Dankdienst
voor het leven van
Ada de Haan
* Heusden, 28 juli 1911 ╬ Emmen, 31 juli 2006
in
haar Lutherse
kerk te
Heusden
op
7 augustus 2006
..........................
Levensloop van Ada de Haan… (Zoals wordt verteld door neef Ruth van der Pol) In en na de 2e wereldoorlog waakte zij met haar vader voor
het behoud van de werf. Hierin was zij voor haar vader een grote steun. In
de loop van de jaren is zij van het werk gaan houden. Zij was jarenlang
procuratiehouder. Na de verkoop van de werf aan Verolme is zij op het bedrijf blijven
werken. Het was voor haar een moeilijke tijd door haar veranderde positie.
Tante Ada, zij noemde zichzelf bij voorkeur ´juffrouw de Haan´,
ging na de verhuizing van haar ouders naar Zeist wonen in de
Drietrompetterstraat en later kocht ze het huis aan de Waterpoort. Al op jonge leeftijd toonde ze een grote reislust. Als 18-jarige
fietste ze met vriendinnen door België. Later ging ze wandelen en skiën
waarbij neven en nichtjes werden uitgenodigd. Zij zag Japan, Peru, Alaska,
Guatemala en zeer veel andere landen. In de jaren 60, reed zij met een
nicht en haar moeder door Ethiopië, zij was de enige met een rijbewijs! Watersport is voor tante Ada belangrijk geweest, zij heeft aan het
begin van de Watersportvereniging in Heusden gestaan. Veertig jaar lang
was zij penningmeester van de vereniging. Bij haar afscheid werd zij
erelid. Eén van haar eerste bootjes was een oud-Hollandse Tjotter. Later
zeilde zij in een vergrote BM en in 1973 haar eerst motorbootje. Tante Ada heeft een grote interesse gehad voor de Lutherse kerk. Zij
nodigde graag de mensen na de kerk bij haar uit. Zij maakte voor anderen en voor haar familie veel mogelijk; haar
gastvrijheid, haar bootje, haar partijen en vakanties. Wij zijn haar
daarvoor zeer dankbaar. Het laatste jaar was voor haar moeizaam, geleidelijk aan raakte zij
haar onafhankelijkheid kwijt. Onafhankelijkheid in emotionele,
intellectuele en financiële zin werd door haar, diep en hartstochtelijk
gekoesterd. Op geen enkele wijze zou zij het verlies hiervan toestaan.
“Met nog geen regiment soldaten krijgen zij mij het huis uit” was een
uitspraak van haar. Haar leven is nu compleet. Dankbaar nemen wij afscheid. |
v.
Wij zijn hier om recht te doen aan het leven van Ada de Haan
Wij willen danken, voor wat ze ons heeft gebracht.
Voor wat ze ons te zeggen had. Bij haar leven, en ook nu nog.
Daarom willen we allereerst met U en met elkaar onze herinneringen delen.
Wij ontsteken de kaarsen aan het licht van de Paaskaars, die ons er voortdurend
aan herinnert dat Jezus de dood heeft overwonnen.
Herinneringen....
Wij
willen op deze plek de herinnering aan Ada met elkaar delen. Ze was een
favoriete tante, een zeer gewaardeerd bestuurslid, een bekende stadsgenote, en
een onmisbaar lid van onze kerkgemeenschap.
Familie en vrienden willen daar uiting aan geven, en mocht er straks nog iemand
kort iets willen toevoegen, steek dan rustig uw hand op, of deel het met ons bij
de condoleance.
Toespraken....
Allereerst neef Ruth van der Pol, dan Frederik Hilwig namens de Lutherse kerk, dan Deirdre Ypma
Ruth
van der Pol vertelde:
Tante was een zeer aparte en bijzondere vrouw. Hartelijk, faciliterend, zeer
zelfstandig, met een brede belangstelling, een grote maatschappelijke
betrokkenheid en verantwoordelijkheidsgevoel. Tevens bescheiden, maar zich
duidelijk bewust van haar positie, haar inzet en haar bijdrage.
95 jaar Heusden... geboren, getogen, heel kort na de oorlog even in Vlijmen, dan (tot het laatste halfjaar Emmen) woonde zij in Heusden. Zij hield van het stadje, op verschillende manieren toonde zijhaar maatschappelijke betrokkenheid en zette zij zich in.
Zij droeg bij, ook financieel, en toch vraag ik mij af: voelde zij zich een echte "Heusdense"?
Over
Tante Ada, later werd dat soms "Tantes", is veel te zeggen.
Een vrouw met rijke schakeringen. In de liturgie staat een beknopt cv. Mensen
zullen hier over haar spreken, en ik zal kleine impressies vanuit mijn
ervaringen geven.
Hartelijk, altijd voelde ik mij welkom, ook al kwam ik soms onverwacht. Met iedereen had zij een individuele relatie. Geen allemans vriend. Als je haar tegen had, dan bleef dat zo. En als haar onrecht werd aangedaan, bleef het lang, soms levenslang hangen.
Zij had zeer strikte en bepaalde opvattingen.
"Hoe
kan het dat een man van 37 jaar bij zijn Tante geld komt lenen?" vroeg ze
eens aan mij.
Dat vond zij niet kunnen, mannen van die leeftijd zijn zelfstandig en hebben
geen hulp nodig. Ik kreeg het geld van haar, het werd een zakelijke lening, op
schrift, met rente en aflossingsregeling. Ik ben er haar dankbaar voor, want het
was voor mij op dat moment noodzaak. Vrijwel onmogelijk was het voor mij het
anders te regelen en het maakte mijn opleiding mogelijk. Opleiding voor een vak
waar ik nog elke dag plezier in heb.
Maar het was tegen haar principes en opvattingen.
Toch deed zij het, dat geeft haar onafhankelijkheid weer, zelfs onafhankelijk
van haar eigen vooringenomen standpunt.
Haar
meningen niet zo ook vaak niet blijken, zij reserveerde haar mening voor
bepaalde mensen.
Bijvoorbeeld: met mij praatte zij niet over politiek: te links en dus zinloos.
Dat deed zij wel met Tjipke, de man van Charlotte.
Maar als zij een mening had, kon ze ook zeggen: (een gevleugelde start was dat)
"Toch zeg ik het je: ja, het is niet mijn zaak, maar toch..." en dan
kreeg je het te horen.
Geheimen of raadsels zijn er wat mij betreft veel geweest. Het paste niet daar naar te vragen, uit respect, en mogelijk tevens omdat Tante het toch niet zou vertellen?
Ander kenmerkend aspect van Tante is geweest: faciliteren, mogelijk maken:
Zou
U een 18-jarig neefje uw spiksplinternieuwe Renaultje uitlenen, zonder toezicht?
Nou, zij wel!
De weg was na de eerste regen, en dat na een lange droge periode: glàd!
Motor achterin (Renaultje Dauphine), stoere puber, die eens even de bocht nam.
Het was in Leiden, herinner ik mij. Gelukkig ging het net goed...
Zij stelde haar mogelijkheden ter beschikking, haar huis, haar gastvrijheid, het bootje, het Stellendamse huisje. Zij probeerde een ieder tegemoet te komen, zoveel als dat in haar vermogen lag. Toch liet zij zich niet de kaas van het brood eten en bleef ze trouw aan haarzelf, haar eigen smaak, wensen, gevoelen.
Faciliteren deed zij nog meer: met wintersport, het organiseren van feesten, rond haar 80e en 90e verjaardag, de koffie na de kerk, vergaderingen...
Juffrouw...
Zij was en bleef een juffrouw, en toch soms even niet. Zij wilde zo genoemd
worden, benoemde zichzelf als juffrouw en toch... als je haar aan boord van het
bootje zag stappen, wandelen, met mensen praten, zag ik in haar niet een
juffrouw...
Opmerkelijk woord: Juffrouw, in die tijd, in de golf van emancipatie...
Dat was échte emancipatie!
Heel erg gesteld was ze niet op mij. Ik was wat wild, maakte soms dingen stuk, maar kon ook wel eens iets repareren. Mijn komst werd zeer op prijs gesteld, als ik een vriendin of vrouw meenam, en het feit dat die dame werkte deed haar zeer veel genoegen. Tante vond dat elke vrouw moest werken en voor een eigen inkomen moest zorgen. Zelfstandigheid en onafhankelijk-zijn was haar eigen hartstochtelijk gekoesterde wens. En wat haar betreft: voor iedere vrouw gewenst. Vrouwen moesten daarvoor strijden.
Brede belangstelling: zij las 2 kranten per dag, en de laatste 50(?) jaar daarnaast per maand 30 tijdschriften. Zij keek elk NOSjournaal en luisterde naar G.B.J. Hilterman.
Watersport.
Zij begon met zeilen op een Maas met nog de volledige eb en vloed. In een Oudhollands
zeilbootje met zijzwaarden: een Tjotter. Dat herinner ik mij nog, met
droogvallen in de Biesbosch.
Aan haar heb ik mede mijn liefde voor water en zeilen te danken. Rivierzeilen
heb ik dankzij haar geleerd. Inmiddels heb ik 11/2 jaar van mijn
leven op het water doorgebracht. Later had zij een vergrote BM en vanaf 1973 een
naamloos motorbootje (merk Albin). Ik weet niet waarom het scheepje geen naam
had. Een van die raadsels.
Ik heb er veel mee gevaren en.. maakte het voor haar mogelijk de Vecht te
bevaren en te dineren en te slapen in d Nederlanden, een prachtig
hotel/restaurant in Vreeland.
Wij voeren met het plastic bootje naar de fraaie steiger van de Nederlanden. De
ober kwam naar buiten en vroeg zalvend: "U heeft gereserveerd??" (Je
zag hem denken: nee, dus... ga weg van onze mooie steiger). Een pronte tante
liet duidelijk weten dat wij gereserveerd hadden: Mej. de Haan.
"O. Oh pardon, zal ik het bootje vastleggen?"
Watersportvereniging. Daar kan ik kort over zijn: zij sprak er niet over, en dat terwijl zij gedurende 40 jaar penningmeester was en erelid werd. Wat mij wel opviel was, dat zij in het begin het maar niets vond: een vrouwelijke havenmeester. Later werd het anders, zij zag hoe goed zij functioneerde: zij kon haar mening wijzigen, tegen haar oorspronkelijke principes in.
Met mannen en vrouwen was er iets. Geheim? Raadsel? 7 jaar geleden kwam zij een eerste keer een vrouwelijke sluiswachter tegen. Zij was zeer verbaasd, het zaaide twijfel in haar denken, zij had een kennelijke opvatting over welke beroepen er voor vrouwen, en welke voor mannen waren.
Nog een voorbeeld: op voorstel van mijn ex-vrouw Mauk verfden wij de wanden van haar achterkamer. Tante vond het prachtig dat Mauk dat kon en deed, geweldig. De mannen: Bram, Doede, ik, die meehielpen, verdwenen uit haar herinnering.
Herinneringen heb ik aan de vele bezoeken aan Nederhemert. Een terugkerende traditie, 't eiland, de biefstuk van jan, de winterakonieten, de sneeuwklokjes, het kasteel. Een voortzetting van de wandelingen die zij vroeger met haar vader op zondag moest maken. Via het Bernse veer!
De
laatste fase. Het laatste jaar was verdrietig en naar.
Voor Tante Ada, voor ons allen.
Geleidelijk
aan kreeg zij minder zicht op haar situatie en haar eigen functioneren. Zij kon
minder goed voor zichzelf zorgen. Ze was achterdochtig en voelde zich benadeeld.
Verwisseling van namen en mensen. Zij liet haar gevoelens blijken. De laatste
maanden had zij het niet meer naar haar zin.
Ondanks de hartelijke verzorging die zij in Zuider Marke mocht krijgen.
Ondanks de bezoeken van mensen.
Charlotte,
Friso en de familie Ypma.
Zoals
wij van Tante gewend waren, regelde zij haar zaken goed en degelijk.
Meer dan 10 jaar geleden had zij mijn zuster Charlotte benoemd als
gevolmachtigde, indien...
Veel dilemma's heeft Charlotte moeten oplossen, lastige besluiten nemen,
overleggen enz...
En dat vanuit Emmen, misschien wel 100x op en neer reizen naar Heusden...
Het
meest markante voorbeeld van een lastig besluit is het overbrengen van Tante
naar Emmen. Om de continuïteit van zorg en de aandacht te kunnen garanderen in
de situatie waar Tante zich in bevond, was het nodig bijna elke dag een kort
bezoek toe kunnen brengen.
Charlotte was het, die dat wilde en kon bieden. Dat was in Heusden of Wijk en
Aalburg niet mogelijk.
Een moeilijk en pijnlijk besluit.
En onderweg tijdens de zorg die Charlotte voor Tante had, werd zij geconfronteerd
met de boosheid van Tante, de persoonsverwisseling.
Consistent,
aardig en liefdevol heeft Charlotte zich van deze soms zeer moeilijke taak
gekweten. Bijzonder is haar inzet geweest. Haar familie heeft haar daarin
volledig gesteund.
Friso heeft enkele weken Tante verzorgd, het was op het moment dat zij 24 uur
per dag toezicht nodig had. Hij had ongekende talenten. Voor mij onbekend.
Op een grappig creatieve wijze ging hij respectvol met Tante om, naam haar mee
naar Rotterdam en wel eens uit eten, deed spelletjes en keek met haar oude
foto's. Ik wil hem ervoor bedanken.
Ik neem afscheid namens mijn familie van Tante, juffrouw de Haan, die ons een wijze van leven liet zien, onafhankelijk, hartelijk, faciliterend en toch maatschappelijk betrokken.
En
ben haar dankbaar daarvoor.
De
volgende spreker is de voorzitter van de Evangelisch- Lutherse gemeente in
Heusden,
de heer Frederik Hilwig. Hij spreekt over:
Ada de Haan en de Lutherse Kerk in
Heusden
Ada de Haan, geboren en getogen in het Land van Heusden en Altena, groeide
op als een van drie dochters (Ada, Ruth en Minny) van de heer en mevrouw de
Haan-Odé, een notabele familie in de vestingstad Heusden.
Vader was Nederlands Hervormd en moeder van Duitse komaf en Luthers. Moeder
speelde een belangrijke rol in de kleine Lutherse geloofsgemeenschap in Heusden,
die een aantrekkingskracht had vanwege de open en tolerante geloofsbeleving op
de grens van twee werelden, het Protestante Noorden en het Katholieke Zuiden.
Eind jaren dertig leefde de Lutherse Kerk op onder leiding van Ds Toxopeus
(1921-48), die ook de Lutherse kerk in ’s-Hertogenbosch onder zijn hoede had.
Na afloop van de diensten werd er altijd nagepraat over de preek op de
scheepswerf bij de familie de Haan. In 1939 voegden zich daarbij nog bij de
families Duyne-vd Stelt en Hilwig-Klip als rendez-vous voor de ongeveer 30
Lutheranen uit Heusden en omgeving. Ada was toen 28 jaar oud en verwachtte nog
veel van het leven.
Helaas brak de Tweede Wereldoorlog uit en werd Europa 5 jaar lang het toneel van
geweld, onderdrukking en vernieling. Heusden ontkwam niet aan de
oorlogs-handelingen. In November 1944 bliezen de terugtrekkende Duitsers alle
torens van hoge gebouwen op, het stadhuis en alle kerken werden getroffen, ook
de Lutherse kerk. De bewoners moesten evacueren, zo ook de familie de Haan. Ada
had de moed om in haar eentje de daaropvolgende dag of nacht tijdens spervuur
terug te gaan naar het ouderlijk huis om het avondmaals-zilver van de Lutherse
kerk te redden, dat daar was opgeslagen. Wij zijn haar daar nog steeds dankbaar
voor.
In december 1951 werd de herbouwde Lutherse kerk weer in gebruik genomen,
dankzij de genereuze inspanningen van een kleine schare gemeenteleden.
Een nieuw groen antependium met de Α & Ω geborduurd door Mw. de
Haan-Odé sierde het altaar. De kerk bloeide op onder de leiding van
verschillende elkaar opvolgende predikanten, vanaf 1967 ook vrouwelijke
voorgangers.
In 1954 ging de scheepswerf over in handen van het Verolme concern, de heer en
mevrouw de Haan-Odé verhuisden naar Zeist en de Lutherse kerk verloor een van
haar drie pieds à terre. Als dank voor het vele werk, dat Ada’s moeder als
Lutheraan en kerkenraadslid had
verricht maakte schilder Willem Witjens een aquarel voor haar. Deze prent kwam
jaren later bij Ada in het huis aan de Waterpoort te hangen, toen zij haar
moeder - na vaders overlijden - tot haar einde toe in Heusden verzorgde.
Er ging een oecumenische wind in Nederland waaien in de 50-er en 60-er jaren. Er
werd consensus bereikt over heilig avondmaal en de doop tussen de Lutherse kerk
en de Hervormde kerk en later over het gebruik van de nieuwe bijbelvertaling.
Verschillende vormen van samenwerking met omliggende Lutherse Gemeenten komen en
gaan. Ook verlegt zich geleidelijk het zwaartepunt van de ontmoetingen na de
kerkdiensten evenals de Lutherse Gemeente avonden van de families Duyne-vd Stelt
en Hilwig-Klip naar het huis van Ada de Haan aan de Waterpoort. Dierbare
herinneringen en interessante discussies uit de 90-er jaren met Ds. Cas Visser
en Ds. Marlies Schulz, onze laatste vaste deeltijd predikant, liggen nog ons
vers in ons geheugen.
Het orgel en het gebouw kregen een grote opknapbeurt en er werd een nieuwe
luidklok geïnstalleerd. Met de Gereformeerde Kerk werd de band verstevigd en
intussen is de realiteit van de PKN een feit. Via het Beraad van Kerken is er
ook op lokaal niveau meer begrip en samenwerking met alle kerken in de vesting.
Ada steunde in alle opzichten de Luthers kerk en de gemeente met raad en daad,
maar bleef tegelijkertijd ook principieel lid van de Hervormde Gemeente. Ze was
kritisch over de zakelijke kant van de organisatie en het management, ook toen
ze de 90 al gepasseerd was.
Typisch Ada!
Namens de Evangelisch-Lutherse Gemeente Heusden gedenken wij Ada de Haan als een
weldoenster voor de kerk en haar huis als een gastvrije en plezierige plaats
voor samenkomst na de dienst, waar de preek, troost en de lach ruim aan bod
kwamen.
Deirdre, dochter van nicht Charlotte, voert als laatste het woord.
Lieve
tante Ada,
Niet alleen zijn we 34 keer samen jarig geweest, ook nog eens 28 jaar waren we
met z'n drie-en jarig,
U, Friso en ik.
Omdat ik geboren ben op 28 juli ben ik ook nog naar u vernoemd. Vroeger vond ik
Ada geen mooie naam, maar inmiddels ben ik heel trots dat ik dezelfde naam draag
als u. U was een sterke, dappere en eigenzinnige vrouw met humor.
Ik heb een hoop mooie herinneringen aan u en ik wil er toch nog een paar met u delen.
Ik weet nog dat we samen een bankstel en eetkamer-ameublement hebben uitgezocht in Wageningen. En u zei griffelend onderweg naar huis in de auto: "Dat ik op mijn 85ste in 1 week nog zoveel geld heb uitgegeven!"Want u had in die week ook een nieuwe auto gekocht. Ik vond het prachtig.
Stellendam
was een goede hoop voor u. Wat heb ik, u, en ik denk nog velen met mij, daar een
mooie tijden meegemaakt. En nu nog wordt er van uw huisje genoten.
Pinksteren was voor u en Amy, aan uw verhalen te horen, altijd het einde. Jullie
genoten die dagen intens van de rust en de natuur.
Ik heb een aantal keren op uw huis en Minkie gepast, terwijl u aan het zeilen was in Griekenland. En dan haalde ik u op van Schiphol, en steeds weer was ik mijn kaartje van de parkeergarage kwijt. U moest daar zo om lachen en kon me dan zo pittig vertellen hoe ik het beter kon doen... De laatste keer was ik gelukkig zo alert dat ik trots mijn kaartje aan u kon tonen.
Zo kan ik me nog veel meer dingen herinneren, varen op uw boot, samen vliegen boven Heusden op uw 75ste verjaardag en oh, wat was ik ziek ervan. Uw 80ste verjaardag op de Veluwe: "allemachtig, tantes 80". We zijn nog samen naar Kenia geweest waar we op safari zijn geweest. En ook uw 90ste verjaardag was fantastisch, met zijn allen een heel weekend samen varen in Friesland.
Ik
was ook erg nieuwsgierig of u bent doorgedrongen in het computertijdperk, en heb
uw naam gegoogled. En ook u bent doorgedrongen op het internet.
Met "Ada de Haan Heusden"had ik 1 hit, een stamboom vanaf 1620: Arien
Cornelisz de Haan. Zo heb ik contact gehad met oude familieleden en ook die
hebben mooie herinneringen aan u.
Zo
hebben we dus vele verjaardagen samen gevierd.
Deze laatste verjaardag heb ik u ook opgezocht. En daar ben ik heel dankbaar en
blij om. Ik heb op onze verjaardag afscheid van u genomen.
Lieve Tantes, slaap lekker en ik hoop dat u nu op een mooi plekje bent met mooie stranden, met heel veel mooie bloemen en met de NRC.
En zo zijn we hier allemaal met onze eigen herinneringen aan een bijzondere
vrouw, die trouw in deze kerk haar geheel eigen plaats in nam.
Wij zijn hier dan ook bij elkaar in de Naam van de Vader en de Zoon en de
heilige Geest.
In de Naam van de God die Ada zo liefhad.
Amen
Onze Hulp is in de Naam van de Heer
die hemel en aarde gemaakt heeft.
Heer, vergeef ons al wat wij misdeden
en laat ons weer in vrede leven Amen.
Zo Zo lief had God deze wereld, dat Hij Zijn
eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft aan het verderf
ontkomt, en eeuwig leven hebben mag!
Het is met het oog op dat eeuwig leven dat we verder kijken dan de dood, en dat
we zingen willen: gezang 393 uit het liedboek voor de kerken
Laten we de Heer aanroepen om ontferming nu wij bedroefd zijn om het heengaan
van Ada, die voor ieder van ons een bijzondere persoon was, maar laten wij ook
Zijn naam prijzen,
want aan Zijn liefde en barmhartigheid komt geen einde!
Gebed
Heer, onze gevoelens zijn gemengd: we zijn dankbaar voor het lange, goede leven
van Ada, Uw kind, en we zijn verdrietig omdat wij haar moeten missen. Wees ons
nabij, zoals U haar heel nabij bent, nu, in dit uur, en alle dagen van ons leven…
Door Jezus Christus, onze Heer.
Amen.
Lezing:
Psalm 33: 1-9 en 18 – 22
1 Wie zich richten naar de Heer, wie Hem zijn toegedaan,
moeten Hem toejuichen, Hem hulde brengen.
2 Bewijs Hem eer, speel voor Hem op harp en lier,
3 zing voor Hem een nieuw lied.
Maak vrolijke muziek en juich van
vreugde.
4 Wat de Heer zegt, is betrouwbaar, wat Hij maakt, houdt stand.
5 De Heer heeft recht en gerechtigheid lief,
de hele wereld bewijst hoe goed Hij is.
6 Op Zijn bevel is de hemel ontstaan, door Zijn woord de sterren.
7 Het water van de zee damde Hij in,
de oceanen sloeg Hij op in bekkens.
8 Heel de aarde moet voor Hem beven,
al haar bewoners moeten voor Hem ontzag hebben.
9 Want één enkel woord van Hem en hemel en aarde waren er; slechts één
bevel en ze stonden vast.
18 Het is de Heer, die waakt over wie ontzag voor Hem hebben
en op Zijn goedheid hopen.
19 Hij redt hen van de dood,
Hij houdt hen bij hongersnood in leven.
20 Wij zien uit naar de Heer, Hij is onze helper,
Hij beschermt ons als een schild.
21 Hij maakt ons gelukkig, wij vertrouwen op de heilige God.
22 Heer, bewijs ons uw goedheid, op U vestigen wij onze hoop.
Psalmwoord: Al ga ik door een dal van doodsschaduwen,
ik vrees geen kwaad, want Gij, o Heer, zijt bij mij. Halleluja!
Wij zingen het lied dat bij dit psalmwoord hoort: Psalm 23 oude versie
22 Hij zei tegen zijn leerlingen:
‘Om deze reden zeg ik tegen jullie: maak je geen zorgen over jezelf en over
wat je zult eten, noch over je lichaam en over wat je zult aantrekken.
23 Want het leven is meer dan
voedsel en het lichaam meer dan kleding.
24 Kijk naar de raven: ze zaaien
niet en oogsten niet, ze hebben geen voorraadkamer en geen schuur, het is God
die ze voedt. Hoeveel meer zijn jullie niet waard dan de vogels!
25 Wie van jullie kan door zich
zorgen te maken één el aan zijn levensduur toevoegen?
26 Als jullie dus zelfs het
geringste al niet kunnen, waarom maken jullie je dan zorgen over de rest?
27 Kijk naar de lelies, kijk hoe ze
groeien. Ze werken niet en weven niet. Ik zeg jullie: zelfs Salomo ging in al
zijn luister niet gekleed als een van hen.
28 Als God het groen dat vandaag
nog op het veld staat en morgen in de oven gegooid wordt al met zo veel zorg
kleedt, met hoeveel meer zorg zal Hij jullie dan niet kleden, kleingelovigen?
29 Ook jullie moeten niet nadenken
over wat je zult eten en wat je zult drinken, en jullie moeten je niet door
zorgen laten kwellen.
30 De volken van deze wereld jagen
die dingen na, maar jullie Vader weet dat je ze nodig hebt.
31 Zoek liever zijn koninkrijk, en
die andere dingen zullen je erbij gegeven worden.
Tot hiertoe het Evangelie.
Zalig die het woord van God horen en er gehoor
aan geven!
Overdenking
Lieve mensen,
Bij deze plaats staat in uw liturgie een plaatje met een stukje van de tuin van
Ada.
Tot bijna op het allerlaatst vond ze het, ook in Emmen nog, heerlijk
in de tuin te zitten, en te genieten van
Gods vrije natuur.
Zoals ze genoot op het water.
Ze herkende Gods grootheid in het kleine, van een bloem,
een plant, een vogel,
en in het woeste waaien van de wind
over de wateren.
Niet dat ze daar heel veel over sprak. En zeker niet met
iedereen…
En als ze dat deed, had ze daar zo haar mensen voor.
Met de één sprak ze, als het zo uit kwam, over theologische
vragen, (en daarin zocht ze de verdieping!) met de ander over het leven
in de stad, met een derde over politiek, over boeken…
want ze was zeer belezen, kortom: ze had haar leven geordend.
Ingedeeld.
Dan liep je de minste kans op vergissingen,
en op pijnlijke complicaties.
Daar hield ze niet van.
En al zijn er pijnpunten genoeg geweest in haar leven, ze wist ook
van het leven te genieten!
Haar reizen brachten haar heel de wereld over.
En overal ontmoette ze nieuwe mensen, en overal bracht ze zichzelf
mee. Ze had een groot vermogen zichzelf
te zijn, en andere mensen tot hun recht
te laten komen.
Een gastvrouw in hart en nieren.
En zo hebben velen van ons hier haar leren kennen.
Met warmte en met scherpte, met hunkering naar avontuur, en met
het vaste voornemen het beste te maken van wat het leven haar te bieden had, ook
al was dat niet altijd wat ze er zelf van had gehoopt… wat ze had gemeend
te kunnen verwachten.
In dat alles had ze één zekerheid om zich op terug te trekken.
We zullen het straks zingen in het Lutherlied.
Een vaste burcht is onze God, een toevlucht
voor de Zijnen…
Al drukt het leed, al dreigt het lot, Hij doet Zijn hulp verschijnen…
Gods heilig woord alleen houdt stand, Gods waarheid
zal ons staven.
Hij leidt ons en met milde hand
schenkt Hij Zijn geestesgaven.
En wat er ook gebeurt: Gods rijk blijft ons behouden…
Ada wíst dat het dáár wezenlijk om gaat.
Ze zag dat Rijk van God terug in de natuur, in
de tuin en tussen wolken, wind en water, Gods schepping, zoals de psalm
zegt, maar ze zag het ook in de kerk,
waar mensen tastenderwijs proberen te doen wat God
van ze verlangt: open te staan voor
elkaar, en met liefde en respect samen leven. Dat gaat met vallen en opstaan,
het gaat ook vaak helemaal níet, en ook Ada had haar deel aan ons aller fouten.
Maar ze wist wel dat je hier telkens opnieuw kon beginnen.
Dat God genadig is, als mensen het oprecht
proberen, en het oprecht berouwen wanneer het niet lukt.
Dan kún je een nieuw lied zingen, telkens weer.
Want het is de Heer, die waakt over wie ontzag
voor Hem hebben en op Zijn goedheid hopen. Hij redt
hen van de dood, Hij gaat verder dan het sterven van het lichaam.
Hij draagt ons daar doorheen.
Wij zien uit naar de Heer, zingt de psalm dan ook.
Hij is onze helper, Hij beschermt ons als een schild.
Hij maakt ons gelukkig, wij vertrouwen op de
heilige God.
Kijk, Ada wist daarvan. En daarom bleef ze komen.
Niet omdat ze het aan haar moeder verplicht was, of omdat wij zo’n heerlijk
stel mensen zijn.
(Dat zijn we wel, maar aan die teambuilding heeft ze zelf
dapper meegedaan.)
Nee, Ada wist van de Heer die de bloemen op het
veld mooier aankleedt dan de rijkste koning. En ze wist dat geld, hoe nuttig en
belangrijk dat ook kan zijn, een beperkte geldigheid heeft.
Zoekt éérst het Koninkrijk van God, laat Hem de basis
en het doel van je leven zijn.
De rode lijn
op je kompas.
Dan komt de rest ook. Wat je echt nodig hebt, Hij weet het.
Daarom zijn we hier ook in het blijde vertrouwen dat Ada voortleeft onder Gods
hoede, in Gods Koninkrijk van vrede en gerechtigheid, voor altijd. Daarom konden
we beginnen met een blijde psalm, en daarom mogen we de zorgen van het leven
loslaten, zoals de vogels en de bloemen, en bidden:
Heer, bewijs ons Uw goedheid, op U vestigen wij onze hoop, zoals Ada dat deed,
zoals heel Uw kerk dat doet.
Houd ons vast, zoals we hier zitten, in Uw liefde en genade. En breng ons eenmaal allemaal samen bij U thuis.
Amen.
Wij zingen lied 273 enkele verzen. Daarna is er een collecte voor het werk van de Wilde Ganzen, en met name voor de Vredeshuizen in Azerbeidjan.
Voorbeden
Heer, blijf bij ons, als het duistert, en de
nacht zal komen.
Blijf bij ons en bij heel Uw kerk
aan de avond van de dag
aan de avond van het leven
aan de avond van de wereld.
Blijf bij ons met Uw genade en goedheid
met Uw troost en zegen
met Uw Woord en Sacrament.
Blijf bij ons wanneer over ons komt
de nacht van beproeving en angst
de nacht van twijfel en aanvechting
de nacht van de strenge, bittere dood.
Blijf bij ons in leven en in sterven
in tijd en eeuwigheid.
Heer,
in deze duistere tijden willen wij U danken voor mensen die overeind blijven.
Voor mensen, die een open oog en een open hart hebben voor anderen, zoals Uw
kind Ada die had.
Wij
bidden U voor haar om de vrede die alle verstand te boven gaat, in Uw warme
nabijheid,
en zo bidden wij ook voor elkaar en voor allen die ons dierbaar zijn…
Wij bidden voor allen die wij hier zo pijnlijk missen vandaag, voor allen die
verdriet hebben en in diepe rouw zijn gedompeld,
maar evenzeer bidden wij voor heel deze wereld: dat er vrede mag komen.
Uw sjalom. Dat mensen Uw koninkrijk mogen zoeken.
En
zo zeggen wij mét Uw Zoon:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd
Uw Rijk kome
Uw Wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.
Geef
ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals wij aan anderen hun schuld vergeven;
en leid ons niet in verzoeking
maar verlos ons van het kwade!
Het Lutherlied zoals Ada het mee kreeg....
Gods heilig woord alleen houdt stand, Gods waarheid zal ons staven.
Hij leidt ons en met milde hand schenkt Hij zijn geestesgaven.
Al rooft de tyran ons wat hij maar kan, ons goed en ons bloed, -
laat hem zijn overmoed! Gods rijk blijft ons behouden.
Allen staan op.
Om de laatste eer te brengen aan deze vrouw,
om recht te doen aan haar leven en sterven,
staan wij hier, rondom het dode lichaam dat ons van haar is overgebleven.
Wij houden onze ogen gericht op het kruis van Jezus Christus, en wij spreken
uit, in tastend geloof, dat dit het einde niet is,
dat onze God een God van levenden is.
Meer dan haar lichaam is ons de naam van deze mens gebleven, Ada de Haan,
die naam spreken wij hier uit, met eerbied en genegenheid, en wij bidden:
Heer God, herinner U haar naam, die zij van mensen heeft ontvangen en waarin zij
gekend wordt, ook al is zij gestorven, de naam die Gij geschreven hebt in de
palm van Uw hand.
Ten teken van onze hoop dat God aan Ada en aan ons allen een nieuw en
onsterfelijk lichaam geven zal, zegen ik dit dode lichaam in de naam van de
Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen
Wij geven haar uit handen,
wij leggen haar straks neer in de aarde,
in de handen van de levende God.
Amen
Ontvangt dan, voor het laatst mét Ada, de zegen van de levende God, een zegen
voor onze reis door leven en sterven heen naar het Vaderhuis.
Moge God de Vader de Ruimte zijn waarin je leeft,
Moge God de Zoon de Weg zijn die je gaat,
Moge de Geest het Licht zijn dat je naar de waarheid voert.
Ga dan als gezegende mensen van God.
In de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen.
Dan wordt de kist uitgedragen.
Ada wordt in Zeist in besloten kring ter aarde besteld.
De Gemeente zingt: (392) Blijf mij nabij…
(Daarna verwacht de familie u in de
Verdwaalde Kogel aan de Vismarkt.)
Op het
kerkhof:
Jezus
zegt:
“Ik ben de opstanding en het leven;
wie in Mij gelooft zal leven,
ook al is zij gestorven;
en een ieder die leeft en in Mij gelooft,
zal in eeuwigheid niet sterven.”
Terwijl de kist wordt neergelaten:
Nu het leven van
onze geliefde Ada de Haan
ten einde is gegaan,
vertrouwen wij haar toe aan God onze Vader,
bij wie de bron van leven is
en de gedachtenis der namen.
Haar lichaam leggen wij
in de schoot van de aarde,
aarde tot aarde,
zoals een zaad gezaaid wordt
tot de oogst.
Niemand leeft voor zichzelf,
niemand sterft voor zichzelf,
wij leven en sterven voor God onze Heer!
Amen
Laten wij dan allen samen het gebed bidden dat ons door Gods Zoon is geleerd:
Onze Vader, die in de hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd, Uw Rijk kome
Uw Wil geschiede, op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood
en vergeef ons onze schulden,
zoals wij aan anderen hun schuld vergeven;
en leid ons niet in verzoeking maar
verlos ons van het kwade!
Want van U is het rijk, en de kracht, en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen.
Charlotte spreekt een dankwoord namens de familie
De aanwezigen leggen een roos op het graf.
Wij laten hier iemand achter, die voor ons allen een bijzondere betekenis had.
Maar wij gaan niet alleen weg. Er gaat er Één met ons mee. Nu en altijd.
Zegen voor onderweg.
De Heer is voor u, om u de juiste weg te wijzen.
De Heer is achter u om u in de armen te
sluiten
en om u
te beschermen tegen gevaar.
De Heer is onder u om u op te vangen wanneer u dreigt te vallen.
De Heer is in u, om u te
troosten als u verdriet hebt.
Hij omgeeft u als een beschermende muur,
wanneer anderen over u heen
vallen.
De Heer is boven u om u te zegenen
In de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Amen