hoe zij, de bewoners van Gods land, met het minimum aan bezittingen, gedwongen werden die honderden (540) kilometers te lopen naar hun nieuwe bestemming, waar ze niet meer vrij waren om te zeggen en te denken wat ze wilden, en waar ze maar met moeite hun God konden dienen. Zwaar!

In de tijd dat ze in ballingschap waren, hadden ze behoefte aan vastheid, aan zekerheden, en daarom werden juist toen de eerste vijf boeken van de Bijbel opnieuw of voor het eerst ordelijk bij elkaar gebracht, opgeschreven en bewerkt.
Wij vinden boeken als Numeri en Leviticus eindeloos vervelend, met al die regels, maar voor hen was het een reddingsboei, omdat het centrale gezag van de Tempel er niet meer was. Ook was er niet overal een priester. En dan wordt een mens wel eens roomser dan de paus.
We hebben dat hier gezien met de migranten, die hier vaak veel orthodoxer werden dan ze in het thuisland waren, omdat het ze houvast gaf en de zekerheid, dat ze het goed deden.
Op die manier werden ook de Tien Leefregels, die God gegeven had, uitgewerkt en uitgebreid. Dat gaat nog steeds door voor nieuwe omstandigheden.
Het werden toen regels voor de ideale situatie, voor het Beloofde land in hersteld v­erband.
En als ze het nu allemaal perfect deden, dan zou de Heer wel met de hand over Zijn grote hart strijken, en zorgen dat ze weer thuis kwamen. Hoopten ze.

Het gevolg was dat mensen die anders waren aan de zijlijn kwamen te staan. Vreemdelingen bijvoorbeeld, ook al dienden ze de Heer met hart en ziel, die moesten er niet bij horen, dat gaf maar ellende.
Die geluiden horen we hier helaas nog steeds.

En mensen met een gebrek, lichamelijk of geestelijk, die moesten ook liever niet toegelaten worden in de Tempel of bij de belangrijke feesten.
Daarom is het voor Jezus altijd zo belangrijk om mensen te genezen, zodat ze er weer bij kunnen horen. Zodat ze weer mee mogen doen met de rest.

Maar de Aanwezige laat Jesaja beloven dat het allemaal goed zal komen, maar ook dat het op een andere manier goed komt, dan de mensen denken.
Gods hart is veel groter en ruimer dan onze regeltjes.

Ook voor de vreemdeling is er plaats in het Koninkrijk van God. Want daar komt het er niet op aan wie je vader en je moeder zijn, waar je geboren bent, maar daar gaat het er om of jij van God houdt, of je respect hebt voor Zijn wensen, en of je ook van je naaste houdt, en zo de wet recht doet.

Het houden van de Sabbat
bijv. gaat niet om de vraag hoever je lopen mag, of wat je dragen mag…
Fietsen en ijsjes eten op zondag…

Dat hebben de mensen er later van gemaakt.

Maar het houden van de Sabbat betekent dat je alles opzij zet om van God en het goede dat Hij je geeft in familie en vrienden te genieten.
Het betekent dat je tijd vrij maakt om samen te zijn.
Zo doe je Gods wil.

Houd van God met alles wat je hebt en bent, en van je naaste als van jezelf, zegt Jezus later.

Ach, het is zo’n mooie belofte, die de Heer doet:
Mijn Huis zal een
Huis van Gebed zijn voor alle volken.
Een huis van gebed… een plek waarvan je weet dat er naar je geluisterd wordt, en een plek waar God ook tegen jou spreekt.
Soms direct, (vaker dan je denkt), soms in de woorden van een lezing, een lied
Prachtig dat dat kan.
Prachtig dat ook wij dat hier soms mogen beleven.

Paulus kent dat ook. Hij schrijft aan de gemeente in Rome, en hij wil zo graag dat niet alleen de Romeinse vreemdelingen, die wel willen luisteren, gehoor geven aan Gods woorden, en leven uit Zijn beloften, maar dat ook zijn eigen volksgenoten, die niet openstaan voor de boodschap van Gods liefde, die Jezus bracht, hun harten openen.  
Hij hoopt dat zij, als ze maar zien hoe wij, die er later bij gekomen zijn (dat vergeten we wel eens), liefdevol met elkaar om gaan, en oprecht God dienen, wel tot inzicht komen.
Goed voorbeeld doet goed volgen, nietwaar?
Gods Tempel als gebedshuis voor alle volkeren
Een droom van God die wij waar moeten maken.

Maar ook toen al vond Paulus het nodig om de gemeente te waarschuwen dat ze het niet hoog in de bol moesten krijgen. Dat ze niet moesten vinden dat zij beter waren dan Jezus’ broers en zussen, neven en nichten… Maar door het geloof in Jezus horen ze er wel helemaal bij. Horen wij er ook helemaal bij.
Als wij Gods wil doen.
Als we recht doen en gerechtigheid. Liefhebben
Ook de vreemdeling. Ook de mens die anders is.
Want die hoort er voor God helemaal bij.
Dat is het nieuwe van het Evangelie

En ja, wat moeten we dan met dit verhaal over Jezus die er een paar dagen tussenuit gaat?
Hij gaat met Zijn vrienden even de grens over, géén zeurende zieken, géén mensen die hun gelijk willen krijgen, kortom: geen mensen die iets van Hem willen

Hij
is moe. Dat kan de beste overkomen.
Hij is mens als wij allemaal.
Af en toe moet Hij de berg op voor een goed gesprek met Zijn Vader in de Hemel, herbronnen, dat helpt om op de been te blijven, maar nu moet Hij er echt even helemaal tussen uit!
Om weer op krachten te komen. Vacantie!

En dan krijgt Hij tóch weer iemand achter Hem aan. Iemand die niet ophoudt met roepen.
O, heel beleefd hoor: ‘Mijn Heer, zoon van David, luister eens naar me, alstublieft! Heb medelijden.’

 ‘Zoon van David’ is natuurlijk een eretitel. Vleierij.
Ik ga er niet van uit dat zij en anderen die Hem zo aanspreken, weten wat precies Zijn afstamming is.

Hoe dan ook: het helpt niet.

Jezus
loopt stug door. En zij ook. En ze houdt aan.

Zo kennen we Jezus niet, wij zien Hem eigenlijk graag als altijd maar vriendelijk en vol ontferming, maar hier zien we een man die moe is.
Te moe om nog iets te kunnen geven.
Hij is leeggeplunderd, door al die duizenden die maar steeds iets van Hem wilden, van Hem eisten.  

Kent u dat gevoel?
Vast wel. Op een gegeven moment ben je zo moe dat je lontje erg kort wordt, en dat je niets meer te bieden hebt aan een ander. Of het nu je kinderen zijn, of een zieke, je werk, of… nu ja, wie of wat er ook maar op je pad komt. Soms is het op!

Jezus’ leerlingen zeggen tegen Hem dat Hij haar maar weg moet sturen. Ze hebben het ongetwijfeld zelf al geprobeerd, maar ze laat zich niet wegsturen.
Zij heeft een ernstig zieke dochter, waar ze alles voor over heeft.

Als om Zijn houding een excuus te geven zegt Jezus dan wat onwillig tegen de leerlingen:
Ik ben alleen gezonden naar de verloren schapen van het volk van Israël.’
Zou Hij er echt zo over denken? Of is het Zijn vermoeidheid die Hem parten speelt? Geen idee.

Maar de moeder heeft het natuurlijk ook gehoord!
Zij komt dichterbij, werpt zich voor Hem neer en zegt: ‘Heer, help mij!’
Daar spreekt de rauwe wanhoop!

Geen mooie woorden meer. Deze woorden zijn genoeg om Jezus toch te prikkelen tot een gesprek.
Hij zegt hetzelfde nog een keer, een beetje anders, en zeker niet vriendelijk, want honden zijn niet echt dieren die hoog in aanzien staan.
Ook al gaat het hier over schoothondjes.
Hij zegt: “Het is niet goed om de kinderen hun brood af te pakken en het aan de hondjes te voeren.”

Alsof er niet genoeg zou zijn…
Alsof Zijn genezende kracht maar beperkt is.
Zo voelt het waarschijnlijk wel op dat moment.

De moeder trekt zich niets aan van de belediging en ze zegt: ‘Zeker, Heer, maar de hondjes eten toch de kruimels op die van de tafel van hun baasjes vallen.’

En dan heeft ze Zijn volle aandacht.
Dan kijkt Hij haar echt aan, dan ziet Hij haar pas, en op dat moment wordt Zijn vriendelijkheid, Zijn mildheid weer wakker, dan wordt die weer gevoed door haar moed, haar moederliefde.
En haar liefde geeft Hem weer kracht om te geven, om te genezen. Want zó gaat dat soms.
Dat kunnen wij mensen voor elkaar betekenen.

Misschien moet Jezus in deze ontmoeting Zijn roeping helderder krijgen. Hij herkent de moederlijke kant van Gods liefde, en erkent dat die niet beperkt blijft tot de kleine kring van de geroepenen, van Gods volk.  
Hij kan nu kijken met Gods ogen. Ogen vol liefde.
Hij kan verder kijken, verder gaan.
Je zou kunnen zeggen dat Hij in dit contact Zelf genezen is.
Het is goed dat mensen af en toe weg kunnen uit de dagelijkse, vermoeiende sleur.
Het is goed dat we af en toe afstand kunnen nemen, om opnieuw te gaan kijken, écht kijken.
Naar andere mensen, en ook naar onszelf.

Kijken met Gods ogen betekent: met liefde en respect naar je naaste kijken, en net zo goed naar jezelf.
Ruimte maken voor God en voor je relatie met Hem en met anderen.
Misschien moet je wel allereerst jezelf en je eigen situatie aanvaarden zoals die is.
Voor God is dat goed genoeg. Voor ons ook?

Het kan bevrijdend werken, en dan kunnen wij met God verder, op weg naar Zijn Huis van Gebed voor alle volkeren.
Dat vinden we hier, en overal waar mensen zijn.
Overal waar mensen echt naar elkaar luisteren.

Handel rechtvaardig, handhaaf het recht.
En Gods beloften worden waar, ook voor u en jou en mij. Hij houdt van je. Zoals je bent.
Amen.

Orgelspel


DIENST VAN DE GAVEN

Voorbeden
Goede God, wij danken U dat U ruimte voor ons hebt willen vinden om ons een plek te geven in Uw koninkrijk. Dat de wortel van Uw liefde ook ons wil voeden. Help ons om te groeien en tot bloei te komen, zodat Uw dromen met deze wereld uit komen.

Liefdevolle God, wij danken U dat Uw hart zo groot is, dat alle mensen daar een plaats in kunnen vinden. Wij leven van Uw genade, en wij loven Uw grootheid. Wij bidden U: Help ons om zelf toe te groeien naar die grootmoedigheid, en onze armen te openen voor de vreemdelingen en voor mensen die anders zijn dan wij leerden dat goed was.
Zegen het werk van stichting Gave, en wees met Uw Heilige Geest aanwezig, overal waar mensen samen leren, samen zingen, samen bidden.
Heel in het bijzonder in deze gemeente…
Maar Heer, U weet ook hoe velen van slag zijn om weer die aanslagen in Barcelona en Cambrils, in Finland en Rusland… We hebben het er moeilijk mee.
Wij bidden U voor de onschuldige slachtoffers en de mensen om hen heen, maar we bidden U ook voor de daders, ontferm U over hen allen, en wees hen genadig… Help ons om zelf genadig te zijn in deze zaken en in de wirwar van deze wereld.
Voor de zieken in ons leven, voor hen, die wij missen door dood of leven, willen wij U bidden in de stilte van dit moment…

Lied 369B

Afkondigingen door de ouderling van dienst
Collecten
1) Kerk en Pastoraat: kosten pastoraat
2) Diaconie St. Gave 
Tijdens de collecte is er orgelspel

Stichting Gave organiseert donderdag 7, 14 en 28 september en 5 oktober een cursus 'op weg met een vluchteling' voor iedereen die contact heeft met of meer wil weten over vluchtelingen.
Tijdens deze cursus komen de reis, het verblijf, het geloof en het contact met de vluchteling aan de orde.
Plaats: Oase (Liendertseweg 114 Amersfoort) Tijd: 19:45-22:00 Info: https://www.gave.nl/over-gave/actueel/agenda/cursus-amersfoort
Nadere informatie in Kerk Onderweg en op www.pknsoesterberg.nl)

Slotzang:  Sietze de Vries 90          (staande)


2. Elkaar tot vriend en reisgenoot,
gevoed met Uw genadebrood:
zo luistert onze liefde nauw
nu zij zich spiegelt aan Uw trouw.

3. Nu onze naam verweven is
met U, o God, zal ons gemis
nooit groter zijn dan ons tegoed.
Wij leven van Uw overvloed!

Zegen:
(Eerst in het Farsi, uitgesproken door een van de zusters hier.)
 و سلامتی خدا که فوق از تمامی عقل است، دلها و ذهنهای شما را در مسیح عیسی نگاه خواهد داشت. (Philippenzen 4:7)

 

De Heer van dood en leven
schenkt ons Zijn Geest, Haar liefde.
Dat onze ogen het heil mogen zien,
onze handen zich bekommeren over de medemens,
en onze voeten zich richten naar de eeuwigheid.
† In de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen.


Daarna werd er vrolijk samen koffie gedronken!